Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1933

[p. 689]

Vergadering van 18 October 1933.

Zijn aanwezig: de heeren Prof. Dr. L. Van Puyvelde, onderbestuurder en Dr. L. Goemans, bestendig secretaris;

de heeren Frank Lateur, Prof. Dr. J. Mansion, O. Wattez, Prof. Dr. L. Scharpé, Prof. Dr. J. Vercoullie, Dr. Leonard Willems, Prof. Dr. A.J.J. Vande Velde, J. Jacobs, Prof. J. Salsmans, S.I., Dr. J. Muls, F.V. Toussaint van Boelaere, Prof. Dr. J. Van Mierlo, S.I., en Prof. Dr. R. Verdeyen, werkende leden;

de heeren F. Timmermans, Prof. Dr. Vande Wijer, Prof. Dr. L. Grootaers, Dr. Fl. Prims, Joris Eeckhout en Em. De Bom, briefwisselende leden.

Laten zich verontschuldigen: de heeren Herman Teirlinck (door dringende ambtsbezigheden belet), Dr. L. Simons, Dr. Is. Teirlinck, Prof. Dr. M. Sabbe, Prof. Dr. Fr. Daels, Fr. Van Cauwelaert en Cam. Huysmans, werkende leden;

de heeren A.H. Cornette, Lode Baekelmans en Henri De Man, briefwisselende leden.

_* * _*

Afsterven van Prof. Dr. Julius Persijn, oud-bestuurder en werkend lid der Academie. - Op 13 October ll. ontving de Koninklijke Vlaamsche Academie bericht van het afsterven van Prof. Dr. Julius Persijn, werkend lid der Academie. Tot teeken van rouw werd onmiddellijk de nationale vlag halfstok geheschen op het Academiegebouw en aan de leden werd per speciaal bericht het treurig nieuws medegedeeld.

De begrafenisplechtigheid heeft plaats gehad te Broechem op 16 October. De volgende leden hebben die bijgewoond: H. Teirlinck, bestuurder, Frank Lateur, Prof. Scharpé,

[p. 690]

J. Jacobs, Prof. Sabbe, Minister van State Fr. Van Cauwelaert, Prof. Fr. Daels, Dr. J. Muls, F.V. Toussaint van Boelaere, Prof. Van Mierlo, werkende leden, F. Timmermans, Prof. Van de Wijer, Dr. F. Prims, Dr. A. Van Cauwelaert, J. Eeckhout, Em. De Bom, Lode Baekelmans, briefwisselende leden.

De Onderbestuurder en de Bestendige Secretaris waren door dringende ambtsplichten belet op de plechtigheid aanwezig te zijn.

Bij afwezigheid van den heer Bestuurder, geeft de heer Onderbestuurder lezing van de lijkrede door den eerstvermelde op het graf van Prof. Dr. Persijn uitgesproken (zie blz. 695).

De Bestendige Secretaris zond van wege de Academie aan Mevrouw J. Persijn een telegram van deelneming. De Eerw. heer J. Eeckhout neemt de opdracht aan de levensschets van het afgestorven lid voor het Jaarboek op te stellen.

Afsterven van Prof. Percy Stafford Allen, buitenlandsch eerelid der Academie. - Bij brieve van 3 October ll. liet Mevrouw P. St. Allen aan de Academie het afsterven weten van haar echtgenoot, op 16 Juni ll. overleden.

De heer onderbestuurder neemt het woord en brengt hulde aan den betreurden philoloog, die te vroeg aan zijne familie en aan zijn levenstaak is ontvallen.

Percy Stafford Allen, gaat hij voort, was geboren op 7 Juli 1869. Hij stierf te Oxford op 16 Juni 1933.

Van 1915 tot 1924 was hij Fellow van Merton College (Dean van 1920-1922).

In 1924 werd hij tot President van Corpus Christi College benoemd.

Hij bezocht alle groote bibliotheken van Europa om de nog onuitgegeven brieven van Erasmus te verzamelen. Het eerste deel van het Opus epistolarum Erasmi Roterodami denuo recognitum et auctum verscheen in 1906; het werd gevolgd door zes

[p. 691]

andere. Allen heeft de voleindiging van zijn levenstaak niet meer mogen beleven; er bestaat hoop dat zijn weduwe, die zijn trouwe medewerkster was, de uitgave van de laatste deelen zal bezorgen.

Allen was doctor honoris causa van Leiden, Leuven, Birmingham en Durham.

Behalve het Opus epistolarum publiceerde hij:

Selections from Erasmus, 1908, 2^e druk in 1918.

The Age af Erasmus, 1914.

Selections from the English Works of Sir Thomas More and from the Lives by Erasmus and Roper, met de medewerking van Mrs. Allen, 1924.

Erasmus Service to Learning, 1925.

Allen werd tot Buitenlandsch Eerelid onzer Academie verkozen 9p 18 Juni 1930.

Een brief van deelneming werd reeds door den Bestendigen Secretaris uit naam van de Academie aan de Mevrouw Allen geschreven.

Mededeelingen
door den Bestendigen Secretaris.

