Vlaerdings redenrijck-bergh
(1617)–Anoniem Vlaerdings redenrijck-bergh– Auteursrechtvrij
[Folio V2r]
| |
Delf.
| |
[Folio V2v]
| |
Vlaerdingh tot Delff.
WElkoom, die u begin en name hebt bekomen
Van't delven met de Spa: maer t'zijn maer blaeuwe blomen,
Dat Delf na Delphis hiet, want my noch wel gedinckt
Dat Goverd met den Bult Delf dolf, en heeft omringt:
Dan dat en geeft noch neemt; Slech koomt met uwe Rapen
Van warme vochtigheyt, onder mijn daken slapen,
Op dat haer warm' natuer van Mensch-voedende vocht,
In mynen acker drooch mach werden aen-gebrocht.
| |
Delff tot Vlaerdingh.
MET Sulcken jonst en Liefd' (ô schoon Matresse konstich)
Als ghy uwe Dienaers hier nu ontfancklijck zijt,
Even met zulcken lust en liefde t'uwaerts jonstich,
So spreken wy u danck, met harten seer verblijt:
En vermits sich vertoont den voorbestemden tijt,
So komt de Rapen-bloem om voorder in te treden
Binnen t'Vlaerdings geheym, daer den Akerboom wijt
Seer konstich Aensiet Liefd' vervolgens recht en reden,
Dies Wy Rapen geneucht (als Rethorices leden)
In uwer konsten feest die wy hier mercken aen:
Dus ghy Vlaerdingsche Maecht out vermaert in wijsheden,
Neemt danck'lick onsen groet, vrientlijck aen u gedaen.
Wy rapen gheneucht |
|