De Vlaamsche Gids. Jaargang 16(1927-1928)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 555] [p. 555] [Verzen] Afscheid Een glaasje wijn, een stukje taart En woorden die men lang bewaart. Woorden, flauw in evenwicht, Waarin een traan verholen ligt. En dan, na 't afscheid, 's avonds late, Mijn stap in de eenzaam smalle strate... Nog weet ik hoe je huilde, zacht, Bij 't scheidingsuur, dien lentenacht, Om alles wat de vriendschap zei Die 'k eens in bei je handen lei. Nu verre van je huis en haard Een zoete wee me soms bevaart, Om 't kleine stukje van mijn leven, Uit liefde, blij je meegegeven. [pagina 556] [p. 556] Na Jaren Ik voel, hoe meer en meer in mij Een kerkhof van herinneringen Groeit op de oude droomenwei Waardoor zoovele wenschen gingen. Wie nam mijn zoetste droomen mee? Ik zag me liefde en leed omringen En oogstte wel, en gaarde wee Bij hen, die mijne liefde ontvingen. Ik voel, hoe meer en meer, gedwee, Ik vroeger nooit gedulde dingen Aanschouw, met peinzend vrome bee, Want wonden worden zegeningen. Zoo draag ik stille, diep in mij Zoovele namen die me dwingen Te gaan door de oude droomenwei Als trouwe slaaf der doode dingen. [pagina 557] [p. 557] Glycinen Een milde wierook waait me tegen, Glycinen malsch, glycinen blauw Loovren langs de warme wegen Glycinearomen, leuk en lauw. Paarse, malsche meiglycinen, In purperkrans door groen en geel, Bloemen die mijn droomen dienen Met geuren gulzig, lang en veel. Ik neem de geuren gretig mee En wil ook 't lenteliedje grijpen, Mij is 't, als wilde een oude wee Me weer in 't warme harte nijpen. En 'k zie, op vroegere lentegeuren, Gelaten, verre bootjes gaan Waarin mijn droomen stille treuren Om dingen die zijn doodgegaan. F.V.E. Vorige Volgende