Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1939
(1939)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde–
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdVerslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1939. Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde, Gent 1939
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1939 uit 1939.
De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren beijvert zich voor het verkrijgen van toestemming van alle rechthebbenden; eenieder die meent enig recht te kunnen doen gelden op in dit tijdschrift opgenomen bijdragen, wordt verzocht dit onverwijld aan ons te melden (dbnl.auteursrecht@kb.nl).
redactionele ingrepen
p. 1055, 1086: een enkel woord in de tekst is onleesbaar, hier is ‘[...]’ geplaatst.
p. 1062: op deze pagina staan grote accolades die meerdere regels overspannen. Dit is in deze digitale versie niet weer te geven, daarom wordt op elke betreffende regel de accolade met de woorden die er op volgen herhaald.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (p. 2, 4, 112, 162, 172, 262, 384, 464, 498, 524, 604, 696, 808, 816, 888, 906, 916) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[Deel 1, voorplat]
KONINKLIJKE VLAAMSCHE ACADEMIE
VOOR TAAL- EN LETTERKUNDE
VERSLAGEN en MEDEDEELINGEN JANUARI 1939
[Deel 1, pagina 1]
VERSLAGEN EN MEDEDEELINGEN
DER
Koninkl. Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde
[Deel 1, pagina 3]
VERSLAGEN EN MEDEDEELINGEN
DER
KON. VLAAMSCHE ACADEMIE
VOOR TAAL- EN LETTERKUNDE
1939
Ledeberg/GENT, N.V. DRUKKERIJ ERASMUS
DRUKKER DER KONINKLIJKE VLAAMSCHE ACADEMIE
[ binnenkant achterplat]
1o AUG. BEERNAERT-PRIJS
De Beernaert-Prijs bedraagt 1.000 fr. en werd ingesteld ter aanmoediging van de Vlaamsche letterkunde; hij wordt om de twee jaar toegekend aan den Belgischen schrijver, die in die tijdruimte het beste werk, al of niet uitgegeven, zal geschreven hebben.
Op 31 December 1939, loopt het veertiende tijdvak van den Beernaert-Prijskamp ten einde. Dit tijdvak strekt zich uit over de jaren 1938-1939. De mededingende werken moeten gedurende die twee jaar uitgegeven of geschreven zijn; zij dienen door de belanghebbenden in dubbel exemplaar ingezonden bij den Bestendigen Secretaris der Koninklijke Vlaamsche Academie, Koningstraat, 18, te Gent, uiterlijk op 10 December 1939, met volgende vermelding op het omslag: Voor den Aug. Beernaert-Prijs.
2o JOZEF VAN GINDERACHTER-PRIJS
De Jozef Van Ginderachter-Prijs, gesticht tot het verwekken, het aanmoedigen of het bekronen van geschriften tot verheerlijking van de Provincie Brabant, bij voorkeur van de kantons Assche en Vilvoorde, wordt om de vier jaar toegekend. Hij bedraagt een minimum van 2.500 fr.
Voor den prijs komen, voor zoover zij aan de bij gestelde voorwaarde beantwoorden, in aanmerking:
| a) | de in het Nederlandsch geschreven werken van letterkundigen, historischen, kunsthistorischen, taalkundigen, folkloristischen aard die in het vierjaarlijksch tijdvak zijn verschenen; |
| b) | de tijdschriften van denzelfden aard alsook de inrichtingen die op een van de onder litt. a van dit artikel aangeduide gebieden werken hebben uitgegeven. |
Bekroond wordt het werk, het tijdschrift of het genootschap dat, naar het oordeel van de bij art. 4 ingestelde jury, het best beantwoordt aan het doel bij art. 1 omschreven.
Ten einde te voldoen aan den uitdrukkelijken wensch van den schenker wordt de voorkeur gegeven aan geschriften welke het geloof, de volkszeden, de volksgebruiken en de volkstaal van de bedoelde streek verheerlijken of bestudeeren.
De werken en tijdschriften worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht. Ook dienen de inrichtingen, die aanspraak op den prijs maken, elk van de door haar uitgegeven werken in dubbel exemplaar vóór denzelfden datum op de Academie in te zenden.
3o JORIS EECKHOUT-PRIJS
De Joris Eeckhout-Prijs, bedragende 1.500 fr. wordt om de twee jaar toegekend aan het beste letterkundig essay, in handschrift of gedrukt, en beslaande minstens honderd bladzijden, door een Belgisch schrijver in het Nederlandsch geschreven, niet over een periode der literaire geschiedenis, maar over een auteur. De voorkeur zal gegeven worden aan een essay over een Nederlandschen schrijver.
