| |
| |
| |
Vergadering van 16 November 1932.
Zijn aanwezig: de heeren Prof. J. Salsmans, S.J., bestuurder, en Dr. L. Goemans, bestendig secretaris;
de heeren Kan. Am. Joos, Dr. Is. Teirlinck, Frank Lateur, Prof. Dr. J. Mansion, Prof. Dr. L. Van Puyvelde, Prof. Dr. L. Scharpé, Prof. Dr. J. Vercoullie, Leonard Willems, Prof. Dr. A. Vermeylen, Prof. Dr. A.J.J. Van de Velde, J. Jacobs, Prof. Dr. M. Sabbe, Prof. Dr. A. Van Hoonacker, Prof. Dr. Fr. Daels, Dr. J. Muls, F. Toussaint van Boelaere, Prof. Dr. J. Van Mierlo, S.J., Dr. J. Cuvelier, en Prof. Dr. R. Verdeyen, werkende leden;
de heeren Prof. Dr. J. Van de Wijer, Dr. Fl. Prims, Dr. A.H. Cornette, Joris Eeckhout, en Em. De Bom, briefwisselende leden.
Laten zich verontschuldigen de heeren H. Teirlinck, Dr. L. Simons en Fr. Van Cauwelaert, werkende leden, Prof. Dr. L. Grootaers, en Lode Baekelmans, briefwisselende leden.
***
De Bestendige Secretaris leest het verslag van de Octobervergadering; het wordt goedgekeurd.
| |
Mededeelingen door den Bestendigen Secretaris.
1o) XIIIe Internationaal Congres voor Kunstgeschiedenis te Stockholm. - Rondzendbrief van het inrichtingscomité van het XIIIe Internationaal Congres voor Kunst- | |
| |
geschiedenis, waarbij de Academie verzocht wordt aan dit Congres (4-7 September 1933) deel te nemen.
De heer L. Van Puyvelde neemt aan de Academie op het Congres te vertegenwoordigen.
2o) Wet van 14 Juli 1932 houdende de taalregeling in het Lager- en Middelbaar Onderwijs. - De heer Minister van Kunsten en Wetenschappen liet ons een brief geworden, gedagteekend van 21 October 1932, en luidende als volgt:
Aan de Heeren Voorzitter en Leden der Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde.
Mijne Heeren,
Naar luid van artikel 27, der wet van 14 Juli 1932, houdende de taalregeling in het Lager en Middelbaar Onderwijs, moeten opzieners er met inzonderheid mede belast worden, van den aanvang van het schooljaar af, de toepassing der wetsbepalingen na te gaan.
Deze opzieners moeten bij Koninklijk Besluit benoemd worden op een dubbel gestelde lijst van candidaten voorgedragen door de ‘Académie Royale de Langue et de Littérature françaises’, en door de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde.
Ik verzoek U mij zoodra mogelijk uw lijst van candidaten voor te dragen.
Met de meeste hoogachting.
De Minister,
(Get.) R. Petitjean.
Het Bestuur zal met de heeren Parlementsleden die deel uitmaken van de Academie een vergadering beleggen ten einde het standpunt der Academie ten opzichte van de toepassing der wet vast te stellen en aan de Regeering te onderwerpen.
3o) Bij brieve van 25 October 1932, liet Dr. L. Simons aan het Bestuur der Academie weten, dat hij om redenen van gezondheid, zijn ontslag als lid van de Commissies van Nieuwere Taal- en Letterkunde en van Middelnederlandsche Taal- en Letterkunde wenscht in te dienen.
Die brief zal aan de Commissies medegedeeld worden.
| |
| |
4o) Brugsche Wetenschappelijke Vereeniging. - Bij brieve gedagteekend 31 October 1933, van den heer Dr. A. De Saedeleer, secretaris van de Vereeniging, wordt de Academie verzocht een harer leden af te vaardigen op de Anselmus Boëtius de Boodt-herdenking te Brugge (1552-1632). - Prof. Dr. A.J.J. Van de Velde, neemt die afvaardiging aan. (Zie de rede door hem te Brugge gehouden, blz. 1005).
| |
Aangeboden boeken.
Vervolgens legt de Bestendige Secretaris de lijst voor van de boeken aan de Academie aangeboden:
Door de Technische Hoogeschool te Delft:
Tetramienkobalticomplexen, door M.G. Ter Horst.
De Invloed van temperatuur en druk op de absorptie van waterstof door nikkel, door J. Smittenberg.
Over de bereiding van zuivere ceriumpreparaten en over inverse smeltpunten, door N.H.J.M. Voogd.
De Sociaal-economische beteekenis der arbeidswet, door A.H.W. Hacke.
Onderzoekingen omtrent het gedrag van autobanden op eenen weg, door H. Misset.
Het Loonvraagstuk, door Ir. J.G.J.C. Nieuwenhuis.
Meting van de horizontale temperatuur gradient over den zuidelijken rand van den horst bij Winterswijk, door J.N.A. Van den Bouwhuysen.
