Laatste nieuws
Dit najaar 2009 bracht uitgeverij Mycena Vitilis een nieuwe, gebonden uitgave uit van De toekomst der religie (ISBN/EAN: 978-90-75663-53-2, prijs 55 euro). Deze zesde druk, door Mieke Vestdijk bezorgd en met een nawoord door Wim Hazeu, is gebaseerd op het laatste door Vestdijk gecorrigeerde typoscript, herspeld naar de nu geldende spelling. De oplage is beperkt. Te bestellen per mail (miekevestdijk@hetnet.nl), post (Torenlaan 4, 3941 RC Doorn) of fax (0343-420877). Vermeld titel, prijs en verzendadres. Betaling na ontvangst van de nota binnen drie weken. De prijs is inclusief BTW, maar exclusief verzendkosten.
Momenteel inventariseert Mieke Vestdijk of er belangstelling is voor een nieuwe uitgave van Het proces van meester Eckhart. Bij voldoende belangstelling zou deze volgend jaar kunnen verschijnen. Reacties s.v.p. rechtstreeks naar haar.
De catalogus 33, oktober 2009, van antiquariaat Hinderickx & Winderickx bevat vrijwel het gehele oeuvre van Simon Vestdijk. Alle boeken zijn afkomstig uit de bibliotheek van de familie Vestdijk en vrijwel elk boek is op het schutblad of op de franse titelpagina door de auteur van een persoonlijke opdracht voorzien: aan zijn ouders, aan zijn huishoudster en geliefde Ans Koster, en tenslotte aan zijn schoonfamilie. Sommige dichtbundels werden door Vestdijk gebruikt bij het voorbereiden van een herziene uitgave en zijn volgeschreven met aantekeningen en verbeteringen, waaraan mooi te zien is hoe de dichter Vestdijk bleef schaven aan zijn verzen. Uit diezelfde bibliotheek zijn enkele luxe exemplaren afkomstig, speciaal voor de schrijver gedrukt en/of gebonden. Bovendien zijn een paar brieven van Vestdijk opgenomen, naast brieven aan Vestdijk van Jan Engelman, Wouter Paap en Herman Passchier. info@hinderickxenwinderickx.nl, www.hinderickx.nl
Maarten 't Hart citeert Vestdijk geregeld in zijn roman Verlovingstijd.
Erwin Mortier, winnaar van de AKO-prijs, omschreef het hele gedoe rond de prijs aldus: ‘Het lijkt hier wel een lowbudgetverfilming van het eerste hoofdstuk van Vestdijks De kellner en de levenden.’