De Vlaamsche Gids. Jaargang 5(1909)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 224] [p. 224] [Verzen] Lente. De witgewiekte melodie van lentekracht Wuift licht door 't bleekgroen loof van berk- en beukeboomen, Gewiegd op 't stil gedein van frissche bloemaromen En zang van 't vogelijn, dat op de Liefde wacht. Een goede geest heeft vroom mijn Winterwee ontnomen, In 't oor mij toegefluisterd, kinderblij en zacht: Geloof en leef, vier zonneschijn en looverpracht, En maak een bloemengraf voor doode weedomsdroomen! 'k Ben weeldedronken en mijn vreugdestralende oogen Verraân mijn Zaligheid aan heel de wereld thans, Die zelf-verjongend zingt, door Passiegloed bewogen... Nu voel 'k mijn willend Hart in nieuwe Liefde ontgloeien En sterk herrezen staat, in goud van zonneglans, Mijn blank omhulde Jeugd die vroolik op wil bloeien. [pagina 225] [p. 225] Hooge Vreugd, Passiesonnet. O Lief, mij bevend buigen aan Uw blanke voeten, Mijn vlammend voorhoofd hullen in Uw sneeuwwit kleed, Uw knieën kussen en, schoon 'k nooit een God beleed, In U mijn Heer, mijn Heil, mijn Zaligheid begroeten! U wonnig wijden al mijn Liefde en Levensleed, In passiezangen die zich somber uiten moeten, En smachtend smeeken om een zalig zacht verzoeten, Van al den Weemoed, dien 'k om Uwentwille leed. En dronken dan, mijn lichaam en mijn ziel U reiken, In wilde weelde kruipen voor Uw Heiligheid, Mij klemmen aan 't Geluk, dat anders mocht ontglippen, Extazievol en hijgend in Uw oogen kijken, En wenschen slechts, in heel mijn Passie-Innigheid: Een gullen glimlach op uw roze godenlippen... Karel Casteels. Uit Eline, een Zang van Passie. Vorige Volgende