| |
| |
| |
Vergadering van 2 Augustus 1922.
Zijn aanwezig de heeren: Omer Wattez, bestuurder, en Dr. Leo Goemans, onderbestuurder.
de heeren: Karel de Flou, Dr. Lod. Simons, Prof. Ad. de Ceuleneer, Gustaaf Segers, Kan. Dr. Jac. Muyldermans, Kan. Am. Joos, Isid. Teirlinck, Prof. Dr. L. van Puyvelde, Prof. Dr. L. Scharpé, Prof. J. Vercoullie, Mr. Leonard Willems, Prof. Dr. A.-J.-J. Vandevelde, Joz. Jacobs, Dr. J. Persyn en Dr. M. Sabbe, werkende leden;
de heeren F.V. Toussaint van Boelaere en Pater J. Salsmans, S.J., briefwisselende leden.
***
Het verslag der Juli-vergadering, wordt na lezing goedgekeurd.
***
Afsterven van den heer Edw. Gailliard, bestendig secretaris der Academie. - Bij brieve van 29 Juli berichtte de heer Karel de Flou aan de Academie het overlijden te Brugge, van den heer Edw. Gailliard; hij deelde tevens mede dat de plechtige lijkdienst zou plaats den Dinsdag, 1 Augustus, te 10 3/4 uur, in de kerk van grijpen Sint-Salvator te Brugge. - De plechtigheid werd bijgewoond door de HH. O. Wattez, bestuurder, Dr. L. Goemans, onderbestuurder, K. de Flou, Prof. Ad. de Ceuleneer en Isid. Teirlinck, werkende leden, en I. de Vreese, bureelonderoverste in de Academie.
Tot teeken van rouw werd de nationale vlag halfstok geheschen op het Academiegebouw. Per bijzonderen brief
| |
| |
werd het overlijden aan de leden der Academie medegedeeld.
Bij het openen der vergadering brengt de heer Omer Wattez eerbiedig hulde aan den afgestorven Bestendigen Secretaris en leest vervolgens de lijkrede voor, welke hij voornemens was bij de begrafenis uit te spreken, voornemen waaraan op uitdrukkelijk verlangen van den afgestorvene geen gevolg gegeven werd' - De lijkrede zal in de Verslagen en Mededeelingen opgenomen worden.
Op voorstel van den heer Omer Wattez, beslist de Academie dat een brief van rouwbeklag aan Mevrouw Gailliard zal gezonden worden.
De heer K. de Flou neemt op zich, voor het Jaarboek, het levensbericht van den afgestorvene te schrijven.
***
De heer Dr. Leo Goemans tot commandeur in de kroonorde benoemd. - Bij Koninklijk Besluit van 15 Juli 1922 (Staatsblad, nr van 22-23 Juli), werd onze geachte onderbestuurder, algemeen opziener over het Middelbaar Onderwijs, tot commandeur in de kroonorde bevorderd. - De heer Bestuurder wenscht hem geluk met die onderscheiding. (Toejuichingen.)
***
Welkomgroet aan den E.P.J. Salsmans, S.J. - De heer O. Wattez heet E.P.J. Salsmans, S.J., nieuw verkozen briefwisselend lid, die voor de eerste maal de vergadering bijwoont, van harte welkom in den schoot der Academie; Pater Salsmans zegt den heer bestuurder dank voor zijn welkomgroet en de leden
| |
| |
voor het in hem gestelde vertrouwen; hij belooft al te doen wat hij kan om aan de verwachting te beantwoorden. - Tevens biedt hij aan de Academie twee zijner jongste werken ten geschenke aan.
***
Aangeboden boeken. - Vervolgens legt de Bestendige Secretaris de lijst over van de boeken aan de Academie aangeboden:
Door de Regeering:
Tijdschriften. - Annales des travaux publics, juin 1922. - Revue de l'Université de Bruxelles, avril-mai 1922.
Door de ‘Académie royale de Belgique’:
Compte rendu de la célébration du 150e anniversaire de l'Académie royale de Belgique. Bruxelles, 1922.
Door de ‘Wetenschappelijke Vlaamsche Congressen’:
Wetenschappelijke Vlaamsche Congressen. Congres voor Moderne Kunst van 30 Juli tot 7 Oogst 1922, te houden te Brugge. Programma. Z. pl. of j. (Brugge 1922.)
Door Prof. Ad. de Ceuleneer, werkend lid:
Het Laatste Avondmaal in de Schilderkunst, door Prof. Adolf de Ceuleneer. (Overgedrukt uit het Algemeen Nederl. Eucharistisch Tijdschrift.) Tongerloo, 1922.
Door Kan. Dr. Jac. Muyldermans, werkend lid:
De Gids, 3de serie, 3de jg., 1865: Januari-April, Juni en Juli.
Door Prof. Dr. A.-J.-J. Vandevelde, werkend lid:
Ecoles et Instituts de fermentation et de brasserie et Associations d'anciens étudiants de Gand, Louvain, Nancy et Paris. Hommage à la mémoire de Louis Pasteur (1822 † 1895). En commémoration du 100e anniversaire de la naissance de l'illustre fondateur de la Microbiologie. Gand, 1922.
Ernest Solvay (1838-1922). Overgedrukt uit ‘Chemisch Weekblad’, dl. 19, nr 30 (1922).
