Politiek en cultuur in het Wenen van omstreeks 1900
Nu we op de drempel van een nieuwe fin de siècle staan, voelen we een meer dan gewone aantrekkingskracht uitgaan van een boek dat de overgang van de negentiende naar de twintigste eeuw behandelt. Carl Schorske heeft zijn studie van de laatste fin de siècle beperkt tot Wenen. Hij noemt de Oostenrijkse hoofdstad een van de vruchtbaarste broedplaatsen voor de ahistorische cultuur van onze eeuw. Het verleden werd er afgeschud, de vaders werden verloochend - alleen de grond onder de voeten telde en een naar de toekomst gerichte blik.
Wenen in het fin de siècle beschrijft de reactie van uiteenlopende artistieke krachten op de ineenstorting van de liberale macht in het Habsburgse keizerrijk. De wisselwerking tussen politiek en cultuur loopt als een rode draad doorheen de verschillende hoofdstukken van het boek, dat een merkwaardige analyse brengt van zowel literair werk (Arthur Schnitzler, Hugo von Hofmannsthal, Adalbert Stifter) als van werk op gebied van beeldende kunsten (Gustav Klimt, Oskar Kokoschka) en van muziek (Arnold Schönberg). Ook het werk van Freud, vooral vanuit zijn Traumdeutung, komt uitgebreid en boeiend ter sprake. In het hoofdstuk over de Ringstrasse wordt ook veel aandacht besteed aan de architectuur, aan de visies van de stedebouwkundige Camillo Sitte en architect Otto Wagner. Alhoewel de politiek in elk hoofdstuk aanwezig is, zullen in politieke geschiedenis geïnteresseerde lezers vooral geboeid worden door de tekst over de grote politieke tegenstellingen in deze Weense tijd, met figuren als Georg von Schönerer (samen met Karl Lueger een vroege antisemitische wegbereider van Hitler) en de zionist Theodor Herzl.
Een van de merkwaardigste hoofdstukken in het boek is gewijd aan Gustav Klimt. Hij werd een van de belangrijkste leiders van de Weense generatie-revolte. In zijn narcistische zoektocht naar een nieuw ik, speelde hij een grote rol in de strijd tussen een oude politieke ethiek en een nieuwe esthetische cultuur. Over zijn plafondschilderingen in de universiteit ontstonden bitse tegenstellingen, ook in de politieke wereld. Ook zijn Beethoven-fries lokte felle reacties uit.
Wenen in het fin de siècle is een boek dat zowel historisch als artistiek geïnteresseerde lezers zal boeien. Het is een schitterende studie en een goed geslaagde synthese van diverse facetten van het geestesleven tijdens een belangrijke crisis van het liberalisme.
De auteur is als hoogleraar geschiedenis verbonden aan de universiteit van Princeton. De oorspronkelijke edities van zijn studie over de Weense fin de siècle-periode verschenen tussen 1961 en 1979.
Het boek is met een tachtigtal illustraties verlevendigd en besluit met een uitvoerige reeks bibliografische noten en een register.
L.V.
SCHORSKE, Carl: Wenen in het Fin de Siècle. De crisis van het liberalisme en het ontstaan van de moderne kunst. Uit het Engels vertaald door Anki Klootwijk. Amsterdam, Agon, 1989, 352 p., ill. Prijs: 1.155 BF, gebonden. (In België verdeeld door Standaard Uitgeverij te Antwerpen).