Vlaanderen. Jaargang 2(1904)– [tijdschrift] Vlaanderen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 310] [p. 310] [Nummer 7] Uit de Natuur. ‘een droom die droomen doet . . . . . .’ - 't Is van de tulpenbloem, in Zonneminne ontloken. - . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Bij zomernacht, eer 't morgenlicht weer leven brocht, lag nog het teere kelkjen in het groen verdoken, omfloersd van pereldauw, een donzig zwevend vocht. Toen rees de Zon: een opwelling van warmer leven ging tintlend door het bloempje, en, bij die tinteling, zoo wou, als roode lippen, 't kelkjen open beven; een adem zweefde los, die in de loovers hing, En langzaam doezelde op de lichte nevelmantel, die maagdelijke sluier, als een zwevend gaas, dat traag ter Zonne steeg, in tintelsprank bij sprankel, als uit een gloeiend vat, een geurig wierookwaas. Dan rees in haar een roes; met vlindervlerk gesus, en, van wellust barstend, bood zij aan het scheppend licht haar kelk; het licht gestreel werd tot een gloed van kussen, en blad aan blad, als vlammen naar de Zon gericht, [pagina 311] [p. 311] Ontlook de tulp, in weelderige bloemenpraal, en haar bloemenziel smolt geurend in den gouden gloed! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . O goddelijke etherische Communie! . . . . stralen en geuren - licht en lucht - . . . O droom, die droomen doet. . . . . . Huize Pax Intrantibus. 11 April 1904. Vorige Volgende