Komen niet in aanmerking voor het toekennen van den prijs de essay's welke reeds met een prijs van de Academie of van een andere officieele instelling werden bekroond.
Het eerste tijdvak omvat de jaren 1938-1939.
De werken worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht.
N.V. DRUKKERIJ ERASMUS, LACHAERTSTRAAT 1, LEDEBERG/GENT
[ achterplat]
[Deel 2, voorplat]
KONINKLIJKE VLAAMSCHE ACADEMIE
VOOR TAAL- EN LETTERKUNDE
Verslagen en Mededeelingen Febr.-Maart 1939
[Deel 2, binnenkant voorplat]
INHOUD
FEBR.-MAART
| 1o | Vergadering van 15 Februari 1939 | 163 |
| 2o | Zuid- en Noord-Nederlandsche Bibliographie over Natuur- en Geneeskunde tot 1800 (7e Bijdrage), door Prof. Dr. Alb. J.J. Van de Velde | 173 |
| 3o | Vergadering van 15 Maart 1939 | 263 |
| 4o | De Naam onzer Taal in de jaren 1480-1540, inzonderheid te Antwerpen, door Kan. Fl Prims | 275 |
| 5o | Brussel in 1823, door Lode Baekelmans | 283 |
[ binnenkant achterplat]
1o AUG. BEERNAERT-PRIJS
De Beernaert-Prijs bedraagt 1.000 fr. en werd ingesteld ter aanmoediging van de Vlaamsche letterkunde; hij wordt om de twee jaar toegekend aan den Belgischen schrijver, die in die tijdruimte het beste werk, al of niet uitgegeven, zal geschreven hebben.
Op 31 December 1939, loopt het veertiende tijdvak van den Beernaert-Prijskamp ten einde. Dit tijdvak strekt zich uit over de jaren 1938-1939. De mededingende werken moeten gedurende die twee jaar uitgegeven of geschreven zijn; zij dienen door de belanghebbenden in dubbel exemplaar ingezonden bij den Bestendigen Secretaris der Koninklijke Vlaamsche Academie, Koningstraat, 18, te Gent, uiterlijk op 10 December 1939, met volgende vermelding op het omslag: Voor den Aug. Beernaert-Prijs.
2o JOZEF VAN GINDERACHTER-PRIJS
De Jozef Van Ginderachter-Prijs, gesticht tot het verwekken, het aanmoedigen of het bekronen van geschriften tot verheerlijking van de Provincie Brabant, bij voorkeur van de kantons Assche en Vilvoorde, wordt om de vier jaar toegekend. Hij bedraagt een minimum van 2.500 fr.
Voor den prijs komen, voor zoover zij aan de bij gestelde voorwaarde beantwoorden, in aanmerking:
| a) | de in het Nederlandsch geschreven werken van letterkundigen, historischen, kunsthistorischen, taalkundigen, folkloristischen aard die in het vierjaarlijksch tijdvak zijn verschenen; |
| b) | de tijdschriften van denzelfden aard alsook de inrichtingen die op een van de onder litt. a van dit artikel aangeduide gebieden werken hebben uitgegeven. |
Bekroond wordt het werk, het tijdschrift of het genootschap dat, naar het oordeel van de bij art. 4 ingestelde jury, het best beantwoordt aan het doel bij art. 1 omschreven.
Ten einde te voldoen aan den uitdrukkelijken wensch van den schenker wordt de voorkeur gegeven aan geschriften welke het geloof, de volkszeden, de volksgebruiken en de volkstaal van de bedoelde streek verheerlijken of bestudeeren.
De werken en tijdschriften worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht. Ook dienen de inrichtingen, die aanspraak op den prijs maken, elk van de door haar uitgegeven werken in dubbel exemplaar vóór denzelfden datum op de Academie in te zenden.
3o JORIS EECKHOUT-PRIJS
De Joris Eeckhout-Prijs, bedragende 1.500 fr. wordt om de twee jaar toegekend aan het beste letterkundig essay, in handschrift of gedrukt, en beslaande minstens honderd bladzijden, door een Belgisch schrijver in het Nederlandsch geschreven, niet over een periode der literaire geschiedenis, maar over een auteur. De voorkeur zal gegeven worden aan een essay over een Nederlandschen schrijver.
Komen niet in aanmerking voor het toekennen van den prijs de essay's welke reeds met een prijs van de Academie of van een andere officieele instelling werden bekroond.
Het eerste tijdvak omvat de jaren 1938-1939.
De werken worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht.