Over optische dissociatie van eenige tweeatomige moleculen, door G.H. Visser.
Hydreeringsverschijnselen bij vetzuren met drievoudige binding, door H.A.J. Van Laarhoven.
De destillatie van Mexicaansche aardolie, door A.W.J. Mayer.
De Bepaling van de oxydatie-reductiopotentiaal in bacteriëncultures en hare beteekenis voor de stofwisseling, door B. Elema.
Studies over het mechanisme van de reactie van Fenton, door Ir. A.Th. Küchlin.
Door Det Kgl. Danske Vidernskabernes Selskab, te Kopenhagen.
Ancient oil mills and presses, bij A.G. Drachman.
Door de R.K. Universiteit te Nymegen:
Rembrandt en de Traditie, door J.L.A.A.M. Van Ryckevorsel.
De Geheimtalen, door J.G.M. Moorman.
Die altchristliche Sondersprache in den Sermones des hl. Augustin, door Christine Mohrmann.
Wazo van Luik in den ideeënstrijd zijner dagen, door Rud. Huysmans.
Agnès Arnauld, par Josephine Frencken.
| |
| |
Door het Historisch Genootschap te Utrecht:
Verslag van de Algemeene Vergadering der Leden gehouden op 30 Maart 1932.
Rekeningen van het Bisdom Utrecht 1378-1573, uitgegeven door Dr. K. Heeringa, IIe en IIIe deel.
Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap, 53e deel.
Door de Hamburgsche Universität, te Hamburg.
Jaunde Wörterbuch, door M. Heepe. - Band 22, Reihe B., van de Abhandlungen aus dem Gebiet der Auslandkunde.
Die Golda-Sprache in Siberia. - Grammatik, Texte und Wörterbuch, von Diedrich Westermann. - Band 6, Reihe B, van dezelfde Abhandlungen.
Spanien und das elisabethanische Drama, von Rudolf Grossmann. - Band 4, Reihe B, van dezelfde Abhandlungen.
Door de schrijvers:
Periscoop. - Leiterkundige Critieken en Beschouwingen, door A.H. Cornette, briefwisselend lid der Academie.
Litteraire Profielen, door Joris Eeckhout, briefwisselend lid der Academie. Dl. V.
Een inleiding tot Karel Van de Woestyne, door denzelfde.
Het Herman Teirlinck Gedenkboek, door Dr. Rob. Roemans.
Door de Eerw. Moeder Overste der Zusters Annonciaden, te Gent, door toedoen van Kan. Am. Joos, werkend lid der Academie;
Een deel (59 boekdeelen) boeken, meest geestelijke lectuur, van de 17e en 18e eeuw.
| |
Mededeelingen namens de commissies.
1o) Bestendige Commissie voor Geschiedenis, Bioen Bibliographie. - De heer Prof. Dr. J. Mansion, secretaris, legt verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden.
Waren aanwezig de heeren Dr. J. Cuvelier, voorzitter, Prof. Dr. L. Van Puyvelde, ondervoorzitter, Dr. Is. Teirlinck, Dr. Leonard Willems, Dr. Leo Goemans, Prof. Dr. M. Sabbe, Prof. Dr. J. Van Mierlo, en Dr. Fl. Prims, leden, en Prof. Dr. J. Mansion, lid-secretaris, Prof. Verdeyen, hospiteerend lid.
Aan de dagorde staat:
1o) Nota over de prioriteitsvraag Elckerlyc-Everyman. - Lezing door Dr. L. Willems, werkend lid.
De lezing dezer nota wordt tot de a.s. zitting uitgesteld.
| |
| |
2o) Veldeke's ontwikkelingsgang. - Lezing door Prof. Dr. van Mierlo, werkend lid.
P. Van Mierlo geeft het slot van zijn studie over Veldeke. In het leven van onzen dichter is er niets dat hem als ridder kenmerkt, geen gebeurtenis waar hij als ridder optrad. Waar hij verschijnt is de klaarblijkelijke reden voor zijn aanwezigheid alleen zijn dichtkunst. Zijn epische poëzie is nog geheel die van de volkskunst. De taal waarin hij al zijn werken schreef, is die van de St. Servaeslegende: Oost-Nederfrankisch. De Hoogduitsche Eneïde, die we nog hebben, is een omwerking, een vertaling, in 't Thuringisch. Wat in de Duitsche letterkunde met de kunst van Veldeke verwant blijkt te zijn, is alles invloed van Veldeke. Dit wordt uitgemaakt door de prioriteit van Veldeke tegenover Eilhart van Oberg; welke beslissend is voor geheel het Veldekeprobleem.
(Zie Aflevering October, blz. 966).
3o) Onbekende werken van Jacob Jordaens. - Lezing door Prof. Dr. van Puyvelde, werkend lid.
