De Vlaamse Gids. Jaargang 32(1948)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 714] [p. 714] Het zwijgen Ze vloekten het leven met schampere woorden: Eentonig en rechtloos, dom en wreed, Waar geen den zin of het doel van weet, Een hinderlaag, een wildernis, Een eenzaam kampen in duisternis, En dat geen god hun klacht aanhoorde. En 'k dacht aan 't wonderbare licht In de ogen ener jonge moeder, Van zee en berg het koninklijk gezicht, De jonge liefde die onz' dromen voedde, Aan de muziek en rozen na den regen, En luistrend naar hun taal heb ik gezwegen. Ze loofden het leven met klinkende namen: Een gift der goden, een énige gunst, Het goed te leven een zeldzame kunst, 't Was een stalende strijd, een heilige dans, Voor ieder blonk er een stralende kans Op geluk, lokkend licht achter ramen. En 'k dacht aan al wat redloos werd geschonden, Aan de twee graven buiten de stad, Aan 't zwoegen, 't lijden, de angst, aan wat Zovelen hoopten en nooit vonden; En luistrend naar wie 't loofden als een zegen Heb ik het hoofd gebogen en gezwegen. FRANS DE WILDE Vorige Volgende