ik hier kwam waren er 9.000 boeken, en dat is nu gegroeid tot meer dan 100.000 boeken. Ik heb hier een prachtig patrimonium bij elkaar kunnen krijgen, dank zij de gelden van de stad en ook van de provincie en ook de hulp van particulieren.
Van bij het begin heb ik een beroep gedaan op de lezers. Ik vroeg hen ons al de boeken te schenken, die ze niet wilden bewaren. Zo hebben wij een patrimonium opgebouwd, dat als reserve zal dienen voor de nieuwe bibliotheek na de nieuwe structurering. Het wordt een bewaarbibliotheek.
- Nu die taak wegvalt komt er wel meer tijd vrij om te schrijven.
- Ja, dat betekent wel zo iets. Ik weet nog niet precies hoe. Ik moet eerst mijn Filmografisch Lexicon der Wereldliteratuur besluiten. Daar heb ik tien jaar intensief aan gewerkt. Er zijn reeds twee delen verschenen. Het eerste loopt van A tot K. Het tweede van L tot Z. En de uitgever wil, omdat het een groot succes is geworden, er een supplement bij. Het werk is in vier talen verschenen. In dat supplement zal ik het verleden nog wat aanvullen en ook de nieuwe produktie belichten. Het werk is met zeer veel lof ontvangen, ook in het buitenland. Ik heb met het supplement nog veel werk. Vroeger werd ik geholpen door twee secretaressen van de uitgeverij. Nu heb ik het zelf allemaal willen doen. Ik moet de drukproeven verbeteren, een register maken.
Dat is dus mijn eerste werk, en dan zal ik thuis verder bibliothecaris spelen. Al wat ik opgestapeld heb - ik ben een geboren verzamelaar - mijn eigen documentatie in orde brengen. Ook mijn literaire correspondentie. Daarnaast heb ik ook enkele plannen voor literatuur. Ik heb een paar verhalen in mijn hoofd. Die hebben moeten wachten door het lexicon.
- Je hebt blijkbaar de laatste tijd niets meer geschreven.
- Ik heb niets meer geschreven. Het is het één of het ander. Dit zal mijn wetenschappelijk levenswerk geweest zijn. Alleen in de rand heb ik korte dingen gemaakt. Ik ben mijn kroniekjes blijven schrijven, mijn ‘Ganzeveertjes’ in ‘Vooruit’, en ook mijn ‘Filmatiek’ in ‘De Periscoop’. En verder zeer veel gedichten omdat dat allemaal korter werk is. Ik heb geen grote boeken meer kunnen schrijven. Mijn laatste roman was ‘Ontmoeting in de zonnekeer’ uit 1967. Intussen zijn voortdurend herdrukken verschenen. Dat heeft mij groot genoegen gedaan. Het oude werk blijft dus blijkbaar de belangstelling wekken. Er zijn over de tien drukken van ‘De trap van steen en wolken’ en over de twaalf drukken van ‘De man die zijn haar kort liet knippen’. Ook werden er veel verhalen opnieuw uitgegeven.
- Is er geen officiële viering voorzien ter gelegenheid van deze verjaardag?
- Dat is niet voorzien, en gelukkig maar, want ik zou er liever van afzien. Ik hou daar niet van. Ik ben ook vijf jaar geleden niet naar de vieringen geweest. Ik moet in dat verband toch iets zeggen. Ik was heel blij met de toespraak van Paul de Wispelaere tijdens de laatste Arkprijsuitreiking. Ik vond het heel aangenaam dat hij Boon en mij niet tegen elkaar heeft uitgespeeld, waarbij ik de zogenaamde - excuus hoor - aristocratische auteur