De Vlaamsche Gids. Jaargang 30(1946)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 252] [p. 252] Slotballade In den naam des Vaders dien 'k niet ken, in naam der milde moeder Aarde, in naam van die ik zelve ben, Decorte, kaal en zonder waarde, schenk ik dit christen boekje aan hen, de halve alsook de heelbehaarde, verketterde discipelen, die nooit hun eigen zieltje spaarden. Ik schreef het met een puntge pen. Ik ben geen van die fijnbesnaarden, zoo geen verwaterde Jan-hen die eeuwig deugd aan vreugde paarde, doceerend in een kippenren, maar een van die niet best vermaarde, vermeetle wederwilligen, die nooit hun eigen zieltje spaarden. Want 'k ben zoo een die nimmer wen aan wet en wil der getabbaarden, één van die vrije vogelen die niet in 't hoenderhok kan aarden, een die de dolste paarden men, maar ook een dier met walg bezwaarden, dier stevige onbestendigen, die nooit hun eigen zieltje spaarden. Prins Dwarshout, zoo ik schamp en schen en keer mijn hakken der eerwaarden, verslijt mij liefst voor wat ik ben, die nooit zijn eigen zieltje spaarde. Bert DECORTE Vorige Volgende