De Vlaamsche Gids. Jaargang 25
(1936-1937)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 241]
| |||||||||
De Russische Omwenteling in de WereldgeschiedenisGa naar voetnoot(1)Het schijnt wel gewaagd en zelfs vermetel, op dit oogenblik, de definitieve plaats aan te duiden welke in de wereldgeschiedenis voor de Russische omwenteling is weggelegd. Nochtans waar men, tot verre in de XIXe eeuw, een paar generaties wachten moest om een min of meer juisten kijk te krijgen op de gebeurtenissen, tot wanneer de verzameling verscheen der tegenstrijdige schriften waartoe die gebeurtenissen aanleiding gegeven hadden, of de publicatie van memoires na den dood der betrokken personages, is heden de toestand gansch anders. Dag voor dag, bijna uur voor uur brengen de radio, de pers en tijdschriften van alle slag, al wie maar luisteren of lezen wil, onmiddellijk op de hoogte, niet alleen van de objectieve vaststelling der gebeurtenissen zelve, maar ook van hunne subjectieve interpretaties door de meest verschillende betrokken en ook buitenstaande middens. De gebeurtenissen der XXe eeuw kan ieder, om zoo te zeggen, mede volgen, mede leven of ten minste nauwkeurig en stap voor stap in hunne evolutie nagaan. Van daar dan ook dat, in tegenwoordigheid der rijke documentatie en der meest uiteenloopende en tegenstrijdige critieken en beoordeelingen, het niet te gewaagd is, volgens mijne bescheiden meening, de beteekenis op te zoeken der Russische geschiedkundige tragedie, welke zich in onzen tijd afspeelt, alvorens het stuk uitgespeeld en het doek gevallen is na de vijfde akte. Misschien zal de uitwerking van het onderwerp onder den titel: ‘De Russische Omwenteling tegenover de Wereldgeschiedenis’ sommigen teleurstellen, welke veel meer verwacht zouden | |||||||||
[pagina 242]
| |||||||||
hebben, en daarom zal ik dan ook eerst en vooral beginnen met te verklaren wat ik mij voorgesteld heb te onderzoeken. Ik wil Soviet Rusland niet eens te meer ontdekken; ik wil, zooveel mogelijk, critische beschouwingen vermijden, en slechts de evolutie der gebeurtenissen sinds 1917 nagaan en trachten te begrijpen om de beteekenis er van op te speuren en de plaats op te zoeken welke deze omwenteling in de wereldgeschiedenis innemen kan of zal. En dan stel ik onmiddellijk de vraag: Is de Russische omwenteling van 1917 eene historische gebeurtenis welke in de wereldgeschiedenis eene plaats bekleeden zal als b.v. de Fransche omwenteling van 1789 en treedt met haar een nieuw geschiedkundig tijdperk in? Of wel is deze Russische omwenteling slechts eene episode in de evolutie naar democratische staatsverwezenlijkingen bij een volk dat driehonderd jaren ten achter gebleven is op de West-Europeesche democratiën? In andere woorden, komt het er op aan den achterstalligen weg in te loopen, of gaat het om een voorlooper, en daagt in het Oosten het eerste licht van nieuwe tijden? Ik stel me voor dit vraagstuk te onderzoeken en het gepaste antwoord er op te vinden.
