Muzikale Kroniek
Het laatst verschenen deeltje van ‘Les chefs d'oeuvre de la Musique expliqués’ - een uitgave aan welker voortreffelijke eigenschappen we te dezer plaatse reeds meermaals hulde konden brengen - is gewijd aan Pelléas et Mélisande van Claude Debussy. Tijdens de laatste jaren groeide het aantal bewonderaars van het levenswerk van den Franschen meester in niet geringe mate aan, al kan nog niet beweerd worden dat zijn genialiteit de laatste Beotiërs zou ontwapend hebben. Dat heeft trouwens geen belang: Debussy heeft zijne plaats veroverd in de kunstgeschiedenis, eene plaats direct naast de grootste toondichters van alle tijden. Vrijwel het grootste gedeelte van zijn oeuvre mag reeds klassiek genoemd worden.
Deze monographie van Pelléas et Mélisande zijn we verschuldigd aan den te recht gewaardeerden criticus en historiograaf Maurice Emmanuel. Ook hij volgde het plan dat de heer Paul Landormy, de leider dezer zóó nuttige onderneming op gebied van muzikale ontwikkeling, wil uitgevoerd zien, d.i.: 1o) eene biographie van den componist; 2o) de geschiedenis van het werk; 3o) eene ontleding van het libretto en 4o) de analyse der partituur. De begaafdheid en de technische beslagenheid van den schrijver treden hier andermaal in het licht. Zijn persoonlijke omgang met den componist maakte het hem mogelijk het belang dezer studie nog te verhoogen en de lectuur er van zoo mogelijk nog aantrekkelijker te laten worden.
Het Augustusnummer van The Chesterian, het Engelsch tijdschrift dat met onverminderde vlijt en succes de jongste uitingen der muziekkunst verdedigt, bevat o.m. een degelijk artikel van Andrew Fraser over Paul Dukas.
Liefde en Leute is de titel van een twintigtal liederen met pianobegeleiding, gecomponeerd door R. Ghesquière op woorden van Jac. Ballings. De collectie is verdeeld in vier reeksen, al naar gelang het onderwerp van elk lied. Het eerste nummer van elk der vier categorieën is thans verschenen. Dat de ongekunstelde, melodieuze wijsjes, waarmee de heer Ghesquière deze luimige gedichten heeft weten op te luisteren, algemeen in den smaak van het Vlaamsche publiek zullen vallen, daaromtrent bestaat voorzeker geen twijfel.
JULIUS VAN ETSEN.