in haar laatste openingszitting, wegens zijn verdiensten op dit gebied, den titel van doctor ad honores verleende. Verwerkt heeft Pirenne deze stof niet, enkele kleinere, - hoewel zeer suggestieve -, studiën ter zijde gelaten. Tot een geschiedenis van de Iepersche lakennijverheid, bij voorbeeld, waarvan hij droomde, is het nooit gekomen.
Hij is inderdaad op te talrijke gebieden baanbreker geweest. Hij was de eerste ten onzent om op de noodzakelijkheid te drukken van de verschijnselen te meten: hij heeft onder meer de Wetenschappelijke bevolkingsstatistiek op ons verleden toegepast en het inwonerscijfer van onze middeleeuwsche steden met mathematische zekerheid leeren bepalen (Les dénombrements de la population d'Ypres au XVe siècle).
Maar het volstaat niet de waarheid op te diepen, men moet ze weten mede te deelen. Men moet uit de oneindige complexiteit van de feiten de lijnen weten te onderscheiden, waarlangs het verleden opgebouwd is. Pirenne bezat in de hoogste mate de gave die groote structuurlijnen naar voren te brengen, en ze aan zijn lezers en toehoorders duidelijk te maken. Hij werkte daarbij hoofdzakelijk met, ik zou bijna durven zeggen, hij dacht in gelijkenissen en tegenstellingen. ‘Filips-August was voor Filips van den Elzas wat Lodewijk XI, in de XVe eeuw, voor Karel den Stoute zou zijn.’ ‘Diederik van den Elzas, die door een volksopstand op den troon gebracht wordt, roept Willem van Oranje voor den geest, zooals hij tegen Filips II optreedt. Evenmin overigens als het huis van Oranje, vergat het huis van den Elzas den oorsprong van zijn fortuin.’ ‘De laat-middeleeuwsche en de zestiendeeeuwsche lakennijverheid vormen een scherp kontrast: de eerste is in de steden gevestigd, is streng gereglementeerd, berust in de handen van kleine patroons, verwerkt Engelsche wol en brengt kostbaar laken voort. De tweede arbeidt in buitengemeenten, ontwikkelt zich in volle vrijheid, is op kapitalistische leest geschoeid, gebruikt Spaansche wol en vervaardigt goedkoope produkten.’
Gelijkenis en vergelijking eenerzijds, tegenstelling anderzijds, waren voor Pirenne didaktische vormen. Zij lieten hem toe levendige voorstellingen voor den geest van zijn toehoorders op te roepen. Zij waren echter nog veel meer voor hem: zij waren vormen.