De Vlaamsche Gids. Jaargang 24(1935-1936)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 218] [p. 218] [Twee gedichten] Avondvrede Als de laatste verven sterven Van een gouden zomerdag; Als de zon haar lichte-schichten Dooven laat met milden lach; Als uit blauwe boomen komen - Van zoo de avond deemst'ren gaat - Hemelzoete akkoorden: woorden Die het schreiend hart verstaat; Als in 't stille van de landen Plots een avondklokje tampt; Als ginds, lui, de koeien loeien, Hier en daar een veldvuur vlamt, Dan heb ik in 't loome droomen Stil gebeden in dien stond: ‘Deel mij ook uw vrede mede, Gij, Natuur, die vrede vondt.’ [pagina 219] [p. 219] Albumblad 'k Heb vele mooie boeken reeds gelezen Van dichters, die de ware woorden vonden, Om d'heiligste gevoelens te verkonden, Die trilden in het diepste van hun wezen. O! kon ik ook zoo'n groote dichter wezen! Hoe zou ik vrij, oprecht, met eigen monde U woorden fluist'ren, zoo uit 't hart gerezen, Die mijn vereering thans voor U verkondden! Kan ik als zij, mijn woorden niet omsieren Met schitt'rende robijnen en saffieren, Mijn voelen is als 't hun niet minder echt: Mijn hulde-woorden zijn gevoeld-oprecht... Is 't groote al goed, soms beter is het kleine... En is mijn glas maar klein, 't is toch het mijne! WALTER VAN DYCK. Vorige Volgende