Zoo was de Franck-hulde, althans zooals wij ze gezien hebben. En hoezeer de persoon van Louis Franck ons sympathiek weze, wij hebben geen enkel oogenblik die hulde willen aanzien als gaande uitsluitend naar zijn individueel wezen, in al zijn schitterende veelzijdigheid - wij hebben vooral gehuldigd de Idee, die deze uitzonderlijke man in den kreits van ons land en ons volk is gaan vertegenwoordigen. Wij hebben gevierd het Symbool in zijn leefbaarheid, in zijn strijdbaarheid, in zijn overwinning van gisteren en in zijn mogelijk-heden van morgen. Wij waren fier dat óók een Vlaming, die er niet beschaamd om was die erfzonde te bekennen, en een liberaal-democraat, die in een omgeving van Ikzucht de kiem van gezonde volksgezindheid niet heeft gesmoord, toch en ondanks die ‘onhebbelijkheden’ in België een groot gedeelteder Macht heeft veroverd, zonder afstand te doen van zijn heiligste principes, zonder verkrachting van eigen ziel, zonder te verbranden wat gisteren aanbeden werd....
Want Louis Franck is der onzen, en de onze blijft hij!
Hij is onze leider en onze... gevangene.
Want wij, Vlaamsch- en volksgezinde liberalen, hebben geen leiders te veel, en wij willen trots alles niet versagen, niet verdwijnen, niet sterven - al zijn wij nog zoo zwak, en al heeft men nog zoo vele giftdrankjes voor ons bereid.
En nu stelt zich de vraag:
Staatsminister, gouverneur der Nationale Bank, internationale persoonlijkheid, kunstenaar, rechtsgeleerde, politieker, door de Goden vertroeteld en door de menschen gehaat en geliefd...
Man van de hooge wegen en van de reine lucht, die in Uw handen de sleutels hebt gekregen om gemakkelijk te kunnen leven en te genieten in de wattige paleizen der zelfzucht, maar die verkozen hebt en verklaard dat het beter is te strijden voor Idealen, en die ons, jongeren, dit evangelie hebt verkondigd, en ons hebt geleerd hoe goed het is een ideaal na te streven dat ons toegloort als een zon - Prins onzer Droomen, die verschenen zijt aan het Schoonslaapsterken in Vlaanderen...
Gij in wien wij geloofd, gehoopt en beleden hebben,
Vrijwillige dienaar van uw schoone Volk...