***
Van heden af kunnen wij de opvolging van vier tijdvakken in de evolutie der Russische omwenteling vaststellen:
| |||||||||
1e Tijdperk.Ik behoef er niet aan te herinneren dat de bolchevistische omwenteling het dubbel doel had de tsaristische autocratie te vernietigen en in de plaats de practische toepassing der Marx-theorieën | |||||||||
[pagina 243]
| |||||||||
te verwezenlijken, door de vernietiging van het kapitalistisch regime. Het doel was de verwezenlijking der gelijkheid door de dictatuur van het proletariaat. In 1917 was het oogenblik uiterst gunstig voor Lenine en zijne extremisten. Slecht uitgerust, slecht bewapend, verraden en verkocht, was het tallooze Russische leger, reus met leemen voeten, ineengestort; het zwakke bewind van Kerensky, de wanorde, de teleurstelling en de psychose van een geslagen volk hadden in Rusland dezelfde gevolgen als wat, in dezelfde omstandigheden, ook elders noodzakelijk gebeurt: revolutie en broedermoord. Parijs heeft immers na 1870 de Commune gekend en Duitschland na 1918 de Spartakisten. Gedurende jaren woedt de verdelging, onteigening en moord, burgeroorlog en stopzetten van elke ernstige economische werkzaamheid. Wanneer de witte legers zullen verslagen zijn, wanneer de oude aristocratie uitgeweken of uitgemoord, de burgerij vernietigd of verbannen, de fabrieken verwoest, de wegen onveilig en wat er bestond van moderne economische uitrusting vernietigd is, dan komen de bolchevistische leiders voor zulk een puinhoop te staan, dat er onmiddellijk krachtdadig aan heropbouw moet gedacht, zoo men niet gansch het land, nog honderden jaren achteruit, tot de primitiefste barbaarschheid doemen wil. In 1921 was het vernietigingsproces zoo gevorderd, dat er zelfs geen voedsel meer was om de bevolking in het leven te houden en de hongersnood tot volledige verdelging dreigde. Laat ons hier ook het vraagstuk aanstippen der ouderlooze, woninglooze, zwervende kinderen, waar men geen blijf mede wist en welke voor de gemeenschap en de toekomst van het ras een duchtig gevaar uitmaakten. Het weze hier volmondig bekend: de door Lenine gedane krachtinspanning is bewonderenswaardig, en de systematische uitwerking zijner plannen met de noodige aanpassing aan de tijdsomstandigheden een reuzenwerk, dat met succes bekroond werd. Doch dit kon slechts verwezenlijkt door regelmatige afwijking der oorspronkelijke communistische theorieën. | |||||||||
[pagina 244]
| |||||||||
IIe Tijdperk. - De N.E.P.Inderdaad, zoo het immer gebeurt, is het niet met principesverklaringen noch theoretische uiteenzettingen, al wezen ze de theorieën van Karel Marx zelve, dat menschelijke vraagstukken practisch opgelost worden. Er dient met de werkelijkheid rekening gehouden te worden en plooibare toe- en aanpassingen gevonden. Dit begreep Lenine opperbest. Sinds 1921 reeds werpt hij ballast uit en huldigt de nieuwe economische politiek. De ruilhandel werd opnieuw ingevoerd en stilzwijgend werd het eigendomsrecht erkend. Niet alleen de economische toestand van het land veranderde, maar tevens nam de volkspsychologie eene nieuwe wending. Wel is waar was het geen uitgesproken terugkeer tot het kapitalisme, doch er werd toch privaat kapitaal gevormd. Min dan twee jaar na de invoering der N.E.P. was er meer dan 90% van den kleinhandel in handen van particulieren, terwijl privaat kapitaal ook binnendrong in den groothandel. In 1923 beliep het privaat kapitaal, in den groothandel belegd, tot slechts 10%, en in 1924 reeds was dit cijfer tot 30% geklommen. De reactie bleef dan ook niet achterwege, daar het regime zelve, in zulk tempo, eerstdaags in gevaar zou komen. Van 1923 af werden eenige Neplui zóó door taksen beladen, dat zij er onder bezweken; anderen werden, onder voorwendsel van speculatie, naar Siberië gezonden of terechtgesteld. Terwijl de Neplui min of meer geduld werden om de minimumvoeding der bevolking te verzekeren; terwijl men ten lande den rijken boer, of Koelak, toeliet zijn landbouwondernemingen uit te baten op een alles behalve communistisch systeem, zonder hetwelk de landbouw niet zoude gegaan zijn, werd systematisch de verzekering van den voedingsvoorraad ingericht door de schepping, de inrichting en de bevordering van de landbouwvoortbrengst onder vorm van dorpscooperatieve hoeven of kolkhozen, in tegenstelling met de sovkhozen of Staatshoeven, waarvan de | |||||||||
