De Vlaamse Gids. Jaargang 32(1948)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 731] [p. 731] Angst De zee heeft allang dit land overspoeld... Nu liggen wij samen bedolven diep in het duin. Hebben de golven, Hebben mijn handen uw willen losgewoeld? Zó waren wij willoos als wieren, in 't water. Hoor, hoe de meeuwen tieren..., hoe een wereld onwetende joelt wijl wij saam en vereend zijn gevaren in dezen dood. Waarom hebben de baren vóór uwe vlucht... dit land overspoeld...? *** Omzongen door wonderen van Dood en zee, liggen wij samen te luistren... Kindren, in dit vreemde huis, te fluistren... wij alleen, verzonken in den schoot der zee. Nu zijn we lied geworden schelpen In wie de toverzang niet meer te stelpen is. Wij zijn verenigd in den dood... Lief, zal het duren? Ik lig zó wanklend en zó bang, voor elke golf die kantlend ons ver... verder uit elkander stoot... Antoon GOBERT Vorige Volgende