De Vlaamsche School. Jaargang 8(1862)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Aan Brugge, ter gelegenheid van 't viie taalkongres. K heb Tollens noch Bilderdijck nimmer gekend, Die barden vergrijsd in de kunsten! ô Had ik die dichters vanbij mogen zien, Hun harpakkoorden aanhooren, Gewis had mij 't harte verdubbeld geklopt, En nimmer had ik dat vergeten! Doch, kon ik noch Tollens noch Bilderdijck zien, 'K mogt Beets en Van Lennep aanschouwen, Van Lennep, den lievling van 't nederlandsch volk, Die hoog aan de spits is gezeten! Zyn blikken verraden een ziele vol gloed, Een hart puur van goud en van liefde, En Beets, met zyn statig en ernstig gelaat, Die magtig elks aandacht kan boeijen, Het zij hij van dichtkunst of Nêerland verhaalt, Van lief of van leed u komt spreken! ô Brugge, gij hebt me een genoegen verschaft Waarom ik u dank kom betuigen; Want kon ik noch Tollens noch Bilderdijk zien, 'k Mogt Beets en Van Lennep aanschouwen! Ad. Beernaert. Alveringhem, 14 September 1862. Vorige Volgende