[pagina 245]
| |||||||||
opbrengsten ontoereikend gebleken waren om alleen 's lands voeding te verwezenlijken. Hier ook was het bewezen dat de Staat alleen niet bij machte was den landbouw te redden en de voeding der bevolking te verzekeren. Het is slechts in 1929 dat de ontwikkeling der socialistische landbouwgebieden den Staat toeliet zich onafhankelijk te maken van de Koelaks, en dat de regeering er aan denken kon zich van hen te ontdoen en hunne ondernemingen te likwideeren. | |||||||||
IIIe tijdperk. - Het piatiletka.Het jaar 1929 was beslissend in de ontwikkeling der revolutionnaire beweging. Niet alleen werd gedurende dit jaar de klassenstrijd hervat, maar wekte het groote vijfjarig industrialisatieplan een nieuw revolutionnair enthousiasme in de proletaire middens der steden. Alle krachtinspanningen werden op een enkel doel aangestuurd; de goede wil, het beroep op de uiterste opofferingen, de wilskracht en de tucht, alles deed terugdenken aan de eerste revolutiejaren. De karaktertrek van dit tijdvak is de uitbating der massapsychologie tot de verwezenlijking van een grootsch plan. Op elkeen werd beroep gedaan, aan elkeen werd de tucht opgelegd. Waar hij zich ook bevindt, zal de communist ijveren om de toepassing van het leerstelsel der partij te verwezenlijken, en heden is het charter van dit leerstelsel het vijfjarig plan. Het komt er op aan in den kortst mogelijken tijd, in eenige jaren, den driehonderdjarigen achterstal in te loopen, dien Rusland op de groote beschaafde landen heeft. Daarna zal men ze voorloopen en beter verwezenlijken dan wat zij ooit deden. Dit moet ook bekend, het industrialisatieprogramma gelukte ten volle en zelfs vóór den vastgestelden tijd! De statistieken van Moskow beroepen zich op het stichten van 570.000 nijverheidsondernemingen, op 15.000 electriciteitscentralen, op 134 millioen hectaren bebouwd land, op 450.000 | |||||||||
[pagina 246]
| |||||||||
tractors, op 22.000 lokomotieven en 90.000 kilometer luchtverbindingen. Wel is waar werd de Regeering in haar werk juist begunstigd door den onbegrijpelijken primitieven staat, waarin het land zich bevond. Rusland was niet gebonden door de erfenis van het verleden, en het weinige wat bestond was gedurende de eerste revolutiejaren ten gronde afgebroken. Er kon, om zoo te zeggen, op een zuiveren bodem, van de grondvesten af, onmiddellijk opgebouwd worden. En nu? De voeding is verzekerd en het land economisch uitgerust. Wat gewonnen en veroverd werd, dient bevestigd, en van daar de Nieuwe Grondwet. | |||||||||
IVe tijdperk. - De grondwet.Sinds lang is er van de oude aristocratie, steunpilaar van het autocratisch tsarisme, geen spoor meer; de vooroorlogsche burgerij is opgeslorpt, verloren of verdwenen; Nepmen en Koelaks zijn gelikwideerd; de egalitaire Communistische Partij is heer en meester en zwaait den scepter; de dictatuur van het proletariaat is ingesteld; grond, grondstoffen, nijverheid, handel, vervoer, voortbrengst en verkoop, alles is in handen van den Staat en toch is de gelijkheid, door Marx gepredikt, niet verwezenlijkt. André Gide, in zijn boek ‘Retour de Russie’, schrijft dien toestand toe aan de gelatenheid en vadsigheid van het Russische volk, welke de regeering genoodzaakt heeft een regime van ongelijken loonrooster in te voeren. Eene nieuwe klasse van kleinburgers wordt, volgens hem, herschapen, eene klasse, conformistisch denkend en tevreden met haar lot. De oude gezel van Lenine, de uitgewekene, de banneling Trotski roept de wereld toe dat de Revolutie door Staline verraden is. Marx, schrijft hij in zijn werk: ‘De Omwenteling verraden’, had eene befaamde formule verkondigd: ‘Door elkeen volgens zijn kracht, aan elkeen volgens zijn behoefte.’ Staline heeft deze | |||||||||
[pagina 247]
| |||||||||
