De Vlaamse Gids. Jaargang 81

[p. 12]

Bart Janssen
Aanstaande begraafplaats

1

Winter keert land onverricht,
tast percelen van wit. Aarde
krijgt geen hoogte van licht.

Grond verglijdt van tijd,
geeft aan vroeg of laat
respijt dat koude laat

voor sneeuw verdwijnt.

2

Land bladert in licht,
slaat klaarte om in mist.
Veld volgt vluchtig veld

tot het besloten is. Grond
geeft geen gevolg aan verder
zicht, laat tussen hier en

nu slechts leegte voor gemis.

[p. 13]

3

Land schikt zich in land.
Veld is uitgeteld in tijd,
legt zich als uitkomst neer

voor verder veld. Niets
haalt grond uit de cadans
tussen nu en dan. Leemte

houdt geen afstand van de rand.

4

Grond verloopt tot elke vore
maat neemt van het komende
en vroeger zich bij verte voegt.

In het voorbijgaan houdt land zich op
in stilstand, markeert de tred
die ter plaatse wordt gezet.

Dood geeft tijd aan aarde.