N.V. DRUKKERIJ ERASMUS, LACHAERTSTRAAT 1, LEDEBERG/GENT
[ achterplat]
[Deel 3, voorplat]
KONINKLIJKE VLAAMSCHE ACADEMIE
VOOR TAAL- EN LETTERKUNDE
VERSLAGEN en MEDEDEELINGEN APRIL-MEI 1939
[Deel 3, binnenkant voorplat]
INHOUD
APRIL-MEI
| 1o | Vergadering van 19 April 1939 | 295 |
| 2o | Nieuws over Heynrijck van Veldeken, naar aanleiding van Jungbluth's Untersuchungen zu Heinrich von Veldeken, door Prof J Van Mierlo | 303 |
| 3o | Een nieuw fragment van den Spieghel Historiael van J. van Maerlant (III Partie, boek 7 & 8), door Prof. Dr. A. Van Loey | 385 |
| 4o | Een Kommentaar van Karel van de Woestijne, door Joris Eeckhout | 429 |
| 5o | Julius Mac Leod, door Prof. Dr. Alb. J.J. Van de Velde | 439 |
| 6o | Vergadering van 31 Mei 1939 | 465 |
| 7o | Ontoereikende Hermeneutiek, door Dr. Fr Baur | 473 |
| 8o | De Germaansche Philologie in de Belgische Universiteiten, door Fr. De Backer | 499 |
[ binnenkant achterplat]
1o AUG. BEERNAERT-PRIJS
De Beernaert-Prijs bedraagt 1.000 fr. en werd ingesteld ter aanmoediging van de Vlaamsche letterkunde; hij wordt om de twee jaar toegekend aan den Belgischen schrijver, die in die tijdruimte het beste werk, al of niet uitgegeven, zal geschreven hebben.
Op 31 December 1939, loopt het veertiende tijdvak van den Beernaert-Prijskamp ten einde. Dit tijdvak strekt zich uit over de jaren 1938-1939. De mededingende werken moeten gedurende die twee jaar uitgegeven of geschreven zijn; zij dienen door de belanghebbenden in dubbel exemplaar ingezonden bij den Bestendigen Secretaris der Koninklijke Vlaamsche Academie, Koningstraat, 18, te Gent, uiterlijk op 10 December 1939, met volgende vermelding op het omslag: Voor den Aug. Beernaert-Prijs.
2o JOZEF VAN GINDERACHTER-PRIJS
De Jozef Van Ginderachter-Prijs, gesticht tot het verwekken, het aanmoedigen of het bekronen van geschriften tot verheerlijking van de Provincie Brabant, bij voorkeur van de kantons Assche en Vilvoorde, wordt om de vier jaar toegekend. Hij bedraagt een minimum van 2.500 fr.
Voor den prijs komen, voor zoover zij aan de bij gestelde voorwaarde beantwoorden, in aanmerking:
| a) | de in het Nederlandsch geschreven werken van letterkundigen, historischen, kunsthistorischen, taalkundigen, folkloristischen aard die in het vierjaarlijksch tijdvak zijn verschenen; |
| b) | de tijdschriften van denzelfden aard alsook de inrichtingen die op een van de onder litt. a van dit artikel aangeduide gebieden werken hebben uitgegeven. |
Bekroond wordt het werk, het tijdschrift of het genootschap dat, naar het oordeel van de bij art. 4 ingestelde jury, het best beantwoordt aan het doel bij art. 1 omschreven.
Ten einde te voldoen aan den uitdrukkelijken wensch van den schenker wordt de voorkeur gegeven aan geschriften welke het geloof, de volkszeden, de volksgebruiken en de volkstaal van de bedoelde streek verheerlijken of bestudeeren.
De werken en tijdschriften worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht. Ook dienen de inrichtingen, die aanspraak op den prijs maken, elk van de door haar uitgegeven werken in dubbel exemplaar vóór denzelfden datum op de Academie in te zenden.
3o JORIS EECKHOUT-PRIJS
De Joris Eeckhout-Prijs, bedragende 1.500 fr. wordt om de twee jaar toegekend aan het beste letterkundig essay, in handschrift of gedrukt, en beslaande minstens honderd bladzijden, door een Belgisch schrijver in het Nederlandsch geschreven, niet over een periode der literaire geschiedenis, maar over een auteur. De voorkeur zal gegeven worden aan een essay over een Nederlandschen schrijver.
Komen niet in aanmerking voor het toekennen van den prijs de essay's welke reeds met een prijs van de Academie of van een andere officieele instelling werden bekroond.
Het eerste tijdvak omvat de jaren 1938-1939.
De werken worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht.