formule herzien en gewijzigd: ‘Door elkeen volgens zijne bekwaamheid, aan elkeen volgens zijn werk’. Eene egalitaire formule wordt omgezet in eene formule van mededinging en wedijver. Heden, schrijft Trotski, verdeelen 15% der bevolking van U.R.S.S. ondereen de helft der sovietrijkdommen. Zelfs in de kapitalistische landen is deze verhouding slechts 20% en tusschen het loon van den werkman en van den patroon bestaat de verhouding niet, welke in Rusland heden als natuurlijk aangenomen wordt, waar een Karl Rodek 8.000 roebels per maand ontvangt, en de eenvoudige werkman slechts 150 roebel. De oude theoretici der revolutie kunnen zich niet nederleggen bij de ontwikkeling hunner omwenteling; van daar dan ook het proces tegen Kamenef, Zinoviev en hunne vrienden, de terdoodveroordeelingen of de ballingschap. Om de nieuwe grondwet te begrijpen zullen wij aan Staline zelve den uitleg vragen. In Februari 1935 besloot het VIIe Congres der Soviets eene grondwet voor te bereiden, welke de sociale en economische ontwikkeling zou weerspiegelen. Eene Commissie van 31 leden werd benoemd. Het verslag dezer Commissie werd door Staline zelve voorgelezen op het VIIIe Sovietcongres te Moskow, op 25 November 1936. Ziehier hoe Staline de draagkracht dezer grondwet bestempelt: Wanneer een plan of programma spreekt over wat nog niet bestaat en wat moet verwezenlijkt worden in de toekomst, moet integendeel eene grondwet gewagen van wat reeds is, van wat reeds nu verkregen en gewonnen is. Het programma wijst op de toekomst, de grondwet op het heden. De Russische grondwet is gevestigd, besluit hij, op socialistische principes, op den collectieven eigendom, op het economisch ontluiken, op den vergoeden arbeid. En eindelijk wordt het stemrecht toegekend, en een democratisch regime ingesteld (wanneer en hoe het toegepast zal worden, wordt niet gezegd). | |||||||||
[pagina 248]
| |||||||||
Het grondwetsvoorstel, zegt Staline, bekrachtigt een logisch en onverdroten democratisme, een democratisme zonder voorbehoud. De nieuwe strekking draagt dus vooral een dubbel kenmerk: 1o) de bekrachtiging der bestaande toestanden, conservatieve strekking; 2o) het vrije en algemeene stemrecht, eene democratische strekking. Wij zijn verre van het oorspronkelijke communisme en van de dictatuur van het proletariaat. Voor de eerste maal is er sprake van democratie en het staat buiten twijfel dat het stemrecht noodzakelijkerwijze voor gevolg hebben zal de psychologie der massa eens te meer te beïnvloeden. Sinds 19 jaar heeft men het volk buiten alle medezeggenschap gelaten en de massa's hebben de gewoonte, en zelfs het begrip verloren van mogelijke critiek op de daden hunner regeerders. Morgen staan ze, onvoorbereid, voor nieuwe vraagstukken, waarover men hun hunne zienswijze vragen zal. De politieke bekommernissen dringen dan in de diepe volksmassa's in met het stemrecht, en de kameraad groeit op tot staatsburger. Indien zekere vooruitgang verwezenlijkt werd door de Bolchevisten, was het telkens ten koste eener verzaking van de zuivere leer en het communistisch ideaal; het communisme zou sinds lang tot het verleden behooren, indien het zich beperkt had tot de enge opvatting van zijn eigen leerstelsel. Op economisch terrein zijn de verwezenlijkingen der Russische omwenteling machtig; eene reusachtige nijverheid is uit den grond gerezen. Maar in de fabrieken wordt aan den ketting gewerkt, en elkeen heeft zijne plaats hernomen; de keurwerkman, de Stakhanovist, wordt rijkelijk betaald; de ingenieur, als de officier in het leger, doet de tucht heerschen, en wordt naar verdienste vergoed. Van de theoretische gelijkheid blijft niets meer. Op politiek terrein is men den weg op, in verdubbelde etappen, naar de democratie. Neen, de Russische Omwenteling verwezenlijkt niet het begin | |||||||||
[pagina 249]
| |||||||||
van nieuwe tijden, waar de gelijkheid heerschen zou, op onwrikbare inrichting gevestigd, onder massadictatuur. En het is des te beter. Het zou te ontgoochelend zijn voor de toekomst van het menschdom, indien deze leiden moest tot staatsvormen en inrichting als deze der mieren en der bijen. Het menschelijk wezen behoudt zijne onherroepelijke rechten. De menschelijke geest ontsnapt aan elke controol, aan elken band. De theoretici hebben de waarde van het individu onderschat of verwaarloosd en zijn geluk tegen hem zelve willen verwezenlijken. De evolutie der Russische omwenteling bestaat nu juist hierin, geleidelijk zijne waarde terug te geven aan het menschelijk wezen, aan het individu, aan de personaliteit. Door zoo te handelen komt zij de begrippen te gemoet der groote werelddemocratieën.
