De Vlaamsche School. Jaargang 10(1864)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende V. Roemzucht. O waren mijne zangen Een balsem voor elk hart; Zong ik een eeuwig troostlied Voor elke stille smart! O waren ze de toovering Der valsche vreugd ten spot En spraken ze aan een ieder Van liefde, hoop en God! En juichten zij dan daverend De gansche wereld door En ruischten zij dan weldoend Een ieder in het oor! Vernam de magtge koning Hun klanken op zijn troon En zong hen elke moeder Bij 't wiegje van heur zoon! Herdacht hen bij zijn zwoegen De vlijtige arbeidsman En droomde 't blozend meisje In zijnen slaap er van! En ware ik dan vergeten, Kwam nooit de roem tot mij - Want roem heeft dra ontspannen De snaar der poëzij! Vorige Volgende