N.V. DRUKKERIJ ERASMUS. LACHAERTSTRAAT 1, LEDEBERG/GENT
[ achterplat]
[Deel 4, voorplat]
KONINKLIJKE VLAAMSCHE ACADEMIE
VOOR TAAL- EN LETTERKUNDE
VERSLAGEN EN MEDEDEELINGEN JUNI 1939
[Deel 4, binnenkant voorplat]
INHOUD
JUNI
| 1o | Vergadering van 14 Juni 1939 | 507 |
| 2o | Het Auteurschap van Martijn van Torhout voor de gedichten uit den Oudenaardschen codex gehandhaafd, door Prof. Dr. J. Van Mierlo, S.J. | 513 |
| 3o | Noord- en Zuid-Nederlandsche Bibliographie over Natuur- en Geneeskunde tot 1800. (8e bijdrage). door Prof. Dr. A.J.J. Van de Velde | 525 |
| 4o | Prijsvragen voor 1939. Verslagen | 605 |
| 5o | Karel Barbier-Prijskamp. Verslag | 679 |
[ binnenkant achterplat]
1o AUG. BEERNAERT-PRIJS
De Beernaert-Prijs bedraagt 1.000 fr. en werd ingesteld ter aanmoediging van de Vlaamsche letterkunde; hij wordt om de twee jaar toegekend aan den Belgischen schrijver, die in die tijdruimte het beste werk, al of niet uitgegeven, zal geschreven hebben.
Op 31 December 1939, loopt het veertiende tijdvak van den Beernaert-Prijskamp ten einde. Dit tijdvak strekt zich uit over de jaren 1938-1939. De mededingende werken moeten gedurende die twee jaar uitgegeven of geschreven zijn; zij dienen door de belanghebbenden in dubbel exemplaar ingezonden bij den Bestendigen Secretaris der Koninklijke Vlaamsche Academie, Koningstraat, 18, te Gent, uiterlijk op 10 December 1939, met volgende vermelding op het omslag: Voor den Aug. Beernaert-Prijs.
2o JOZEF VAN GINDERACHTER-PRIJS
De Jozef Van Ginderachter-Prijs, gesticht tot het verwekken, het aanmoedigen of het bekronen van geschriften tot verheerlijking van de Provincie Brabant, bij voorkeur van de kantons Assche en Vilvoorde, wordt om de vier jaar toegekend. Hij bedraagt een minimum van 2.500 fr.
Voor den prijs komen, voor zoover zij aan de bij gestelde voorwaarde beantwoorden, in aanmerking:
| a) | de in het Nederlandsch geschreven werken van letterkundigen, historischen, kunsthistorischen, taalkundigen, folkloristischen aard die in het vierjaarlijksch tijdvak zijn verschenen; |
| b) | de tijdschriften van denzelfden aard alsook de inrichtingen die op een van de onder litt. a van dit artikel aangeduide gebieden werken hebben uitgegeven. |
Bekroond wordt het werk, het tijdschrift of het genootschap dat, naar het oordeel van de bij art. 4 ingestelde jury, het best beantwoordt aan het doel bij art. 1 omschreven.
Ten einde te voldoen aan den uitdrukkelijken wensch van den schenker wordt de voorkeur gegeven aan geschriften welke het geloof, de volkszeden, de volksgebruiken en de volkstaal van de bedoelde streek verheerlijken of bestudeeren.
De werken en tijdschriften worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht. Ook dienen de inrichtingen, die aanspraak op den prijs maken, elk van de door haar uitgegeven werken in dubbel exemplaar vóór denzelfden datum op de Academie in te zenden.
3o JORIS EECKHOUT-PRIJS
De Joris Eeckhout-Prijs, bedragende 1.500 fr. wordt om de twee jaar toegekend aan het beste letterkundig essay, in handschrift of gedrukt, en beslaande minstens honderd bladzijden, door een Belgisch schrijver in het Nederlandsch geschreven, niet over een periode der literaire geschiedenis, maar over een auteur. De voorkeur zal gegeven worden aan een essay over een Nederlandschen schrijver.
Komen niet in aanmerking voor het toekennen van den prijs de essay's welke reeds met een prijs van de Academie of van een andere officieele instelling werden bekroond.
Het eerste tijdvak omvat de jaren 1938-1939.
De werken worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht.