***
Deze evolutie, wel is waar, is verre van voltrokken. De nieuwe grondwet wordt aangekondigd en zelfs uitgelegd, een breed algemeen stemrecht wordt beloofd, en dus het eerste en voornaamste politiek recht aan den Russischen staatsburger toegekend, edoch, het wordt nog niet gezegd wanneer en hoe dit recht toegepast en uitgevoerd zal worden. Inmiddels wordt er voortgeploeterd en, als Ugolijn, om voort te bestaan, vreet de omwenteling hare eigen kinderen op. De Guepeou is machtiger dan ooit en de politieke processen te Moskow verbazen de wereld, zoowel door het onverwachte der vervolgingen als door het zonderlinge der houding der beschuldigden zelven. | |||||||||
De politieke processen te Moskow.Hoe zoo, zooeven heeft Staline het stemrecht beloofd en op hetzelfde oogenblik worden tegenstrevers vervolgd en veroordeeld, en kondigt men de inbeschuldigingstelling der weduwe van Lenine zelve aan! | |||||||||
[pagina 250]
| |||||||||
Het schijnt wel een paradox, eene onverstaanbare tegenstrijdigheid, bij het eerste opzicht gansch onverklaarbaar. Nochtans, wanneer men er met meer nauwgezetheid en met meer critischen zin op neerkijkt, ligt de uitleg voor de hand. Het systeem, de proceduur heeft wel meermaals gediend. Tegenstrevers worden gebruikt om het regime leefbaar te houden en zelfs te versterken en, wanneer zij hunne rol uitgespeeld hebben, worden zij onmeedoogend, als nutteloos en versleten materiaal, afgemaakt. De Nepmen en de Koelaks ondergingen geen ander lot. Na de tallooze principesverzakingen, na het diep ingeworteld landbouwregime der kolkhozen, na den cooperatieven vorm, aan de meeste staatsinstellingen gegeven, na het herinvoeren van een beperkt eigendomsrecht, den eerbied van het familieleven en het erfenisrecht, na den schommelenden loonrooster en het stichten van categorieën van bevoordeeligde gesalarieerden, na de machtverwezenlijking der bureaucratie en de regimebevoorrechtigden, na al de inbreuken op de oorspronkelijke Marxtheorie, kan Staline niet meer terug naar volledigen Staatseigendom en de egalitaire principes der proletariaatsdictatuur. Hij wordt gedwongen een stilstand in het te ras ingeloopen evolutieproces te verwezenlijken en doet dit door de verkondiging der nieuwe grondwet. Doch de nieuwe grondwet geeft het stemrecht, moet het stemrecht geven, daar hij, in het vervolg, steunen moet op de nieuw gevormde klasse. In de Sovietrangen is te veel oppositie ontstaan, en eene beperkte stemming zou Staline's einde kunnen beteekenen. Want Staline weet zich omringd van vijanden en tegenstrevers van alle slag, van rechts en meer nog van links. Past hij morgen het stemrecht toe alvorens deze vijanden onschadelijk te hebben gemaakt, dan rijzen te allen kante oppositiegroepeeringen op, onder de leiding van die voormannen, welke hij nu, onder voorwendsel van verraad tegen het regime, vervolgen en veroordeelen doet met den steun der Guepeou. En morgen, wanneer dit gevaar ook geweken zal zijn, na de verdwijning van al degenen welke eene oppositie hadden kunnen uitmaken en verwezenlijken, zal hij het stemrecht zonder gevaar in zwang brengen, na verklaard te hebben, dat, nu de vijanden van | |||||||||
[pagina 251]
| |||||||||
het communisme onschadelijk gemaakt zijn, het Soviet-Rusland rijp is voor het democratisch stemrecht. Eens te meer zullen de woorden hunne werkelijke beteekenis niet meer hebben en de nieuwbakken Russische staatsburger zal communist of Staline stemmen, denkend en overtuigd zijnde dat hij, de revolutie getrouw, het regime versterken zal. Maar dit regime zal den meer voorbereiden en nadenkenden toeschouwer voorkomen als eene verwezenlijking, welke niets meer te maken heeft noch met Marx noch met massadictatuur, en slechts, trots alles, geleidelijk, in ontwikkeling of door nog te vreezen avonturen, den weg naar de democratie op moet. | |||||||||
