De Vlaamse Gids. Jaargang 34(1950)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 297] [p. 297] Ophelia I. Ophelia, gij zingt, en 't water Vloeit donker langsheen riet en lisch, En geen van bei vermoedt hoe later De bruiloft komt in duisternis. Een droomer zal uw handen streelen, Uw blos in bleekheid overslaan: Hij zal met bittre woorden spelen, En gij zult naar 't zwart water gaan. En beide drijven voort en verder, En immer dieper in elkaar. Het lam gaat dood, dan schreit de herder; Te laat, te laat, haar lot lag dààr. [pagina 298] [p. 298] II. Bij 't riet, het lisch en treurwilgtwijgen Gebogen langs die stille vliet, Zal ik niet langer moeten zwijgen Dat ik verga van stil verdriet. De maan, de melkweg en de sterren Weerspiegeld in die donkre vliet, Ze zullen niet de baan versperren Waar 'k vluchten moet mijn stil verdriet. De nacht, het water, rilde biezen Ze zullen meedoen met de vliet Waar ik voor goed zal gaan verliezen Het leven en mijn stil verdriet. Firmin VAN HECKE Vorige Volgende