De Vlaamse Gids. Jaargang 56(1972)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 16] [p. 16] Vergeten grens Wie geeft het geduld een prooi om te verslinden en tekent een verdrag met de ontijdelijke Tijd achter welke mond schuilt in reien van regen verzegeld het woord dat men voorbij de stilte hoort of wordt het kermen van een dier in nood van de verbaasde welp uit de moederschoot ergens verzacht verbonden en verhoord? leer mij nu lopen zonder handen verdring het doodsbeest dat mijn wachten hoort want er kleeft zilver op mijn tong die wit van weelde op gevlekte ribben zong naakt is de liefde nooit als men voorbij de aankomst is en wat men duister een verleden noemt verbrandend in de nacht een wassen bloesem dooft want het geduld wordt als weerpijn ervaren in nerven van een zouter zand loopt ook de Tijd zichzelf voorbij niemand tekent de wonde al druppelt in zijn slaap ondeelbaar het waarom en met de vraag blijft ook het antwoord uit achter de tanden worden woorden hol als een gelooide winterhuid ruilt men het leven dat men toekomst noemt voor een bestendige verzekering zo veilig is geen dier zo weerloos is geen vagebond en als men 's morgens opnieuw dekking zoekt voor wat men haveloos vermoedde als de nacht begon een waaiboom in je dromen wenkte meteen de welvaart in je ribben dringt de stem van de reporter de hongerdood in Pakistan een pikturale waarde van Vermeer WAT WIL JE NU NOG MEER? luister het is de lava niet of een verborgen megaliet die in de snelheid van de toekomst ploft geen steen der wijzen is de oorsprong van dit vuur het middelpunt van dit geluid de aarde rolt het licht voorbij het zijn de mensen van de zomer niet die met de kastanjetten spelen op de achtergrond is het de oude dood die met de leegte danst en wanneer dan zal spreken het buideldier want ook het burlen van de herten ontvlamt de cirkel niet waarin de Tijd zichzelf besluipt in ruil voor vrede die hij wenst de mens altijd de mens Lucienne Stassaert Vorige Volgende