De schildery is goed vertaald; de fyne en zacht doorschynende toon die over de geheele samenstelling is verspreid, is allergelukkigst teruggegeven; alles is goed van modelering; de haaren, alsook de vleeschen zyn doorschynend en luchtig van toon. Het is een van de teerst gegraveerde platen die wy in de tentoonstelling ontmoeten; en alhoewel het fyne en dichtgestokene lynen zyn, is er niets droogs noch kouds in.
Als men te fyn graveren wil, wordt men soms droog en koud van toon. Franck heeft zulks weten te vermyden, iets wat zeer moeijelyk is; hy is fyn van toon en fyn van gravuur, hy heeft een fyn vloerachtig graveerstaal en Van Lerius, die een teeder en uitvoerig schilder is, heeft een gelukkigen vertolker van zyn tafereel in Franck gevonden. Een weinig meer breedte, zou nochtans meesterachtiger geweest zyn, doch daar de schildery vereischte gegraveerd te worden zoo als de plaatsnyder het heeft gedaan, is hy binnen de palen der waarheid gebleven.
Franck is een met geest bezielde plaatsnyder; hy ga dan met vryheid op de ingeslagen baan der kunst voort, en wy voorzeggen hem eene schoone en welverdiende toekomst. Hy zal nu de vruchten gaan plukken van zyne dorre studiën, en zyne voortbrengselen zullen met welverdienden lof begroet en door de kunstenaren met liefde en een waar genoegen ontvangenworden.
G. Biot, de bekroonde in den grooten kampstryd van Roomen, heeft eene kopersnede naar Rafaël tentoongesteld, alsook twee teekeningen naar dien meester. Zyne kopersnede naar de oorspronkelyke muurschildering van Correggio is wonderwel teruggegeven. Die zoete, zachte en donsachtige toon welke in vele werken van dien meester doorstraalt, die lichte doorschynendheid der vleeschen zyn allerliefst gesneden. De lynen zyn regelmatig, en luchtig neven elkander gesteken.
Misschien is geheel die gravuur wel wat mat van toon, men kan luchtig en frisch zyn zonder nochtans zoo naar het mat overtehellen. De zachtheid van toon, die doorschynendheid in het graveren, is eene der moeijelykste deelen van de graveerkunst.
Ook neme men in acht, dat die fyne en zuivere toonen moeten voortgebracht worden met al wat droog en scherp is, zoo als graveerstaal, koper en staal. Zoet en half van toon, krachtig en vlak zyn, is iets wat niet alleen het moeijelykste in de graveerkunst; maar wel in al wat kunst is.
Wit en zwart maken, is zeer gemakkelyk, en waren dit het doel en de gevoelens der kunstenaren, dan zouden zy moeten beklaagd en misprezen worden. Correggio is een zoetluidend schilder, hy is krachtig en verscheiden in zyne schilderstukken. Hy en Rafaël zyn twee meesters die veel last lyden om goed gegraveerd te worden.
Biot is wel een der plaatsnyders die de meeste en snelste voortgang heeft gemaakt; velen hadden nooit gedacht of geloofd dat hy zulke reuzenstappen in zyne kunst zou gedaan hebben. Nog jong, zonder verwaandheid, werkzaam, en met eene volle overtuiging in zyne werken en in het moeijelyke vak, stapte Biot vooruit.
Hy ga dan voort met mannenmoed en volharding, en zeker zal hy eens eene plaats, en wel eene der voornaamste, in de ry der vlaamsche kunstenaren bekleeden.
L. Falmagne stelt eene gravuur naar de schildery: de Verwachting, van Gallait ten toon. Geheel die plaet is te zwart, te hard en te snydend; niets is zuiver van lynen, daardoor niet zuiver van toon; de kruislynen der vleeschen zyn te vierkantig, te open. Onmogelyk van met zulke ruwe, harde en vierkantige kruislynen het karakter van het vleesch terug te geven; vooral de vleeschen der vrouw zyn veel te vierkant, ze zouden langwerpig, en dan noch fyn langwerpig moeten zyn.
