onzer nationaliteit eene plechtigheid die hy met belangstelling te gemoet ziet. Ook het Bestuer onzer tweejarige expositie, mag zich vleijen dat zyne poogingen door ons publiek naer weerde worden geschat, en het met gerustheid op het ingeslagene pad mag voortwandelen; onzen dank heeft het in ruimer mate verdiend.
Doch spreken wy van de tentoongestelde stukken: onze expositie is zeer wel voorzien (130 nummers), en verscheidene gunstig gekende meesters hebben ons met meer dan een hunner voortbrengselen vereerd. De indruk door de verzameling gemaekt, is dus zeer voordeelig, en geerne zou ik u een breedvoerig verslag inleveren, indien ik hierdoor de grenzen van een artikel niet vreesde te overschreiden; ik zal u diensvolgens slechts melding maken van wat my het meest heeft getroffen.
By het inkomen der zael valt het oog onmiddelyk op het standbeeld van Talma, in den rol van Léonidas, door J. De Bay, vader; dit beeld is allerschoonst: het bezit veel karakter en strekt gevolgenlyk den beeldhouwer tot eer; zulks mogen wy ook zeggen van zyn beeld: de Aelmoes, welk met veel gevoel is bewerkt. Eene Madona door F. De Vriend, leerling der koninklyke Akademie van Antwerpen, is zeer fraei. Voorts verdienen de volgende schilderyen aengemerkt te worden: Rembrand eene les gevende aen Gerard Dow en de Vertrouwheid, door Jules Boulanger, zyn klein tafereeltjes die met veel kunst afgeschilderd zyn, even als de Molens by de Overzee, en de Vrydagmerkt door den heer P. Boulanger, van Gent. De heer Coninckx is in eenige portretten zeer wel gelukt, byzonder, in no 9 en 11, welke zeer gelykend zyn. Het laetste bezit ook eenen zeer goeden toon. Zyn oude soldaet de heldendaden zyner jeugd uitleggende, is niet van goede hoedanigheden beroofd. H. de Coene, reeds lange jaren alhier voordeelig ter tentoonstelling gekend, heeft een klein meesterstukje: Een glas wyn is beter dan een deuntje op de viool, ten toon gesteld. De vruchten en bloemen van Mev. Vervloet en van de heeren De Noter en Robbe, zyn aengenaem om zien en lachen eenieder toe. M. Donny heeft een onweder ter zee gezonden, hetwelk door de liefhebbers hoog wordt geacht. De jonge dochter (étude de jeune fille), door Mev. Fanny Geefs, is zoo minnelyk en zoo fyn geschilderd, dat men ze niet kan verlaten. M. Goyers heeft onder anderen het portret, van wylen den Heer Dr D..., toegezonden; dit stuk is wel het puik der tentoongestelde portretten; iedereen herkend erin den man, welken nog dagelyks van ryk en arm wordt betreurd.
No 51, een winter, door den H. Gurnet, is schoon en waer van toon. De landschappen van de heeren Kruseman, La Comblé, Lehon, De Martelaere (Louis), De Martelaere (J.-F.), De Vigne, Redig en Vervon, zyn alderbeste voortbrengsels. De waterschilderingen (aquarellen) van den heer Simoneau, zyn met veel smaek uitgevoerd, alsook de twee kleine tafereeltjens van den heer Van Severdonck, verbeeldende, het eerste, kiekens, en het tweede, konynen. No 72 voorstellende, Grétry jong zynde, door M. Marschouw, is wel eene van de perels der zael; ook is het bestemd om door den steendruk aen de leden van het genootschap uitgedeeld te worden. De schepen onder zeil, door den H. Linnig van Antwerpen, is eene volmaekte schildery, alsook het binnengezicht van de kerk van St-Stephanus te Burgos, door M. Masiviens te Leuven. Kremer's samenstelling, even als het gezigt van het gerechtshof te Brugge, door M. Wallays, zyn vol verdiensten; hetzelfde moeten wy getuigen van no 119, de lezing, door Ch. Wauters. De doode natuer door Janssens (Victor), en door Raspail, beloven veel, alsmede de binnengezichten van De Keyzer (Alb.), het tafereel No 45, door Willem Geets, de arme blinde door Ed. Knudde en op uwe Gezondheid! door Haseleer. Men vindt voortgang in Een gezicht op de Dyle te Mechelen, door M.V. Vervloet, alsook in No 56, Het Feest op het Kasteel, door M. Fr. Jacobs. De Pastelteekeningen van Mev. Lagache zyn met veel geest uitgevoerd.
Dergelyke opname, die ik slechts ter vlucht heb gedaen, en verre ervan is volledig te zyn, zal u buiten twyfel doen begrypen dat onze huidige tentoonstelling weerdig is van hare voorgangeren. De byval welken zy hier geniet, is, in allen geval, het beste bewys dat onze kunstenaren ruimschoots in hunne poogingen zyn gelukt.
G.-J.-J. Van M.........