Vlaamsche Letteren
Twee Werelden, door Cyriel Buysse (Uitg. Van Rysselberghe & Rombaut, Gent, Kouter, 1, 301 blz.; 25 fr.)
Een kloeke roman!... De personages - en er zijn er verscheidene! - staan ten voeten uit geteekend, zooals alleen Buysse dat kan met zijn schilderachtigen stijl en zijn stevig gespierde taal. De personages van dit boek beginnen pas goed te leven, waar de schrijver hen laat praten in hun sappig West-Vlaamsch.
De twee werelden zijn Amerika en Europa of liever Vlaanderen. Vlamingen, plattelanders gaan naar Amerika, waar ze het geld maar voor het rapen hebben... Het is nog in den goeden ouden tijd, jaren voor den oorlog, de eerste wolkenkrabbers worden opgetrokken. Maar spoedig komt het heimwee. Sommigen komen het te boven, anderen gaan er aan ten onder.
‘De wereld waarin zij leefden, kwam eensklaps nader tot de wereld, die zij verlaten hadden en die zij allen, in het diepste van hun wezen, onbewust soms, vurig wenschten weer te zien. Zij voelden dingen, die zij met geen woorden konden uitdrukken, dingen waaronder zij geleden hadden zonder het te kunnen uiten. Nu pas, nu stil-verlangde, lang gesloten horizonten weder open gingen, wisten zij waarnaar zij soms, in uren van ontmoediging, zoo diep gesnakt hadden...’
Jaren gaan voorbij. De Vlamingen in Amerika vervreemden van hun familie in het vaderland. Zij worden meer en meer Amerikaan... en the ould country wordt nog slechts een vage herinnering.
Wij, menschen van nu bijna twintig jaar na den oorlog, kennen nu Amerika zooals het is, geweldig, praktisch, met al zijn rijkdom en zijn millioenen werkloozen, met zijn pracht en zijn verbloemde armoede, met zijn dollars en zijn hongerlijders. En daar waar Buysse ons nog tracht te treffen door zijn beschrijving van den razenden gang van het leven aan de overzijde van den Oceaan en de verbluffende gemakkelijkheid om het Amerikaansch goud in de zakken te laden, lezen we verder met een toegeeflijk lachje... We lezen immers het boek om den roman, om den kloeken roman, geschreven door een meester.