N.V. DRUKKERIJ ERASMUS, LACHAERTSTRAAT 1, LEDEBERG/GENT
[ achterplat]
[Deel 5, voorplat]
KONINKLIJKE VLAAMSCHE ACADEMIE
VOOR TAAL- EN LETTERKUNDE
VERSLAGEN EN MEDEDEELINGEN JULI 1939
[Deel 5, binnenkant voorplat]
INHOUD
JULI
| 1o | Vergadering van 19 Juli 1939 | 681 |
| 2o | De Vlaamsche Schrijvers in vertaling. Proeve van Bibliografie, door Prosper Arents | 697 |
[ binnenkant achterplat]
1o AUG. BEERNAERT-PRIJS
De Beernaert-Prijs bedraagt 1.000 fr. en werd ingesteld ter aanmoediging van de Vlaamsche letterkunde; hij wordt om de twee jaar toegekend aan den Belgischen schrijver, die in die tijdruimte het beste werk, al of niet uitgegeven, zal geschreven hebben.
Op 31 December 1939, loopt het veertiende tijdvak van den Beernaert-Prijskamp ten einde. Dit tijdvak strekt zich uit over de jaren 1938-1939. De mededingende werken moeten gedurende die twee jaar uitgegeven of geschreven zijn; zij dienen door de belanghebbenden in dubbel exemplaar ingezonden bij den Bestendigen Secretaris der Koninklijke Vlaamsche Academie, Koningstraat, 18, te Gent, uiterlijk op 10 December 1939, met volgende vermelding op het omslag: Voor den Aug. Beernaert-Prijs.
2o JOZEF VAN GINDERACHTER-PRIJS
De Jozef Van Ginderachter-Prijs, gesticht tot het verwekken, het aanmoedigen of het bekronen van geschriften tot verheerlijking van de Provincie Brabant, bij voorkeur van de kantons Assche en Vilvoorde, wordt om de vier jaar toegekend. Hij bedraagt een minimum van 2.500 fr.
Voor den prijs komen, voor zoover zij aan de bij gestelde voorwaarde beantwoorden, in aanmerking:
| a) | de in het Nederlandsch geschreven werken van letterkundigen, historischen, kunsthistorischen, taalkundigen, folkloristischen aard die in het vierjaarlijksch tijdvak zijn verschenen; |
| b) | de tijdschriften van denzelfden aard alsook de inrichtingen die op een van de onder litt. a van dit artikel aangeduide gebieden werken hebben uitgegeven. |
Bekroond wordt het werk, het tijdschrift of het genootschap dat, naar het oordeel van de bij art. 4 ingestelde jury, het best beantwoordt aan het doel bij art. 1 omschreven.
Ten einde te voldoen aan den uitdrukkelijken wensch van den schenker wordt de voorkeur gegeven aan geschriften welke het geloof, de volkszeden, de volksgebruiken en de volkstaal van de bedoelde streek verheerlijken of bestudeeren.
De werken en tijdschriften worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht. Ook dienen de inrichtingen, die aanspraak op den prijs maken, elk van de door haar uitgegeven werken in dubbel exemplaar vóór denzelfden darum op de Academie in te zenden.
3o JORIS EECKHOUT-PRIJS
De Joris Eeckhout-Prijs, bedragende 1.500 fr. wordt om de twee jaar toegekend aan het beste letterkundig essay, in handschrift of gedrukt, en beslaande minstens honderd bladzijden, door een Belgisch schrijver in het Nederlandsch geschreven, met over een periode der literaire geschiedenis, maar over een auteur. De voorkeur zal gegeven worden aan een essay over een Nederlandschen schrijver.
Komen niet in aanmerking voor het toekennen van den prijs de essay's welke reeds met een prijs van de Academie of van een andere officieele instelling werden bekroond.
Het eerste tijdvak omvat de jaren 1938-1939.
De werken worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht.
N.V. DRUKKERIJ ERASMUS, LACHAERTSTRAAT 1. LEDEBERG/GENT
[ achterplat]
[Deel 6, voorplat]
KONINKLIJKE VLAAMSCHE ACADEMIE
VOOR TAAL- EN LETTERKUNDE
VERSLAGEN en MEDEDEELINGEN OCT.-NOV. 1939
[Deel 6, binnenkant voorplat]
INHOUD
OCT.-NOV.
| 1o | Vergadering van 18 Oktober 1939 | 809 |
| 2o | Toponymische studie over de verspreiding der boomen in ons land in Frankische tijden, door Prof. Dr. A. Carnoy | 817 |
| 3o | Zuid- en Noord-Nederlandsche Bibliographie over Natuur- en Geneeskunde tot 1800 (9e Bijdrage), door Prof. Dr. Alb. J.J. Van de Velde | 627 |
| 4o | ‘Den Boem der Schriftueren’ en het geval Jacob van Middeldonck, door Prof. J. Van Mierlo | 889 |
| 5o | Vergadering van 22 November 1939 | 907 |
| 6o | Technische Woorden, (7e Mededeeling), door Prof. Dr. Alb J.J. Van de Velde | 917 |
[ binnenkant achterplat]
1o AUG. BEERNAERT-PRIJS
De Beernaert-Prijs bedraagt 1.000 fr. en werd ingesteld ter aanmoediging van de Vlaamsche letterkunde; hij wordt om de twee jaar toegekend aan den Belgischen schrijver, die in die tijdruimte het beste werk, al of niet uitgegeven, zal geschreven hebben.
