Handbuch der Literaturwissenschaft
Het begrijpen van dichter en dichtwerk is iets dat, in onze West-Europeesche beschaving, steeds heeft gewonnen aan breedte en diepte van horizon. Over Lessing, Herder en de Romantiek heeft de flair voor literatuur en haar geschiedenis zich steeds fijner en doordringender getoond. We zijn intusschen heel wat gevorderd. In de laatste jaren heeft de Europeaan de heele geestelijke wereld nagespeurd. Wat hij vroeger intuitief wist, wordt thans door zijn wetenschappelijk onderzoek bevestigd. In de literatuurgeschiedenis vinden we dit terug, daar waar de historisch-kritische methode voert tot een filosofisch-esthetische beschouwing van het dichtwerk en een vol begrijpen van de algemeen menschelijke waarden die er in besloten liggen.
Het is naar die opvattingen dat in Duitschland een werk van geweldigen opzet wordt gepubliceerd door de Akademische Verlagsgesellschaft (Wildpark, Potsdam), die vroeger reeds begon met de uitgave van het Handbuch der Kunstwissenschaft. Het Handbuch der Literaturwissenschaft wil de heele wereld overzien. Van de letterkunde der Oudheid uitgaande strekt het, over Romaansche en Germaansche, tot deze van het Oosten. Het wil een vernieuwing zijn. Rekening houdend met alle faktoren van socialen, filosofischen of kunstzinnigen aard, wil het vooral bij de plastiek aansluiten. Omtrent 3000 reproducties zullen worden gegeven, van den meest verscheiden aard en uit alle hoeken van de wereld saamgebracht. Zoo zal, waar het woord te kort mocht schieten, het beeld opheldering en klaarder begrip geven, en zal het boek ook een atlas bij de wereldliteratuur worden. Een groep vakmenschen met ruimen blik voor het onderling verband, 25 van de best befaamde geleerden van Duitschland en Zwitserland - op een paar uitzonderingen na na hoogleeraars - staan in voor de verwezenlijking van het opgevatte plan dat we hier volgen laten:
Gehalt und Gestalt im Kunstwerk des Dichters (O. Walzel). - Griechische Literatur (E. Bethe) - Lateinische Literatur (R. Kappelmacher) - Hauptliteraturen des Orients (A. Baumstark, H. v. Glasenapp, J. Hempel, M. Pieper, H. Schaeder, Schomerus, R. Wilhelm) - Romanische Literaturen, ältere (E. Lommatzsch) - Renaissance bis Revolution (V. Klemperer, H.