1^o) Telegram van Z.M. den Koning. - Op het telegram op 8 October bij gelegenheid van de Plechtige Vergadering en van het Jaarlijksch Feestmaal aan Z.M. den Koning gezonden, ontving de Bestendige Secretaris het volgende antwoord:

De Koning werd bijzonder getroffen door de hoffelijke boodschap die u hem overgemaakt hebt en Zijne Majesteit heeft mij gelast u zijn oprechten dank te betuigen, evenals aan al degenen wier tolk u zijt.

Staatssecretaris van 's Konings Huis.

2^o) Openbare zitting van 8 October l.l. - Brieven zijn ingekomen vanwege de heeren Mijnssen, Schepp (Jan

[p. 692]

Prins) en Boutens resp. van 11, 14 en 15 October, waarbij zij de Academie bedanken voor de gulle ontvangst door hen op 8 October bij gelegenheid van de Openbare Zitting genoten. De heer Schepp schonk tevens voor de boekerij der Academie drie van zijn verzenbundels; Tochten, Verschijningen en Getijden.

Er wordt door de Academie besloten dat aan ieder van bovenvermelde heeren, op kosten van het Pro Academiafonds, een exemplaar zal geschonken worden van de op 8 October in het voorsalon gekiekte groep.

Mededeelingen namens de commissies.

1^o) Bestendige Commissie voor Middelnederlandsche Taal- en Letterkunde. - Prof. Dr. J. Mansion, dd. secretaris, legt verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden.

Waren aanwezig de heeren: Dr. L. Willems, voorzitter, Prof. Dr. J. Van Mierlo, ondervoorzitter, Dr. L. Goemans, Prof. Dr. J. Mansion, J. Jacobs en Dr. J. Cuvelier, leden.

Aan de dagorde staat:

1^o Verkiezing van Voorzitter, Ondervoorzitter en Secretaris voor het tijdvak 1934-1935 (14^e bestuur).

Worden verkozen: Prof. Dr. J. Van Mierlo tot voorzitter; Dr. J. Cuvelier tot onder-voorzitter; Prof. Dr. L. Scharpé blijft secretaris.

2^o Over de beteekenis van enkele Toponiemen uit Westelijk Vlaanderen door wijlen Karel De Flou, ter opneming in de Verslagen en Mededeelingen door den heer Desmet aangeboden. - Aanduiding van twee verslaggevers.

Verslaggevers: Prof. Vercoullie en Prof. Mansion.

3^o Dr. Leonard Willems deelt een paar verbeteringen mee op corrupte plaatsen in het Dietsche Doctrinael. In de

[p. 693]

eene moet het woord mesdoet tweemaal en niet eens gelezen worden; in de andere staat onschuldich (adj.) in plaats van onschuldicht (werkwoord).

4^o Voorloopige mededeelingen aangaande het Berlijnsche ‘Adelwîp’ hs. door Prof. Dr. J. van Mierlo. - Dit handschrift bevat een reeds bekend fragment van de preeken van Ekkehart; de vertaling van brieven van Adelwîp, met eene aanteekening uit de XVI^e eeuw, die zegt, dat de bezitter van het handschrift een volledig boek van die brieven in handen heeft; preeken van Nicolaas van Straatsburg; gebeden in het Duitsch en in het Latijn. De jongste deelen van het manuscript zullen uit het laatste kwart van de XIV^e eeuw zijn.

De zitting wordt ten 11.15 gesloten.

II^o) Bestendige commissie voor Nieuwere Taal- en Letterkunde. - Prof. Salsmans, pro-secretaris, legt verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden.

Waren aanwezig: de heeren F. Lateur, voorzitter, O. Wattez, Prof. Dr. A. Vermeylen, Prof. Dr. A.J.J. Van de Velde, Prof. J. Salsmans, S.J., leden en Dr. Goemans, Dr. J. Muls en E.H. Eeckhout, hospiteerende leden.

Aan de dagorde staat:

1^o Verkiezing van Voorzitter, Ondervoorzitter en Secretaris voor het tijdvak 1934-1935 (24^e bestuur).

Worden verkozen tot voorzitter: Prof. Dr. Scharpé; tot ondervoorzitter: Prof. Dr. Vande Velde; tot secretaris Prof. Dr. Sabbe.

2^o Een onuitgegeven gedicht van Paul van Ostayen. - Lezing door Dr. J. Muls, werkend lid. - Dr. Muls leest een studie over dichter Paul van Ostayen; hij kenschetst zijn poëzie, als inleiding tot een onuitgegeven gedicht: Gnome(n) dans, te Berlijn in 1919 geschreven. Het handschrift werd

[p. 694]

aan Dr. Muls geschonken door kunstschilder Heinrich Campendonck, aan wien het gedicht opgedragen was. Het zal in onze Verslagen voor 't eerst in druk verschijnen, te zamen met de Duitsche vertaling door van Ostayen zelf gedicht.

Dagorde.

1^o) De heer dd. Bestuurder herinnert de leden, zoo briefwisselende als werkende, aan hun verplichting om zooveel mogelijk alle drie jaar een onuitgegeven opstel in de Academie aan te bieden. Deze verplichting werd reeds door den Bestendigen Secretaris schriftelijk aan al de leden medegedeeld.

2^o) Lezing door Dr. Leonard Willems, werkend lid: Jan van Boendale. - De heer dd. Bestuurder wenscht spreker geluk en stelt voor de lezing in de Verslagen en Mededeelingen op te nemen, wat goedgekeurd wordt.