De drapperyen die de vrouw omgorden, zyn te snydend, te scherp, de opening tusschen de kruislyntjes is ook veel te groot, daardoor te wit, er is geen kleur in. De voornaamste moesten digter en zwakker nevens elkander liggen, dan ware het karakter, de vorm der drapperyen juist geweest; eene drappery, van wat stof zy moge wezen, is nooit styf, nooit inktzwart.
Wy raden Falmagne aan de kopergravuren van Vosterman, Edelinck en Vermeulen te raadplegen. Daar zal hy voorbeelden vinden, hoe en op wat wyze de drapperyen, de vleeschen moeten gegraveerd worden, om in hun natuurlyk karakter te worden teruggegeven. Hy zou ook meer nut vinden met naer meesters te graveren die wat min krachtig en eenvoudiger in hunne effecten zyn dan Gallait.
Dat hy niet vergete, dat om Gallait waar en goed te vertalen, men een alreeds uitstekend en ondervindingryk plaatsnyder moet zyn. Zyne krachtige kleuren, zyne goed en sterk verlichte effecten in schaduwen en tinten, zyn niet gemakkelyk om die als het oorspronkelyke wêer te geven.
Demannez heeft eene kopersnede naar Navez schildery, de Waerzegster, tentoongesteld. Er zyn goede hoedanigheden, en zeer goede, in die kopersnede. Hier en daar zyn er verscheidene deelen die te hard zyn, niet voor wat de buitenomtrekken betreft, maer wel voor het inwendige, het lichaam. De lynen zyn te ver van elkanderen, en het zyn tusschengelaten witte plekjes die de gravuur een te hard voorkomen geven. Die lynen moesten meer gevoed, ofwel digter nevens elkander zyn.
De ligte deelen zyn niet toonvol genoeg, omdat de lynen te zwaar over elkander kruisen. Zy zouden moeten vryer en levendiger gesneden zyn; want hard en zonder toon is een der onnatuurlykste en der meest in het oog springende gebreken van eene gravuur. De hoofden zyn best verstaan als gravuur; er is kleur in, ze zyn krachtig en waarlyk het beste van geheel de plaat.
Die hoofden zyn met gemak en vlugheid gestoken, en wy herhalen het dat het te bejammeren is, dat de kunstenaar zyne plaat niet in evenredigheid heeft afgewerkt. De zamenhang, de kracht, en de modelering der hoofden hadden oneindig veel gewonnen, waren zy goed ondersteund geweest door het overige werk.
Verders heeft Demannez nog eenige kopjes tentoongesteld, te weten: Melpomène, naar Le Sueur, en de Geliefde van Titiaan, naar Titiaan. Beide kopjes zyn vloeijend, met gemak gestoken, ze zyn ligt van toon en allerliefst van bewerking. Door het bewerken van de lynen alleen kan men zien dat het vrouwenkopjes zyn. Ook Leda, naar Leonardo dat Vinci, is fyn en goed gegraveerd.
Van A. Roux 's gezigten zullen wy geene melding maken, omdat my soortgelyke gravuren, zooals hy die uitvoertd, niet als kunst kunnen beschouwen. Wy zeggen dat zyne twee engeltjes, naar Raphaël (niets dan een hoofd met twee armtjes) slecht van teekening, en vormen zyn; de gravuer ervan is vuil; zy zyn hoegenaamd niet in het karakter van Raphaëls schildering; die zoete en fyne toon is niet het minst verstaan; het is een gebrekkig werk, dit is alles.
Dat Roux vele studiën naar de Antieken en het levend model doe, om zyn graveerstael en zyne teekenpen met gemak te leeren behandelen, en eens een bekwaem plaatsnyder te worden.
(Wordt voortgezet).
D. Verest.