De Vlaamsche Gids. Jaargang 20

[p. 542]

De Schakel

Aan Herman.

Gij ligt daar zoo stil

In uw beddeken, droomend en wachtend,

Zoo rustig kalm.

Gij draagt in uw ziel

De synthesis van vele geslachten;

Gij droomt en wacht....

Gij droomt onbewust,

En er blinkt in uw diepdonkere oogen

Een wederschijn,

Vertaand en gebluscht,

Van 't verleden, zijn haken en pogen,

Zijn liefde en hoop,

't Belichaamde doel

Van 't amechtige streven naar hooger

Dat in u ligt.

Gij droomt onbewust

Van de bloemen in 't heerlijke loover

Van 't ver verschiet,

Dat milder moet zijn

Voor de groeiende menschheid, en ruimer

De vruchten rijpt

Van 't kiemende zaad,

Het gekoesterde, 't levende, 't zuivre

Dat in u ligt.

[p. 543]

 

Gij wacht, want ge zijt

 

Toch de schakel die aan het verleden

 

De toekomst bindt,

 

Gij wacht op de kracht

 

Die uw geest en karakter moet smeden,

 

Gereed ter daad,

 

De sluimrende kracht

 

Die u opwekt tot sussen of wreken...?

 

Tot bouwen of breken?...

 

Gij droomt en wacht.

 

 

 

EDW. DE KEYSER.

1932.