Op 31 December 1939, loopt het veertiende tijdvak van den Beernaert-Prijskamp ten einde. Dit tijdvak strekt zich uit over de jaren 1938-1939. De mededingende werken moeten gedurende die twee jaar uitgegeven of geschreven zijn; zij dienen door de belanghebbenden in dubbel exemplaar ingezonden bij den Bestendigen Secretaris der Koninklijke Vlaamsche Academie, Koningstraat, 18, te Gent, uiterlijk op 10 December 1939, met volgende vermelding op het omslag: Voor den Aug. Beernaert-Prijs.
2o NESTOR DE TIÈRE-PRIJS
De Nestor Destor de Tière-Prijs, bedragende 2.000 fr., wordt om de twee jaar toegekend aan het beste onder de Vlaamsche tooneelwerken, welke gedrukt, of in handschrift, vóór het eind van elk tweejarig tijdvak, door hunne schrijvers in dubbel exemplaar, bij den Bestendigen Secretaris der Koninklijke Vlaamsche Academie zullen ingezonden zijn, op 't adres en naar de tijdbepaling voor den vortgen prijs aangeduid, met de volgende vermelding op het omslag: Voor de Nestor de Tière-Prijs.
Voor den prijs komen alleen in aanmerking tooneelwerken:
| a) | die nog in geen andere prijskampen werden bekroond; |
| b) | die in den loop van het tweejarig tijdvak werden geschreven, of die althans, vóór dit tijdvak, noch door den druk, noch door de opvoering openbaar werden gemaakt. |
Het vierde tijdvak wordt gesloten op 31 December 1939.
3o JOZEF VAN GINDERACHTER-PRIJS
De Jozef Van Ginderachter-Prijs, gesticht tot het verwekken, het aanmoedigen of het bekronen van geschriften tot verheerlijking van de Provincie Brabant, bij voorkeur van de kantons Assche en Vilvoorde, wordt om de vier jaar toegekend. Hij Bedraagt een minumum van 2,500 fr
Voor den prijs komen, voor zoover zij aan de bij gestelde voorwaarde beantwoorden, in aanmerking:
| a) | de in het Nederlandsch geschreven werken van letterkundigen, historischen, kunsthistorischen, taalkundigen, folkloristischen aard die in het vierjaarlijksch tijdvak zijn verschenen; |
| b) | de tijdschriften van denzelfden aard alsook de inrichtingen die op een
[ achterplat] |
Bekroond wordt het werk, het tijdschrift of het genootschap dat, naar het oordeel van de bij art. 4 ingestelde jury, het best beantwoordt aan het doel bij art. 1 omschreven.
Ten einde te voldoen aan den uitdrukkelijken wensch van den schenker wordt de voorkeur gegeven aan geschriften welke het geloof, de volkszeden, de volksgebruiken en de volkstaal van de bedoelde streek verheerlijken of bestudeeren.
De werken en tijdschriften worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht. Ook dienen de inrichtingen, die aanspraak op den prijs maken, elk van de door haar uitgegeven werken in dubbel exemplaar vóór denzelfden datum op de Academie in te zenden.
4o JORIS EECKHOUT-PRIJS
De Joris Eeckhout-Prijs, bedragende 1.500 fr. wordt om de twee jaar toegekend aan het beste letterkundig essay, in handschrift of gedrukt, en beslaande minstens honderd bladzijden, door een Belgisch schrijver in het Nederlandsch geschreven, niet over een periode der literaire geschiedenis, maar over een auteur. De voorkeur zal gegeven worden aan een essay over een Nederlandschen schrijver.
Komen niet in aanmerking voor het toekennen van den prijs de essay's welke reeds met een prijs van de Academie of van een andere officieele instelling werden bekroond.
Het eerste tijdvak omvat de jaren 1938-1939.
De werken worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht.
*
N.B. - Daar, dit jaar, de Academie haar zittingen van de maanden Augustus en September moest laten wegvallen, zoo volgt deze aflevering rechtstreeks op de aflevering Juli 1939.