De ontwikkeling van den stijl van Jordaens is nog slecht bekend. Vooral uit zijn jeugdtijd, waarin hij zijn beste werken voortbracht, zijn nog heel wat werken te ontdekken. De H. Van Puyvelde maakt twee belangrijke schilderijen bekend, die aan Jordaens moeten toegeschreven. Het eene heeft hij ontdekt in de kerk Sint-Piatus te Doornijk: het is een groot godsdienstig stuk voorstellende Jesus bij Martha en Maria, nu overgebracht in het museum te Doornijk; het mag beschouwd worden als een uitstekend werk van omtrent 1618. Het andere is een H. Familie, sedert eenigen tijd in het Koninklijk museum voor oude kunst, en dat een zeer goed jeugdwerk is.
4o) Boendaliana (Enkele nieuwe bijzonderheden omtrent Jan van Boendale). - Lezing door Dr. Fl. Prims, briefwisselend lid.
Aangezien het uur reeds gevorderd is, kan spreker slechts zeer vluchtig wijzen op een interessant hoofdstuk uit zijne geschiedenis van Antwerpen. Er bestond in de XIVe eeuw eene heele letterkundige pleiade in de Scheldestad. Dr. Fl. Prims handelt over Jan De Deckere of Deckers, den schrijver van het Dietsch Doc- | |
| |
trinaal; over het Boec van der Wraken, dat hij aan Jan van Boendale toeschrijft en waarvan hij de verhouding tot de Brabantsche Yeesten bespreekt; over de ligging van het huis van Boendale, op de tegenwoordige Eiermarkt, te Antwerpen. Over de rekeningen der Stad Antwerpen, enz.
5o) Over Pestepidemien te Antwerpen in vroeger tijden, door Dr. A.F.C. Van Schevensteen ter opneming in de Verslagen en Mededeelingen aangeboden. - Verslag der Commissarissen.
De twee Commissarissen zijn het eens om tot opneming van het opstel van Dr. Van Schevensteen Over Pestepidemieën te Antwerpen in vroeger tijden in de Verslagen en Mededeelingen te besluiten.
De Commissie verklaart het eens te zijn met het oordeel der verslaggevers.
2o) Bestendige Commissie voor Onderwijs in en door het Nederlandsch. - De heer O. Wattez, secretaris, legt verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden.
Waren aanwezig de heeren Prof. Dr. J. Vercoullie, voorzitter, Prof. Dr. M. Sabbe, ondervoorzitter, Kan. Am. Joos, Dr. Leo Goemans, J. Jacobs, Prof. Dr. A.J.L. Van Puyvelde, Prof. Dr. L. Scharpé, leden, Prof. Dr. Van de Weyer, Prof. Dr. Verdeyen, Eerw. hr. J. Eeckhout, hospiteerende leden.
Aan de dagorde staat:
1o) Schrijf weer Nederlandsch (naar aanleiding van het onlangs verschenen boek van Dr. Ch.F. Haje). - Lezing door den hr. O. Wattez.
In de afwezigheid van den hr. Wattez geeft de hr. Bestendige Secretaris Goemans lezing van diens mededeeling over De Taalschat, van Dr. Haje. De hr. Wattez beoordeelt gunstig dit critisch werk, dat een tweehonderdtal germanismen bespreekt en daarnaast de goede Ndl. uitdrukkingen geeft.
| |
| |
Dr. Haje bestrijdt ook sommige aanlijmingen, koppelingen, woordsmederijen staande onder Hgd. invloed, verder nog het weglaten van voorzetsels, het overtollig gebruik van verbindende streepjes, en citeert uit de dagbladen, uit prijscouranten en uit politieke studiën een aantal voorbeelden uit de laatste veertig jaar. De Commissie stelt voor de lezing van den hr. Wattez op te nemen in de Verslagen en Mededeelingen.
2o) Vervolg van de bespreking van de lezing: Over het aandeel der Germaansche talen in het leerprogramma der Gr.-Lat. Humaniora, door den hr. J. Jacobs.
Gezien het gevorderde uur, wordt die bespreking tot de a.s. zitting der Commissie verschoven, en inmiddels wordt besloten, dat de studie van den hr. Jacobs in de Verslagen en Mededeelingen zal opgenomen worden.
| |
Dagorde.
1o) Verkiezing van Bestuurder en Onderbestuurder voor het Jaar 1933. - In geheime vergadering wordt te 2 ½ u. overgaan tot de verkiezing van Bestuurder en Onderbestuurder voor het a.s. dienstjaar. Tot stemopnemers worden aangewezen de heeren Vercoullie en Mansion. Worden verkozen, tot Bestuurder: Heer Herman Teirlinck, thans Onderbestuurder; tot Onderbestuurder: Prof. Dr. L. Van Puyvelde, werkend lid.
2o) Lezing door den heer Em. De Bom, briefwisselend lid der Academie: De Vlaamsche Letterkunde in den Vreemde. - De Bestuurder stelt voor de lezing in de Verslagen en Mededeelingen op te nemen. - Het voorstel wordt onder handgeklap goedgekeurd.
|
|