karigen levensstandaard aanvaard, en daartoe een dirigistische politiek in werking gebracht.
België, dat bij de bevrijding naar verhouding er beter voor stond, en dat bovendien begunstigd werd door de uitgaven op zijn grondgebied van de Britse en Amerikaanse legers, terwijl de oorlog werd voortgezet, heeft geen bezwaar gezien in zwaardere productie-kosten, die verband houden met de lasten van de nieuw ingevoerde sociale wetgeving en van de steeds stijgende lonen.
Men moet hopen, dat de huidige moeilijkheden, die gedeeltelijk uit deze dispariteit voortspruiten, de economische unie zelf van de Lage Landen niet zullen in gevaar brengen.
Wat de internationale instellingen en den consultatieven parlementairen drie-landen raad betreft, waarvan thans spraak is, geldt het hier feitelijk zeer bescheiden pogingen, wanneer men bedenkt, hoe sommige federalisten willen voorthollen op Europees gebied en welke internationale politieke instellingen voor de zes landen van het Schuman-plan en de Europese verdedigingsgemeenschap ontworpen worden.
Die institutionele instellingen en de raadgevende parlementaire drie-landenraad zouden de maatregelen moeten wegwerken, die de productie-kosten op een te eenzijdige wijze ten nadele van het partner-land beïnvloeden.
Daardoor wordt niet eens een te strakke gelijkschakeling van de lonen verondersteld, vermits in ons eigen land de lonen in het ene gewest merkelijk verschillen van de lonen in een ander, maar er zijn wel degelijk maatregelen zoals op het gebied van de belastingen en de investeringen, die meer gelijklopend zouden moeten zijn.
Onze overtuiging is, dat indien de drie Lage Landen niet verder samenwerken zoals het behoort, zij hun invloed op internationaal gebied verspelen en hun vrije lotsbestemming zullen in gevaar brengen.
Het verwondert ons dan ook, dat aan Vlaamse zijde niet meer daadwerkelijk opgetreden wordt om de nodige atmosfeer te scheppen, waarin de unie gedijen kan.
Van een politiek Groot-Nederland, die hersenschim, welke met de werkelijkheid geen rekening hield, wordt gelukkig geen gewag meer gemaakt, maar de Vlamingen zouden toch van wat meer belangstelling mogen blijk geven voor al de vraagstukken, zowel de economische als de sociale en de culturele, die met de samenwerking van België, Nederland en Luxemburg verband houden.
Dat ware vroeger gans anders geweest, terwijl het thans meer dringend is dan ooit.
De Europese internationale instellingen zijn in den maak; de Europese Kolen- en Staalgemeenschap is werkelijkheid geworden.
Wij bepalen er ons bij er op te wijzen, dat de ontworpen grondwet een Volkeren-kamer, een Staten-kamer, een uitvoerend gezag en een hoog gerechtshof voorziet.