De Vlaamsche Gids. Jaargang 25(1936-1937)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 122] [p. 122] Vers Sterf, wilde onrust. Dood, waar zijt gij? In de zachte nevelen van uw rijk wil ik zoeken den laten lust van uitgedoofden brand, die kleeft aan 't koude lijk. Dood, waar zijt gij? Waar vind ik d'avondlijke rust, die uw strakke hand balsemt over zeere lijven? Dood, ik min U plots: Gij kust d'eindelooze nietigheid der armen, die verblijven in deze lage dalen. Kom, zwarte Dood, ik sidder nog, als ik U zie; ik ben nog jong: woester zal mijn sidderen dan in uwe koude klaarheid dalen. FRANS SMETS. Vorige Volgende