BesluitReeds in 1931, in het begin van het vijfjarig plan, schreef Emile Schreiber (Comment on vit en Russie): ‘De evolutie van het Bolchevisme gaat zijn gang. Het is geroepen nog meer gedaanteverwisselingen te ondergaan, om de intellectueele theorieën met de levende werkelijkheid in overeenstemming te brengen. Zooals het zich heden voordoet, is het Sovietregime verre van de opvattingen, welke zijne apostels er in het begin over hadden. Het zal nog veranderen, zonder wel te verstaan terug te keeren tot toestanden welke voor immer tot het verleden behooren. Het is trouwens mogelijk dat wij zelve, zonder het te weten, ook eene tegemoetkomende evolutie ondergaan, door den drang der omstandigheden zelve. ‘Misschien zal de beperking der persoonlijke vrijheid waarnaar wij streven, zonder deze, als in Rusland, eenvoudig af te schaffen, samenvallen met een streven door het Sovietregime om in het collectieve leven de rechten en de vrije opvattingen van het individu te herstellen. De afgrond, welke de gebeurtenissen tusschen onze landen gedolven hebben, wordt alzoo misschien gevuld.’ Dit werd, zooals gezegd, geschreven in 1931. Heden brengt de nieuwe grondwet nieuwe karrevrachten aan om dien afgrond te vullen. Onze Westersche democratieën hebben niet moeten overgaan tot opstand en revolutionnaire verwoestingen, om den vooruitgang | |||||||||
[pagina 252]
| |||||||||
te verwezenlijken op hygiënisch, sociaal en economisch gebied, waarop de meesters van het Kremlin zoo fier zijn. In 1848, toen er in de meeste Europeesche hoofdsteden omwentelingen uitbraken onder den drang der revolutionnaire gedachten van 1789, zegde reeds onze groote Belgische Staatsman, Charles Roger, in het Belgisch Parlement: ‘Om de wereld te veroveren moeten de gedachten van '89 niet meer langs België gaan; ze staan sinds lang geboekt in onze liberale grondwet.’ En heden ook, voor het goede dat in Rusland verwezenlijkt is en dat wij sinds lang bezitten, hebben wij geene catastrofische revolutiejaren moeten doorstaan. En gisteren, bij zijne troonsbeklimming, hield onze Vorst er aan vast te stellen dat onze instellingen en onze grondwet lenig genoeg zijn om aan alle omstandigheden aangepast te worden en aan alle noodwendigheden te beantwoorden. Neen, de Russische omwenteling heeft ons niets te leeren. Naïef en vol bewondering staart de Russische moejik op de inrichting en de uitbating der Staats- en kolkhozehoeven, op de tractors ten velde en de statistieken in de bureelen; en hij zal ons niet gelooven wanneer wij beweren dat er ook ten onzent modelhoeven, en landbouwscholen, en technische instituten, en tractors op onze velden zijn, en dat, ten onzent, dit al verwezenlijkt is zonder revolutie, in vrede en samenwerking der klassen. Naïef en vol bewondering staat de fabriekwerker tegenover het geleverde werk van den Stakhanovist, welke slechts een stukwerker is die een slavenarbeid levert, waartegen juist onze werklieden de hevigste protesten aangeteekend hebben, en hij zal ons niet gelooven wanneer wij hem zeggen dat, zonder sweatingsysteem, en slechts door overreding, begrip en plichtbesef, onze geschoolde en lovenswaardige werkende klasse een beter, winstgevender werk en eene kostbaarder voortbrengst verwezenlijkt in minder werkuren dan al de Stakhanovisten uit het Sovietparadijs. Ongeloovig zal de proletair, bewust van zijne meerderheid en hoogere beschaving, opkijken, als men beweren zal dat er ook in ons land scholen van allen graad bestaan, moderne vervoermiddelen in gebruik zijn, en dat kunst en vermaak voor elkeen toegankelijk zijn. | |||||||||
[pagina 253]
| |||||||||
Het is prachtig dat in eene tijdspanne van twintig jaar drie eeuwen ingeloopen zijn, maar het is dom, ten onzent, door zekeren een verrekijker te zien gebruiken om de Russische verwezenlijkingen te bewonderen, zonder de oogen te slaan op wat voor ons ligt, en dat minstens zóó bewonderenswaardig is en daarbij meer achting verdient, omdat het in vrede en gezamenlijken ijver en streven verkregen is. Laat ons eene enkele hoop koesteren: dat in onze democratische landen, in verstandhouding en wederzijdschen eerbied, het streven naar lotsverbetering immer verder gedreven worde, en dat in Rusland door eene regelmatige en bestendige evolutie, door beter begrip der menschelijke individueele waarde, door de erkenning en bekrachtiging der gewetensvrijheid, het groote Russische volk het democratisch regime zal kunnen vervoegen, - het eenige dat, zooals, in een oprechte geloofsbelijdenis, de Voorzitter der groote Amerikaansche democratie, President Roosevelt, kort geleden verkondigde, in vrede en eensgezindheid, in voortdurenden opmarsch, naar vooruitgang voert.
28 Januari 1937. L. JORIS. |
|