Het betoog ruim tien jaar geleden door de Koninklijke Vlaamsche Academie opgesteld, blijft nog heden van waarde. Het is niet weerlegd; geen enkel nieuw wetenschappelijk element is aan het licht gekomen dat aan de conclusiën van onze vroegere bewijsvoering iets zou afgedaan hebben. Wij herhalen dus nogmaals wat toen reeds uiteengezet werd.
1o Het Eupensch dialect is niet Hoogduitsch, wel Nederduitsch in ruimen zin, daar het de kenmerken van het Hoogduitsch, nl. de hd. klankverschuiving volkomen mist. Aan den éénen kant, in het Hoogduitsch, wordt de p tot pf en f, de t tot z en ss, de k tot ch veranderd (Pfad, schlafen, Zeit, Wasser, machen); aan den anderen blijven in al de genoemde gevallen de consonanten ongewijzigd in het Nederlandsch en Nederduitsch, dus: pad, slapen, tijd, water, maken. Het Eupensch heeft p, niet pf of f; t, niet z of ss; k niet ch, in de betrokken gevallen. Alleen enkele woorden ich, mich, zweemen naar den Duitschen vorm. Maar dit is alleen het geval waar de overige Limburgsche tongvallen eveneens ch hebben. Zij bewijzen dus niet dat Eupen Hoogduitsch is, maar wel Limburgsch, zooals wij altijd beweerd hebben.
2o Dat oorspronkelijk Limburgsch dialect heeft door invloed van de school, van den kansel, van de betrekkingen met Aken en met het Duitsche rijk ook eenige Duitsche woorden en woordvormen opgenomen. Welk percentsgewijze berekend gehalte moet aangenomen worden, zal er van afhangen, welk gedeelte der bevolking beschouwd wordt. Blijkbaar zal bij de meest ontwikkelden de Duitsche invloed het sterkst zijn, terwijl de zuiver-dialectsprekers, vooral van de oudere generatie, een veel minder gemengden woordenschat zullen bezigen. Wat er ook van zij, het karakter eener gemengde taal, hoe gering ook de vermenging moge zijn, kan men aan het Eupensch niet ontkennen. Het is Nederlandsch, maar houdt ook enkele Duitsche elementen in.
3o De derde nationale taal, het Fransch, is in het district Eupen volkomen vreemd. Het is niet, gelijk te Malmédy, de beschaafde taal die aan het plaatselijk dialect beantwoordt, want dit laatste is, zooals boven betoogd, Nederlandsch. Het Fransch is eene onlangs ingevoerde taal, die te Eupen en in het omliggende niet op hare plaats is, aangezien het er noch door de meer ontwikkelden, noch door de massa van het volk gebezigd wordt. Het invoeren van het Fransch is een maatregel van bestuurlijken aard