N.V. DRUKKERIJ ERASMUS, LACHAERTSTRAAT 1, LEDEBERG/GENT
[Deel 7, voorplat]
KONINKLIJKE VLAAMSCHE ACADEMIE
VOOR TAAL- EN LETTERKUNDE
VERSLAGEN EN MEDEDEELINGEN DEC. 1939
[Deel 7, binnenkant voorplat]
INHOUD
DECEMBER
| 1o | Vergadering van 20 December 1939 | 945 |
| 2o | Over Rein: II, vs. 7587 en den Vlaamschen oorsprong van Reinaert II, door † Dr. L. Willems | 953 |
| 3o | Petrus Dasypodius en Antonius Schorus. Bijdrage tot de studie van de lexicographie en het humanisme, door Prof. R. Verdeyen | 967 |
| 4o | Alphabetisch Index op den Jaargang 1939 | 1133 |
| 5o | Inhoud van den Jaargang 1939 | 1147 |
[pagina 1147]
INHOUD
van den Jaargang 1939.
| Blz. | |
|---|---|
| Vergadering van 18 Januari 1939 | 5 |
| De Statuten van het Antwerpsche Lakengilde, in het begin der 16de eeuw, door Kan. Floris Prims | 19 |
| Zuid- en Noord-Nederlandsche Bibliographie over Natuur- en Geneeskunde tot 1800 (6e Bijdrage), door Prof. Dr. Alb. J.J. Van de Velde | 47 |
| Het Land van Overmaas. Zijn Volkstaal, zijn Kultuurtalen, door Dr. J. Langohr | 113 |
| Vergadering van 15 Februari 1939 | 163 |
| Zuid- en Noord-Nederlandsche Bibliographie over Natuur- en Geneeskunde tot 1800 (7e Bijdrage), door Prof. Dr. Alb. J.J. Van de Velde | 173 |
| Vergadering van 15 Maart 1939 | 263 |
| De Naam onzer Taal in de jaren 1480-1540, inzonderheid te Antwerpen, door Kan. Fl. Prims | 275 |
| Brussel in 1823, door Lode Baekelmans | 283 |
| Vergadering van 19 April 1939 | 295 |
| Nieuws over Heynrijck van Veldeken, naar aanleiding van Jungbluth's Untersuchungen zu Heinrich von Veldeken, door Prof. J. Van Mierlo | 303 |
| Een nieuw fragment van den Spieghel Historiael van J. Van Maerlant (III Partie, boek 7 & 8), door Prof. Dr. A. Van Loey | 385 |
| Een Kommentaar van Karel van de Woestijne, door Joris Eeckhout | 429 |
| Julius Mac Leod, door Prof. Dr. Alb. J.J. Van de Velde | 439 |
| Vergadering van 31 Mei 1939 | 465 |
| Ontoereikende Hermeneutiek, door Dr. Fr. Baur | 473 |
| De Germaansche Philologie in de Belgische Universiteiten, door Fr. De Backer | 499 |
| Vergadering van 14 Juni 1939 | 507 |
| Het Auteurschap van Martijn van Torhout voor de gedichten uit den Oudenaardschen codex gehandhaafd, door Prof. Dr. J. Van Mierlo, S.J. | 513 |
[pagina 1148]
| Noord- en Zuid-Nederlandsche Bibliographie over Natuur- en Geneeskunde tot 1800, (8e bijdrage), door Prof. Dr. A.J.J. Van de Velde | 525 |
| Prijsvragen voor 1939. Verslagen | 605 |
| Karel Barbier-Prijskamp. Verslag | 679 |
| Vergadering van 19 Juli 1939 | 681 |
| De Vlaamsche Schrijvers in vertaling. Proeve van Bibliographie, door Prosper Arents | 697 |
| Vergadering van 18 Oktober 1939 | 809 |
| Toponymische studie over de verspreiding der boomen in ons land in Frankische tijden, door Prof. Dr. A. Carnoy | 817 |
| Zuid- en Noord-Nederlandsche Bibliographie over Natuur- en Geneeskunde tot 1800 (9e Bijdrage), door Prof. Dr. Alb. J.J. Van de Velde | 627 |
| ‘Den Boem der Schriftueren’ en het geval Jacob van Middeldonck, door Prof. J. Van Mierlo | 889 |
| Vergadering van 22 November 1939 | 907 |
| Technische Woorden, (7e Mededeeling), door Prof. Dr. Alb. J.J. Van de Velde | 917 |
| Vergadering van 20 December 1939 | 945 |
| Over Rein: II, vs. 7587 en den Vlaamschen Oorsprong van den Reinaert II, door † Dr. L. Willems | 953 |
| Petrus Dasypodius en Antonius Schorus. Bijdrage tot de studie van de lexicographie en het humanisme, door Prof. R. Verdeyen | 967 |
| Alphabetisch Index op den Jaargang 1939 | 1133 |
| Inhoud van den Jaargang 1939 | 1147 |
[ binnenkant achterplat]
1o AUG. BEERNAERT-PRIJS
De Beernaert-Prijs bedraagt 1.000 fr. en werd ingesteld ter aanmoediging van de Vlaamsche letterkunde; hij wordt om de twee jaar toegekend aan den Belgischen schrijver, die in deze tijdruimte het beste werk, al of niet uitgegeven, zal geschreven hebben.
