De Vlaamsche Gids. Jaargang 14(1925-1926)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 507] [p. 507] [Verzen] Melodie Voor A.V.E. Mij heb je uit vriendschap aangeboden Een boek waarin een wijsje bloost, Een lied van dagen heengevloden, Een melodie vol stillen troost. Waar zijden windjes waaiend leven Van zomergeuren, maneschijn, Daar woont in stille donkre dreven Dat liedje van gelukkig-zijn. Gegaan waar gouden velden deinen Hun wieg van golvend gele pracht, Zeg ik in woorden de eerste lijnen Van die muziek, zoo zonnig zacht. Toch heb je meer dan 't boek gegeven: Of vloeide soms door 't liedje niet De melodie van heel je leven, Een stil verzwegen liefdelied? Wanneer je nu, in vaag verlangen, Het gouden liedje luiden laat, Luister dan, hoe door die zangen Mijn dank in iedre mate slaat. [pagina 508] [p. 508] Vijfde Symphonie Ik speelde een wondre symphonie En liet het noodlot bonken. Uit mijn ziel vloeide harmonie; Ik heb ze jou geschonken. De andante was vol reine zangen. Ik liet de droomrig teere akkoorden Vloeien vol van vaag verlangen En weenende afscheidswoorden. Ik voelde mij zoo droef en lei In heel dien zang mijn wijde wee, Mijn ziele door die tonen zei In klare klacht haar afscheidsbee. Ik zong van verre vreemde stranden De gelaten levensklacht, Zag toen naar jou en je lieve handen, In oneindige liefde, oneindig zacht. F.V.E. Vorige Volgende