De Vlaamsche School. Jaargang 5
(1859)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– AuteursrechtvrijLucas Fayd'herbe.Lucas Fayd'herbe bekleedt eene verhevene plaets niet alleen als beeldhouder, maer ook als bouwmeester, tusschen de menigvuldige kunstenaers, over wien België met recht trots is. Hy werd te Mechelen geboren den 20 January 1617, en ontving de eerste lessen in zyne kunst by zynen vader Henricus Fayd'herbeGa naar voetnoot(1) een ervaren beeldhouwer wiens albasten snywerken in dit tydstip zeer gezocht waren. Nauwelyks 13 jaren oud, had hy het ongeluk zyn vader te verliezen; - zyne moeder Cornelia Franchois, trad in tweede huwelyk met Maximiliaen Labbé, ook een beeldhouwer, en Lucas vervoorderde zyne studiën in het werkhuis zyns stiefvaders. Den 19 jarigen ouderdom bereikt hebbende, trad hy in de school van den beroemden Rubens, waer hy Antonius Van Dyck als medeleerling ontmoette. - Zyne zachtaerdigheid, zyn iever, zyne werkzaemheid, deden hem welhaest de achting, ja de vriendschap zyns meesters verwerven; na dry jaren onder 'schilders bestuer gewerkt te hebben, zette Lucas zich in zyne geboortestad neder, en verkreeg hy van Rubens een eigenhandig getuigschrift, welk de hooge achting dezes laetsten deed kennenGa naar voetnoot(2); te meer Rubens, willende een byzonder bewys geven, hoe zeer hy Fayd'herbes talent waerdeerde, deed hem, volgens zyne eigene teekeningen, verscheidene kleine figuren in ivoor uitvoeren; de beitel van Fayd'herbe bleef niet te kort aen de verwachting van Rubens, die zoo het schynt, in dit geval even als in menig ander, de hand en geest der jonge kunstenaers geleidde. Deze kunststukken versierden het kabinet van den grooten schilder en hy beschouwde dezelve als eene gedenkenisse van zynen beminden leerling; na den dood van Rubens werden die meesterstukken het vaderland ontnomen om in de galery van den Palts-Keurvorst te pronken. De merkweerdigste voortbrengsels van Fayd'herbe, zoo als bouwmeester, als beeldhouwer, versieren zyne geboortestad; nooit liet hy zich door de geldzucht tot het werken aenprikkelen; - hy slagofferde zyne belangen aen den roem, aen de liefde der kunst; - ook is het klaerblykend dat zyne schoonste werken, verre van zyne fortuin te vergrooten, hem niets dan verlies hebben doen onderstaenGa naar voetnoot(1); met spyt moet men aenteekenen, dat zyne edelmoedige belangloosheid en mildheid, dikwils met ondankbaerheid zyn bejegend geweest. Derhalve in het oogenblik dat wyde gebouwen gaen beschryven, die hy heeft opgehaeld, de meesterstukken die hy heeft voorgebracht, achten wy het ons ten plichte de grootheid zyns karakters even als zyne ootmoedigheid te doen kennen, en een woord te zeggen van de wederwaerdigheiden die onze gewetensvolle kunstenaer niet dan te dikwerf ontmoette. De hoofdkerk van St-Rumoldus bezit een der meesterstukken van Fayd'herbe: - het hooge autaer. - Men bewondert de eenvoudige grootheid van dit voorbrengsel; opgericht in witten en zwarten marmer; het staet gansch afgezonderd; en getuigt van beeldhouwers en bouwmeesterskunst. Het standbeeld van den H. Rumoldus, aen wiens voeten twee moordenaers zyn voorgesteld, staet op het bovenste gedeelte, en op het voetstuk, langs de eene zyde, leest men: sanCtUs terwyl men op den achterkant, de volgende woorden ontwaert: RVMoLDo Het was dus wanneer Andreas CruesenGa naar voetnoot(2) in bezit was van den Bisschoppelyken stoel van Mechelen, dat, onder het toezicht van den Jesuiet G. HesiusGa naar voetnoot(3), dit werk werd begonnen; ook heeft men wederzyds van het autaer het wapen- | |
[pagina 140]
| |
schild van Cruesen afgebeeld. Het volgende bewyst dat L. Fayd'herbe bysonderlyk over dit voorbrengsel van zynen geest voldaen was: het kapittel der hoofdkerk had de toesluiting der koor bevolen en onze kunstenaer werd met de uitvoering van dit werk gelast, - om alle moeijelykheden te voorkomen die hier konden uit voortspruiten, werd er tusschen de partyen vastgesteld, dat die gene van hen beide, welke zich aen het verdrag niet zoude houden, verplicht zou wezen eene somme van 100 patacons in de armenkasse te storten; - de kunstenaer zette zich dus aen den arbeid, doch welhaest bemerkte hy, dat indien hy het werk dat hy aengenomen had, ten uitvoer bracht, het autaer verborgen en de noodige afstand voor het zicht verloren zou wezen; daerby zou deze laetste den zelfden indruk niet meer konnen te weeg brengen, - Deze overweging was genoeg om hem het voorgestelde plan te doen verlaten; hy begaf zich dadelyk tot den armmeester en telde hem de vastgestelde somme af; daerna bracht hy ter kennis van het kapittel de redens die hem aen de overeenkomst deden verzakenGa naar voetnoot(1). Echter hielden de kanoniken aen Fayd'herbe niet immer rekening noch van de penningen die hy gestort had, noch van de redens die hy deed gelden om hen van de sluiting der koor te doen afzien; zy hernamen, in 1672, de ongelukkige gedachte, welkers uitvoering aen den beeldhouwer Vanden Steen werd toevertrouwd. Twee eeuwen bleef deze afheining het doorzicht belemmeren, alswanneer het kerkbestuer, in 1812, overtuigd zynde, dat het vooruitzicht van Fayd'herbe, den gedachten uitslag had gehad, besliste deze sluiting aftebreken, die, niet tegenstaende hare ryke marmeren kolomen, niet alleen het autaer, maer ook het gansche perspectief der kerk beschadigde. St-Rumold's autaer was, zoo wy reeds aengehaeld hebben, het lieflingswerk onzes kunstenaers. Ook poogde hy de stad uit te noodigen het in print te laten uitgeven; - zelfs trachtte pater Hesius, als blykt uit eenen brief van Fayd'herbe aen dezen Jesuit, gedagteekend van 16 september 1666, het gemeentebestuer over te halen om deze plaet te laten snyden. Maer die voorstel had geen gevolg, en Fayd'herbe was voornemens, op zyne eigene kosten, deze print te laten uitgaen. Ja, reeds had hy de teekening gemaekt die het graveeryzer moest geleiden, toen dit ontwerp plotselings werd verlaten; wat de oorzaek hiervan mocht wezen, is tot nu toe niet gebleken; de onkosten die dat prachtig autaer veroorzaekt hadden, overtroffen verre den prys voor welken hy zich met de uitvoering had gelast. Wy schryven dit verlies toe, zoo aen de duerte der bouwstoffen, alsook aen de moeijelykheid die hy had om zich deze laetste aen te schaffenGa naar voetnoot(2). (Wordt voortgezet.) C. du Trieu de Terdonck. |
|