Op 31 December 1939, loopt het veertiende tijdvak van den Beernaert-Prijskamp ten einde. Dit tijdvak strekt zich uit over de jaren 1938-1939. De mededingende werken moeten gedurende die twee jaar uitgegeven of geschreven zijn; zij dienen door de belanghebbenden in dubbel exemplaar ingezonden bij den Bestendigen Secretaris der Koninklijke Vlaamsche Academie, Koningstraat, 18, te Gent, uiterlijk op 10 December 1939, met volgende vermelding op het omslag: Voor den Aug. Beernaert-Prijs.
2o NESTOR DE TIÈRE-PRIJS
De Nestor De Tière-Prijs, bedragende 2.000 fr., wordt om de twee jaar toegekend aan het beste onder de Vlaamsche tooneelwerken, welke gedrukt, of in handschrift, vóór het eind van elk tweejarig tijdvak, door hun schrijvers in dubbel exemplaar, bij den Bestendigen Secretaris der Koninklijke Vlaamsche Academie zullen ingezonden zijn, op 't adres en naar de tijdbepaling voor den vorigen prijs aangeduid, met de volgende vermelding op het omslag: Voor den Nestor De Tière-Prijs.
Voor den prijs komen alleen in aanmerking tooneelwerken:
| a) | die nog in geen andere prijskampen werden bekroond; |
| b) | die in den loop van het tweejarig tijdvak werden geschreven, of die althans, vóór dit tijdvak, noch door den druk, noch door de opvoering openbaar werden gemaakt. |
Het vierde tijdvak wordt gesloten op 31 December 1939.
3o JOZEF VAN GINDERACHTER-PRIJS
De Jozef Van Ginderachter-Prijs, gesticht tot het verwekken, het aanmoedigen of het bekronen van geschriften tot verheerlijking van de Provincie Brabant, bij voorkeur van de kantons Assche en Vilvoorde, wordt om de vier jaar toegekend. Hij bedraagt een minimum van 2.500 fr.
Voor den prijs komen, voor zoover zij aan de bij gestelde voorwaarde beantwoorden, in aanmerking:
| a) | de in het Nederlandsch geschreven werken van letterkundigen, historischen, kunsthistorischen, taalkundigen, folkloristischen aard die in het vierjaarlijksch tijdvak zijn verschenen; |
| b) | de tijdschriften van denzelfden aard alsook de inrichtingen die op een
[ achterplat] |
Bekroond wordt het werk, het tijdschrift of het genootschap dat, naar het oordeel van de bij art. 4 ingestelde jury, het best beantwoordt aan het doel bij art. 1 omschreven.
Ten einde te voldoen aan den uitdrukkelijken wensch van den schenker wordt de voorkeur gegeven aan geschriften welke het geloof, de volkszeden, de volksgebruiken en de volkstaal van de bedoelde streek verheerlijken of bestudeeren.
De werken en tijdschriften worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht. Ook dienen de inrichtingen, die aanspraak op den prijs maken, elk van de door haar uitgegeven werken in dubbel exemplaar vóór denzelfden datum op de Academie in te zenden.
4o JORIS EECKHOUT-PRIJS
De Joris Eeckhout-Prijs, bedragende 1.500 fr. wordt om de twee jaar toegekend aan het beste letterkundig essay, in handschrift of gedrukt, en beslaande minstens honderd bladzijden, door een Belgisch schrijver in het Nederlandsch geschreven, niet over een periode der literaire geschiedenis, maar over een auteur. De voorkeur zal gegeven worden aan een essay over een Nederlandschen schrijver.
Komen niet in aanmerking voor het toekennen van den prijs de essay's welke reeds met een prijs van de Academie of van een andere officieele instelling werden bekroond.
Het eerste tijdvak omvat de jaren 1938-1939.
De werken worden in dubbel exemplaar vóór 7 Februari 1940 op de Academie ingewacht.
*
N.V. DRUKKERIJ ERASMUS, LACHAERTSTRAAT 1, LEDEBERG/GENT