Vestdijkkroniek. Jaargang 1992
(1992)– [tijdschrift] Vestdijkkroniek– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 19]
| |
Dick Vestdijk
| |
[pagina 20]
| |
tuur, inspireerde tot het bouwen van piramides die zelfs heden ten dage nog tot de grootste en meest waardige bouwwerken die de mens ooit heeft voortgebracht, behoren. Hoewel veel over de afmetingen van en rond de grote Piramide van Gizeh is gediscussieerd en gespeculeerd (een serie afmetingen in de Piramide zou exact de werkeloosheidscurve in het Engeland van de jaren twintig hebben voorspeld, o.a.) is het een feit dat bij de bouw wel degelijk rekening is gehouden met bepaalde sterstanden. Op zichzelf is dit niet zo verbazingwekkend; waar zou men zich bij de bouw van een tempel of ander religieus gebouw beter op kunnen baseren dan op de eeuwigdurende sterren? Het blijkt dat bijzonder veel neolithische en antieke gebouwen georiënteerd zijn naar bepaalde belangrijke punten die uit het waarnemen van hemelverschijnselen zijn af te leiden. Denk aan de Pre-colombiaanse piramides in Amerika, en Stonehenge. Vooral het laatstgenoemde prehistorische monument is tot op de dag van vandaag onderwerp van onderzoek door Archeo-astronomen.Ga naar eindnoot2. Vanaf het moment dat de nomade zich dus vast ging vestigen, omwille van continue voedselvoorziening, was hij in staat om via vaste punten in het landschap (rotsen, bomen, etc.) astrometrie te bedrijven. Elk jaargetijde kreeg zo zijn eigen karakteristieke sterrenbeeld en op die manier ontstond de zo bekende dierenriem. Over de hele wereld, bij indianen zowel als maori's, bij siberiers zowel als kelten, werd al heel vroeg de dierenriem in twaalf tekens onderverdeeld. Wiskundig gezegd: de dierenriem is de geometrische projectie van de beweging van de aarde om de zon, die een jaar duurt. Met behulp van de dierenriem kon men dus tijdstippen in een jaar aangeven. Als iemand zegt, ik ben een waterman, dan betekent dat niet meer en niet minder dan dat de persoon in kwestie rond januari geboren is, nl. op het moment dat de zon, gezien vanaf de aarde, in het sterrenbeeld waterman staat. Reeds bij de Babyloniërs begon men verbanden te leggen tussen iemands karakter en het tijdstip van geboorte. Zo ontstond de geboorteastrologie zoals wij die nog steeds kennen, en die naar mijn bescheiden mening de enige vorm van astrologie is die enige wetenschappelijk aandacht verdient. Inmiddels was de mens, door verregaande culturele en technische ontwikkelingen opgezadeld met een hoop vrije tijd, bezig gegaan wetenschap te bedrijven. Het begon in Griekenland met de filosofie. Al gauw werden de goden dood verklaard en kreeg de menselijke rede alle aandacht. De Nomos en de Logos begonnen zich te scheiden. | |
[pagina 21]
| |
In feite is er wat dat betreft weinig veranderd, de afgelopen 2000 jaar. De mens werd steeds overmoediger in het onderwerpen van de natuur en zijn medemens. De geschiedenis van de sterrenkunde zoals die zich ontwikkelde vanaf de openbaring van de klassieke mechanica, door Newton in 1687, is het verhaal van het ontstaan van een wereldbeeld waar geen plaats meer is voor het goddelijke. Het rationalisme vierde hoogtij en alles kon verklaard worden.
Ook in de kunst ging men ver met het rationaliseren van een aantal fundamenteel menselijke verschijnselen. De psychologie stelde zich ten doel het menselijke denken te verklaren en zelfs te veranderen. Zonder een al te negatief oordeel te willen uitspreken over strikt wetenschappelijk denken en redeneren, moet men toch erkennen dat er bij de mens een natuurlijke behoefte is aan religie, mystiek, esotherisme of wat voor woord dan ook het in principe onverklaarbare en het ontzag voor het onverklaarbare aangeeft. Terwijl duizenden naar India gaan om te mediteren, voelt de ander misschien de behoefte af en toe een horoscoop te raadplegen. Mij lijkt dat legitiem en gezond. Er zijn enkele wetenschappers die zichzelf sceptici noemen en proberen bedrog en volksverlakkerij te ontmaskeren, die helaas op grote schaal plaatsvinden in het wereldje van paragnosten, magnetiseurs, iriscopisten, homeopaten, tarotlezers en helderzienden. In feite gaat het met elke religie hetzelfde, na verloop van tijd komt er een aantal mensen dat misbruik gaat maken, uit winstbejag meestal, van het religieus gevoel van anderen. De sceptische rationalisten (het overgrote deel van de astronomen schaart zich hieronder) mogen dit misbruik aanpakken, zij zullen echter niet in staat zijn te ontkennen dat de mens behoefte heeft aan een bepaald geloof, waar wij de astrologie zeker onder mogen scharen. De nomos en de logos hebben beide diezelfde oorsprong, nl. het waarnemingsvermogen van de mens. De duidelijk aanwezige behoefte om alles wat men waarneemt ook te kunnen verklaren, deed de nomos van de logos scheiden. Wetenschappelijk gezien is een astrale invloed die sterren op het leven op aarde zouden hebben, volkomen nonsens en geheel onzinnig. Toch blijven veel mensen horoscopen trekken, geloven zij erin en voelen zij zich daar prettig bij. Een behoefte om natuurkundige verklaringen te geven of te zoeken, hebben zij niet.
Zolang er denkende mensen zijn, zullen er astrologen en astronomen zijn, | |
[pagina 22]
| |
en zij zullen elkaar bestrijden met felle betogen, duizenden feitjes en veel statistiek. Waar het menigmaal aan ontbreekt is een wederzijds respect voor een denktrant en misschien ook voor een manier van leven. Voor mijzelf, en dat staat los van mijn opleiding in de sterrenkunde, kan ik weinig geloof hechten aan de astrologie, en slechts erkennen dat het een grappig cultuurverschijnsel is waar weinig tot geen kwaad in schuilt.
Doorn 12-1-92 |
|