De Vlaamsche School. Jaargang 4
(1858)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Auteursrechtvrij
[pagina 73]
| |
[pagina 74]
| |
Balthazar Moretus, Bz.Onder de voornaemste leden der familie Moretus, welke den roem der Plantynsche drukkery hebben staende gehouden en zelfs nog hebben uitgebreid, wordt de man gerekend wiens afbeeldsel aen het hoofd dezer aflevering is geplaetst. Balthazar Moretus, zoon van Balthazar en van Anna Goos, zag te Antwerpen op 24 july 1646 het licht en werd den volgenden dag in de Cathedrale aldaer (Zuid Kwartier) gedoopt. Zyne eerste kinderjaren bracht hy te Antwerpen by zyne ouders door, doch ten jare 1660, werd hy, volgens de getuigenis zyns levensbeschryvers, den heer J.B. Van der StraelenGa naar voetnoot(1), naer Parys gezonden, om aldaer, onder het geleide van zekeren heer Le Glay S.r de Morfontaine, een grondig onderwys in de fransche tael te ontvangen. Vier jaren nadien, was hy reeds in zyne geboortestad terug gekeerd, want op dit tydstip (31 september 1664), verliet hy op nieuw de Scheldestad om, in gezelschap van zyne oomen Henricus Hillewerve en Petrus Goos, en der heeren Tholincx en Van Immerseel, eene reis in Duitschland en Italië te ondernemen. Op 26 january 1670, werd hy kapelmeester van O.L.V. in de Cathedrale ontvangen, en ten jare 1665, was hy, door zynen vader, vrygekocht geworden van de bediening van het dekenschap der St.-Lucasgilde. Eindelyk bestuerder der Plantynsche drukkery, wist hy aen dit beroemde gesticht eene nieuwe uitbreiding te schenken. Verscheidene souvereinen gaven hem dan ook blyken van byzondere tevredenheid. Paus Innocentius de XIe had hem op 22 mei 1681 verscheidene privilegiën geschonken; en Karel II, koning van Spanje, verleende hem op 1 september 1692, brieven van adel, met voorrecht zyne drukkery voort te zetten, zonder aen dezen titel te derogeren. De lyst der kunstdrukken welke door zyne persen werden voortgebracht, wordt thans met zoo veel yver als kunde, opgesteld door de heeren K. Ruelens van Brussel en De Backer van Antwerpen. Balthazar Moretus die op 20 juny 1673 in den echt was getreden met vrouwe Anna-Maria de Neuf, stierf op 8 july 1696, en werd in de hoofdkerk, in den grafkelder zyner voorvaders, ter aerde besteld. Zyn opvolger in de Plantynsche drukkery, was zyn zoon Balthazar, over wien het ons wellicht later zal zyn vergund nog een woord te spreken. Ter nagedachtenis van Balthazar Moretus, werd in de Plantynsche drukkery het gedenkteeken opgericht dat wy in plaet hebben medegedeeld; het werd ten jare 1700 gebeiteld door den befaemden beeldhouwer Joannes-Claudius de Cock. Ofschoon in styl der XVIIIe eeuw uitgevoerd, strekt dit kunststuk den beeldhouwer tot eer; vooral het hoofd des drukkers is grootsch van gevoel en bewerking. De Redaktie. |
|