Gabriela Mistral
ALS men bedenkt hoe bitter weinig dichters een wereldvermaardheid verwierven in onze moderne tijden, dan is het apport van Amerika niet te misgrijzen. Noord-Amerika kan Walt Whitman vooruitzetten, Zuid-Amerika Ruben Dario.
Het komt nog zeldzamer voor dat een dichter met den Nobelprijs wordt bekroond. Door den aard van deze onderscheiding zelf, wordt ze gewoonlijk toegekend aan iemand, wiens werk de penicilline bevat om ten minste één geslacht van het menschdom te genezen van de ontsteking, die oorlog heet.
De Zweedsche Akademie heeft op het einde van 1945 anderhalf millioen frank willen besteden om het overwegend poëtisch oeuvre van de Chileensche dichteres Gabriela Mistral (1889) bekend te maken. We laten het buiten bespreking of de jury aan hooge politiek heeft willen doen en even de aandacht heeft willen vestigen op een half-continent, dat niet al te rechtstreeks bij den oorlog werd betrokken en, daar het Latijnsch is van uitdrukking, een soort van evenwicht kan lijken tegenover Angel-Saksische krachten. Het feit, dat Mistral door Frankrijk werd uitgenoodigd om enkelen tijd te gast te zijn, kan eveneens stof tot nadenken geven. Want Zweden is zeer subtiel in het kiezen van zijn kandidaten. Het heeft nu liefst buiten Europa gekozen, maar toch in de sfeer van het Latijnendom. Dit kan een troost zijn voor Jules Romains en Georges Duhamel en geen ressentiment scheppen in Engeland, de States en Rusland.
Als dusdanig kan Gabriela Mistral een goede keus worden geheeten. Wie het geval louter op litterairen grond beschouwt, kan enkele bedenkingen in het midden brengen. De bijna onvertaalbare, poëzie van Mistral zal nooit mondgemeen worden over de gansche aarde. Van uit dien hoek bekeken, draagt de bekroning niet.
Zeker is Mistral een zeer persoonlijke dichteres. Zij is nationaal en tevens algemeen menschelijk. Ze ankert in de traditie en is terzelfdertijde modern. Op dit oogenblik is ze onbetwistbaar Zuid-Amerika's grootste woordkunstenares.
De gedichten, die we trachten te benaderen met Nederlandsche woorden en klanken, geven een zeer zwak beeld van haar poëtische uitstralingskracht. Deze dankt haar charme en haar resonantie overwegend aan een klimaat, dat voor ons wegvliedt, precies als het licht over een landschap, wanneer een wolk zich tusschen zon en aarde zet. Voor Mistral geldt, wat voor den Spaanschen dichter Federico Garcia Lorca geldt: haar vertalen is haar ziel en kleur ontnemen.
Karel JONCKHEERE