St-Rombauts kerk te Mechelen.
(Zie bl. 62 van dezen jaergang.)
In eene vroegere aflevering,
wydden wy eenige woorden aen de nagedachtenis van
Wouter Coolman, den te weinig gekenden bouwmeester van den toren der St-Rombautskerk te Mechelen; thans zullen wy eenige regelen over het werk zelf van den uitmuntenden kunstenaer te boek stellen.
Wy zegden het reeds, de toren der St-Rombautskerk, telt, ofschoon onvoltrokken, onder de merkweerdigste gebouwen onzes vaderlands. In 1452 begonnen, werd de eerste steen ervan op 21 mei van gemeld jaer door den communiemeester Jan van Muysen gelegd. Een en zestig jaer daerna, zag men eerst het gewelf gesloten, als blykt uit het opschrift dat wy reeds vroeger hebben aengehaeld.
Sedert dit laetste tydstip werden de werken slechts traegzaem voortgezet, en de onlusten der XVIe eeuw deden de hoop verdwynen, welke men tot dan over de voltooijing der heerlyke schepping mocht koesteren.
Gelyk hy thans bestaet, heeft de toren der St-Rombautskerk eene hoogte van 97 meters 30 centimeters, dus slechts twee derden der hoogte welke hy, volgens eene geloofweerdige overlevering, zou moeten bezitten. In ogivalen styl gebouwd, treft hy den aenschouwer door zyne schoone evenredigheid en nog meer door zyne stoute vormen; de vermaerde bouwmeester Vauban noemde den St-Rombautstoren het vyfde wonder der wereld.
Even als haer toren, verdient de St-Rombautskerk onze opmerkzaemheid. De geleerde en door ons meermaels aengehaelde Schayes getuigt dat ‘weinige tempels in België zulk een ontzagwekkend en schilderachtig voorkomen bezitten als onze metropolitane, wier groote en schoone vormen zich met al hunne pracht en majesteit te midden van het oude en met hooge boomen beplante kerkhof vertoonen. De freiten, van den besten styl, werpen hunne lichte en stoute bogen rondom de kerk waervan de daken met fraeije leuningen zyn versierd.’
De binnenzyde des tempels is der buitenzyde weerdig; in bezit eener aenzienlyke hoogte, biedt zy eene heerlyke perspectief. De gewelven des choors werden in 1451 gesloten; die der groote beuken in 1487; de sakristy werd in 1830 by den ouden tempel gevoegd. Talryke meesterwerken welke de metropolitane opluisteren, geven op nieuw een bewys van den kunstzin die ten allen tyde onze landgenooten heeft bezield.
De St-Rombautskerk, welke sedert eeuwen in bezit was van den titel van collegiale, werd in 1559, by het oprichten der nieuwe nederlandsche bisdommen, tot den rang van metropolitane verheven. De kardinael Perrenot van Granvelle was haer eerste aertsbisschop. Onder zyne opvolgeren, die hunnen laetsten woon in den prachtigen tempel verkozen, telt men de aertsbisschoppen Joannes Hauchinus, Matthias Hovius, Jacobus Boonen, Andreas Cruesen, Joannes van Wachtendonck, Alphonsus de Berges, Humbertus-Guilielmus à Precipiano, Thomas-Philippus cardinael van Elzas, en eindelyk den Prins de Méan, op 15 january 1831 overleden. Prachtige grafzuilen ter nagedachtenis dezer kerkoversten opgericht, versieren het choor en de beuken der kerkGa naar voetnoot(1).
P. Schats.