Kunst- en letternieuws.
Er bestaen vele letterkundige maetschappyen in Vlaemsch-België; de eenen houden zich bezig met de beoefening der eigentlyke nieuwere letterkunde, terwyl andere zich beyveren de overblyfselen der oudere dichteren op te zoeken en uit te geven. Beider doel is even pryzensweerdig. Onder de laetste verdient de Maetschappy De vereenigde Vrienden van Rumbeke, by Rousselaere, vooral eene byzondere melding. Deze letterkundige vereeniging, die onder de wyze leiding haers kundigen voorzitters den heer A. Angz-Angilis, bloeit en groeit, gaf onlangs geleden, onder den titel: Rumbeeksche Avondstonden, by den drukker De Brouwer-Stock, te Rousselaere, een boekdeel in het licht, dat allezins de aendacht verdient van de talryke beminnaers onzer oudere litteratuer.
Dit boekdeel, voorzien van de kerkelyke goedkeuring, vangt aen met eene korte voorrede bevattende het reglement der Maetschappy De vereenigde Vrienden; dit reglement kan vele te stichten taelminnende kringen tot voorbeeld en maetstaf dienen.
Op deze Voorrede volgen een drytal welgeschrevene legenden: De Heer van Tellekens, De Cuernsche Ezels, en Kruipendaerde, het naemcyfer A.A.A. (A. Angz-Angilis) dragende.
De heer Jan Van der Stichelen, ondervoorzitter der maetschappy, leverde onder den titel: Dietsche kleinigheden, een achttal stukken, zoo in dicht als in proza, getrokken uit het handschrift beschreven in de Biblioth. Hulth. mss. N. 192, alsmede een naemdicht op haren eigen naem, van de antwerpsche dichteres Anna Byns.
De meeste voortbrengselen van velen onzer vroegere dichters en dichteressen zyn, men weet het, door verschillige omstandigheden voor het nageslacht te zoek geraekt. De Rumbeeksche Avondstonden bevatten de volledige lyst der kunststukken door Barbara Ogier, dochter van Willem Ogier, schryver der Zeven Hoofdzonden, en gemalinne van den befaemden beeldhouwer Willem Kerrickx, verveerdigd, alsmede het stuk door deze dichteres geschreven, dat op het tooneel van den antwerpschen Olyftak, op 21 february 1693 werd vertoond, by gelegenheid van het bezoek waermede Zyne Keurvorstelyke Doorluchtigheid de zael van Pictura vereerde, zoo als luid uit het opschrift van gemeld stuk: Inhoudt der Vereenigde Consten met de vertrooste Antwerpia. Verthoont aen syne Keurvorstelyke Doorluchtigheydt, op de Camer van Pictura. Den 21 Februarius 1693. Ofschoon de bydrage rakende Barbara Ogier naem noch naemcyfer draegt, toch hebben wy reden te gelooven, dat zy door den heer A. Augz-Angilis aen den bundel werd geleverd.
De heer Jan De Craene, boekbewaerder schatmeester der maetschappy de Vereenigde Vrienden, leverde eene bydrage getyteld: Pieter Cauwe, alsmede een drytal liedjes van dezen te weinig gekenden vlaemschen dichter.
Eene geschiedenis der wervicksche Rederykkamer oudtyds genaemd: Droogaers, in gespierden styl door F. Blieck, sluit het eerste stuk der Rumbeeksche Avondstonden. Wy zien met belangstelling het tweede stuk, dat reeds is aengekondigd, te gemoet.
- Op voorstel van den heer Schayes, lid der belgische Akademie, heeft de gemeenteraed van St-Joos-ten-Noode, beslist, eene fontein op te richten op de nieuw ontworpene overdekte merkt, ter eere en nagedachtenis van den nederduitschen dichter J.B. Houwaert, op het einde der XVIe eeuw aldaer overleden en begraven.
- Bekend is het dat de stoffelyke overblyfsels van Lamorael, graef van Egmont, op Alva's bevel den 5 juny 1568 onthoofd, in de kerk te Sotteghem (Oostvlaenderen), henevens die zyner doorluchtige gemalin, in eenen kelder zyn begraven. De toegang tot deze plaets was zeer moeijelyk. In 1804 werd de kelder geopend en verslag dezer verrichting opgemaekt. Veranderingen aen de kerk gedaen wordende, is er tusschen de geestelyke en wereldlyke overheid overeengekomen eenen anderen grafkelder te maken die uitgang op de markt zal hebben. De opening van den kelder en de verplaetsing der dierbare overblyfsels is door de overheden geschied op woensdag, 1en july, ten negen ure des voormiddags.
- De heeren gebroeders De Pape, te Brugge, zyn belast met de verveerdiging van het kerkboek dat bestemd is om door prinses Charlotte, by hare huwelyksplegtigheid gebruikt te worden.
Dit boek, samengesteld uit 130 bladzyden, is eene hulde, welke de gemeente Laken der vorstelyke bruid opdraegt. Teenemael met de pen geschreven in gothische letters, is dit voortreffelyk gewrocht verrykt met 23 teekeningen, opgemaekt in denzelfden trant met eene volmaektheid en eene uitvoerigheid, welke men zelfs niet terug vindt in de Benediktyner-gewrochten, die de oude tyden ons overgezet hebben; men bemerkt er ook eene menigte looverwerken in, die met dezelfde zorgen geteekend en uitgevoerd zyn. De hoofdletter van ieder gebed is een klein meesterstuk. Drie maenden zyn door de heeren De Pape toegewyd aen dit fraeije werk, dat de bewondering zal verwekken in de vorstelyke samenleving, waerin het bestemd is te treden.
- Verschenen te Antwerpen by J.-E. Buschmann: Graf- en Gedenkschriften der provincie Antwerpen, 29e aflevering. - Deze aflevering is toegewyd aen de opschriften der Metropolitane kerk van Mechelen, en bezit een byzonder belang voor de studie der nationale geschiedenis.
- Aengekondigd: Keurdichten uit de XVIe eeuw. I. Jonker Jan van der Noot. Met een bericht over zyn leven en zyne werken, alsmede een glossarium der byzonderste verouderde woorden, uitdrukkingen en taelvormen, door K.-F. Stallaert. II. Jan Baptista Houwaert. Dit laetste stuk, zal, behoudens het Glossarium, ook in de fransche tael uitgegeven worden.
Johan van Rotterdam.