Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1952

[p. 767]

Jaarlijkse Plechtige Openbare Vergadering te Gent op 26 October 1952.

De bijzondere genodigden werden om half elf in het eresalon van het Academiegebouw door de leden van de Academie ontvangen.

Waren aanwezig: de H.J. Kuypers, Onderbestuurder, en Dr L. Goemans, Bestendige Secretaris;

de HH. leden Prof. Dr L. Van Puyvelde, Prof. Dr J. Muls, Prof. Dr A. Carnoy, L. Baekelmans, Prof. Dr L. Grootaers, Dr E. Claes, Prof. Dr E. Blancquaert, Prof. Dr Fr. Baur, Dr W. Van Eeghem, Dr J. Lindemans, G. Walschap, G. Schmook, M. Gilliams, Dr C. De Baere, Prof. Dr E. Rombauts, Prof. Dr A. Van Loey en Prof. Dr R. Foncke;

de HH. Prof. Dr A.J.J. Van de Velde, binnenlands erelid, en Prof. Dr G. Brom, buitenlands erelid der Academie.

In het eresalon bevonden zich: Z. Exc. de Minister van State A.E. De Schrijver, Z. Exc. Mgr. Calewaert, bisschop van Gent, de Heer Procureur-Generaal bij het Hof van Beroep H. Bekaert, de Heer Rector der Rijksuniversiteit te Gent Dr A. Kluyskens, de Heer Consul der Nederlanden H.A.E. Hamerlinck, de Heer Burgemeester der stad Gent E. Claeys, de Heer Senator G. Gabriel en Prof. Dr H. Van Werveke.

Hadden zich laten verontschuldigen: de Z.E.H. Prof. Dr P. Sobry, Bestuurder der Academie, en de HH. leden Prof. Dr J. Van Mierlo, Prof. Dr J. Van de Wijer, Prof. Dr Fr. De Backer en R. Herreman.

Ook: Z. Exc. de Minister van Justitie J. Lagae, Z. Exc. de Minister van Arbeid en Sociale Voorzorg G. Van den Daele, Z. Exc. Mgr. Joliet, Hulpbisschop van Gent, de Heer Gouverneur van Oost-Vlaanderen M. Van den Boogaerde, de Heer Ereeerste Voorzitter van het Hof van Beroep F.J. Haus, de Heer Prof. Dr J. Haesaert, Vaste Secretaris van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België, de Luitenant-Generaals Denis, De Wulf en Vanderhaegen, de Commandant van het 1ste Opleidingscentrum der Infanterie, de HH. Volksvertegenwoordigers Pl. De Paepe, Th. Lefevre, H. Liebaert en C. Struyvelt, de HH. Bestendige

[p. 768]

Afgevaardigden J. De Wilde, G. d'Hanens en A. Van Pottelbergh, de Heer F. Van der Stegen, ere-burgemeester van Gent, Prof. Dr W. Couvreur, de HH. De Decker en Jos. Vermeulen, Schepenen, en Van de Putte, Gemeenteraadslid der stad Gent, en de Heer Dr De Winter.

Om 11 uur werden de uitgenodigden naar de grote vergaderzaal geleid, gevolgd door de leden van de Academie en corps.

Aan de Bestuurstafel namen plaats de Heer J. Kuypers, Onderbestuurder, Dr L. Goemans, Bestendige Secretaris, Prof. Dr G. Brom, de feestredenaar, en Dr C. De Baere, toegevoegd secretaris.

De Heer J. Kuypers, die als Voorzitter fungeerde, opende de zitting kwart over elven. Hij verontschuldigde Prof. Dr P. Sobry, Bestuurder, wegens ziekte verhinderd, en drukte de wens uit, dat deze zo spoedig mogelijk volledig hersteld moge zijn. Hij verwelkomde de personaliteiten en de andere aanwezigen, een honderdtal, daarbij in het bizonder Prof. Dr Brom bedenkend; hij dankte allen voor de betoonde belangstelling, herinnerde aan de onderscheidingen, die de leden gedurende het Academisch jaar te beurt vielen en behandelde in de traditionele openingsrede het uiterst actuele onderwerp: De toekomst van onze Cultuur in het nieuwe Europa.

Spreker werd warm toegejuicht. De tekst van zijn rede volgt onmiddellijk op dit verslag.

Daarna verleende hij het woord aan Dr G. Brom, Prof. aan de Universiteit te Nijmegen. Deze vergastte het publiek op een boeiende lezing over Multatuli en de Kunst. De geleerde spreker moch terecht een grote bijval oogsten. Zijn lezing is eveneenst in dit nummer van de Verslagen en Mededelingen opgenomen.

De Voorzitter richtte een welgemeend woord van dank tot de redenaar voor dit uitnemend voorbeeld van literatuurbehandeling, tevens een voorname les in verdraagzaamheid.

De proclamatie van de uitslagen van de Academische wedstrijden besloot de agenda. Voor de Fondsprijzen en de Prijsantwoorden zij hier verwezen naar blz. 525 en vgg. van de Verslagen en Mededelingen. Wat de Wedstrijd in Nederlands opstel betreft: een eerste prijs werd behaald door de Heer J. Daems, van het Koninklijk Atheneum te Antwerpen, voor het officieel onderwijs, en de Heer Hendrik Tijtgat, van het St. Jozefs-

[p. 769]

college te Izegem, voor het vrij onderwijs. Een eervolle vermelding verdienden: Mejuffer Myriam van Caekenberghe, van het Koninklijk Atheneum te Aalst, voor het officieel onderwijs, en de Heer R.L. Steyaert, van het Klein Seminarie te Roeselare, voor het vrij onderwijs.

De Voorzitter feliciteerde de laureaten, richtte een herhaald woord van dank tot de aanwezigen en verklaarde de vergadering voor gesloten.

_* * _*

Na afloop van de vergadering werd aan de Zeereerw. Heer Prof. Dr Sobry namens de Academie het volgende telegram gezonden:

‘De Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde, te Gent in Openbare Vergadering verenigd, wenst haar geëerde en geliefde Bestuurder uit ganser hart volledig en spoedig herstel.

J. Kuypers
Onderbestuurder.’