de anderen doen moeite om in de barak van ginschen Hansworst te geraken die vóór den ingang zyner tent, door het geschal zyner trompet en het gebommel zyner trommel, de ooren verdooft. Eenige lustige gezellen ryden in huifwagens het gehucht op en neêr, en zingen en tieren als om prys. De rateltjes, fluitjes, trommeltjes, trompetjes, waervan ieder bezoeker zich voorziet aen de opreigeschaerde kramen, volmaken het spel en geven aen het onderwerp den lokalen toon die de kermis van St.-Job uit alle andere doet kennen. Gelyk men ziet, er onbreekt geen volk op dit doek; en wellicht is hieraen de aenmerking toe te schryven die wy op deze samenstelling hoorden maken: namelyk dat er door deze ophooping van persoonen, niet overal de noodige lucht heerscht. Deze bemerking geldt echter niet de linker zyde des tafereels, waer zich een aental voortreffelyk geschilderde boomen verheffen. De heer Schaefels is kolorist; doch ditmael heeft hy, onzes dunkens, aen zyne schildery een al te goudachtigen toon gegeven, dien de zon in de maend mei niet bezit.
Het tafereeltje Moeder! licht effekt, van P.W. Sebes, is fyn van gedacht en wel uitgedrukt. De kleur is warm.
Noterman heeft dry schilderstukjes opgehangen; de honden die in deze tafereeltjes voorkomen zyn met veel natuer behandeld. Noterman is sedert jaren bekend als een goed kolorist.
Het tafereel van Karel Verlat, een herdershond zyne kudde tegen de aenvallen eens arends verdedigend, is krachtig behandeld; er is leven in deze samenstelling en de toets duidt aen dat deze schilder de groote modellen, zoo als onze Snyders en Feith, heeft bestudeerd. Zyn misklauw is een heel geestig doek.
Victor Lagye, de kunstenaer die zich door zyne grootsche samenstellingen eenen schoonen naem in de kunsten heeft verworven, is door twee nummers op de tentoonstelling vertegenwoordigd: eene schildery en een karton. Zyne schildery Paeschavond is in den mystischen vorm behandeld. De heer Lagye schynt de studie onzer oudere school byzonder ter herte te nemen. Geerne evenwel hadden wy den toon dezer schildery wat zoeter gewenscht; zy zou er volgens ons, veel by gewonnen hebben. Zyn karton, Fiere Margriet van Leuven vertoonende, is eene samenstelling waerin wy den verdienstelyken teekenaer der Belgische Grondwet ten volle herkennen. Zy is wys en grootsch behandeld; de teekening laet niets te wenschen over.
Frans Lamorinière heeft dry landschappen ten toon gesteld, dry gezichten uit de omstreken van Schilde. Al wie een weinig met de heide bekend is, zal moeten instemmen dat deze gezichten zyn terug gegeven met eene waerheid die de natuer naby streeft.
Andries Minguet heeft ons gewoon gemaekt aen tafereelen die het kenmerk van het waer talent dragen; zyne opene plaets eens Antwerpschen handelshuizes der XVIe eeuw, strekt tot staving van dit gezegde. Dit doek, waerin wy een deel der Oude Beurs van Antwerpen denken te herkennen, heeft byzonder de aendacht der liefhebbers op zich getrokken.
Lodewyk Robbe, heeft twee schilderyen, twee weiden, gezonden. De dieren, die deze doeken stofferen, houden de faem dezes meesters goed staende.
Onder het nummer 693 van den kataloog ontmoeten wy de Beeldstorming der kathedrale kerk van Antwerpen in 1566, tafereel door J. Ruyten. Deze schilder bezit een schoon koloriet. Zyne samenstelling is vol leven en boeit de aendacht des toeschouwers. - Voor wat de tafereelen van den heer P. Kremer betreft, wy houden ons by het oordeel vroeger in de Vlaemsche School opgenomen.
Joseph Stallaert heeft grondige studiën naer de monumenten van Herculanum en Pompeia gemaekt. Zyne samenstellingen zyn fyn van gevoel, zuiver van teekening; doch herinneren ons, door hunne kleur, de schilderwyze der Romeinen. Voor Frans Gons zouden wy de bewoordingen moeten bezigen die in de vorige verslagen werden opgenomen. Deze kunstenaer is dichter en zou, ons dunkens, zich op de ernstige of godsdienstige schilderingen moeten toeleggen. Zyn onderbroken brief en zyn vriendelyke gebuer bezitten verdiensten; doch kunnen, denken wy, niet opwegen tegen zyn fraeije doek, St.-Sebastiaen voorstellende, dat de kerk van de Donck by Schooten versiert.
Joseph Bellemans heeft eene schildery opgehangen voorstellende: Eer uwen vader en uwe moeder opdat gy lang moogt leven op de aerde. Dit tafereel is den schilder der dood van St-Remacle weerdig. De groepen zyn goed by een gebracht. Zyn koloriet bevalt aen het oog.
Hendrik Bource heeft een menschlievend gedacht uitgedrukt. Eenige Antwerpsche loodsen redden de bemanning van den franschen schooner Céline, die, na op de zandbank de Walvischstaart, aen de monding der Schelde, te zyn vastgeraekt, gezonken was, terwyl de drenkelingen in de masten waren geklaverd ten einde zich aen de klimmende baren zoeken te onttrekken. De zee is onstuimig en wild; de moedige loodsen spannen alle mogelyke moeite in om het gestrande wrak te naderen. Nuttelooze moeite. Het wrak zinkt allengs hoe meer. De loodsboot zelf staet vol water, en toch geven de moedige menschenvrienden den moed niet verloren. Van 's morgens acht tot des namiddags dry uren, worstelen zy tegen het onstuimig element. Eindelyk mogen zy er, met behulp des hemels, in gelukken zes menschenlevens te redden. De schilder heeft dit treffend tooneel met byzonder talent weêrgegeven; er heerscht veel waerheid in. Zyn koloriet laet ons veel voor zyne toekomst verhopen.
F.J.L. Boulanger heeft dry gezichten uit Gent gezonden. Zy zyn met veel natuer teruggegeven.