Door den E.H. Joz. Salsmans, S.J., briefwisselend lid:
Biecht en Altaarsakrament, door J. Salsmans, S.J., prof. in de Godgeleerdheid. Inleiding door Z.D.H. Mgr. Heylen, Bisschop van Namen, Voorzitter der Eucharistische Kongressen. Leuven, 1922. (Onze Studiën. Uitgaven over godsdienstwetenschap.)
| |
| |
Vondel (Joost van den). - Jozef in Dothan. Treurspel in vijf bedrijven. Taal- en letterkundig verklaard door A.M. Verstraeten. Zevende uitgaaf bezorgd door J. Salsmans, S.J. Gent, 1922.
Door den heer Karel Brants, te Brussel:
Het Belgisch Gemeenterecht. Samenstelling, inrichting en bevoegdheid der gemeentebesturen, door Karel Brants, Eeresecretaris van Etterbeek, Bestuurder van de Vlaamsche Diensten der Wetgevende Kamers. 2de uitgave, in verband gebracht met de jongste wetten. Lier, 1922.
Belgische Grondwet. Reglement van de Kamer der Volksvertegenwoordigers. 1921. Brussel, z.j.
Door de Redactie:
Vereenvoudiging, 2 Augustus 1922.
Ruildienst. - Tegen ruiling van de Verslagen en Mededeelingen heeft de Bestendige Secretaris voor de Boekerij der Academie de laatstverschenen afleveringen van de gewone tijdschriften ontvangen:
Vlaamsche Arbeid, Juli-Aug. 1922. - Biekorf, nr 7, 1922. - Mechlinia, nr 2, 1922. - Neerlandia, Aug. 1922. - Neophilologus, 7de jg., 4de afl. - De Opvoeder, nrs 21-22, 1922. - De Schoolgids, nrs 6-8, 2de reeks 1922. - Sint-Cassianusblad, Aug. 1922. - Studiën, Aug. 1922. - De nieuwe Taalgids, 16e jg. (1922), afl. 4. - Vlaamsch opvoedkundig Tijdschrift, Juli 1922. - La vie diocésaine, juillet 1922.
| |
Letterkundige Mededeeling
door den heer F.V. Toussaint van Boelaere, briefwisselend lid, over: 1o) Het Belgisch Gemeenterecht. Samenstelling, inrichting en bevoegdheid der gemeentebesturen; - en 2o) Belgische Grondwet. Reglement van de Kamer van Volksvertegenwoordigers, door den heer Karel Brants, eeresecretaris van Etterbeek, bestuurder van de Vlaamsche Diensten der Wetgevende Kamers:
Voor de Vlaamsche wetenschap en meer nog voor den Vlaamschen man over het algemeen, is het een zeer groot bezwaar dat al onze wetten en besluiten tot de invoering der wet van 18 April 1898 op het gebruik der Vlaamsche taal in de officieele bekendmakingen, uitsluitend in het Fransch zijn opgemaakt. Evenzeer zal,
| |
| |
bijaldien het thans nog niet het geval mocht zijn, later ook als een groot bezwaar worden gevoeld, dat de Vlaamsche teksten van de sedert genoemde wet van 18 April 1898 van kracht geworden wetten en besluiten, veelal in ongehoord slordig en gebrekkig Nederlandsch zijn gesteld, om dan nog niet te gewagen van het hopeloos gebrek aan eenheid in de daarbij gebruikte terminologie.
In afwachting dat in dien toestand, die ook voor de zuiverheid van de taal een niet te onderschatten gevaar oplevert, worde voorzien, moeten wij het ten zeerste waardeeren als bevoegde Vlamingen zich de moeite willen getroosten om de uitsluitend in het Fransch bestaande wetten ten dienste van onze Vlaamsche menschen te vertalen in klaar en duidelijk Nederlandsch: het is inderdaad een bij uitstek lastig en ondankbaar, doch ook bij uitstek nuttig werk.
Daarom is het mij een bizonder genoegen, aan de Academie te mogen aanbieden, uit naam van den heer Karel Brants, bestuurder van de Vlaamsche diensten van onze Kamers, de door hem vervaardigde vertaling met commentaar van onze zoo veel gebruikte gemeentewet: het is uitstekend werk van een ernstig en bizonder bevoegd man.
| |
Mededeelingen door den Bestendigen Secretaris.
1o) Te Deum op 21 Juli. - Brief van 7 Juli, waarbij de Weled. heer Gouverneur der Provincie de Academie uitnoodigt tot het plechtig Te Deum, dat op Vrijdag 21 Juli, verjaardag der inhuldiging van Z.M. Leopold I te Brussel, te 11 uur, in de hoofdkerk van Sint-Baafs, te Gent, zal gezongen worden.
Hebben de plechtigheid bijgewoond: de heeren O. Wattez, bestuurder, Dr. L. Goemans, onderbestuurder, Prof. Ad. de Ceuleneer en Mr. Leon. Willems.
| |
| |
2o) Het Landdekenaat Eyck. - Ter uitgave aangeboden verhandeling. - Bij brieve van 24 Juli bood de heer H. van de Weerd, kapelaan te Exel, aan de Academie ter uitgave aan Het Landdekenaat Eyck. Bij het werk voegde de Schrijver het verslag van de ‘Société d'Art et d'Histoire’, van Luik, die in 1921 aan het werk een prijs van 500 fr. toekende. - Het stuk, samen met genoemd verslag, wordt naar de Commissie voor Geschiedenis verzonden.
3o) Kairo. - Congrès international de Géographie et d'Ethnologie. - Gedrukte omzendbrief van 19 Juli 1922, waarbij de algemeene secretaris van het Inrichtingscommiteit bericht, dat het XIe ‘Congrès international de Géographie et d'Ethnologie’ in 1925 te Kairo zal gehouden worden.
| |
Verslagen namens Commissiën.
1o) Bestendige Commissie voor Middelnederlandsche Letteren. - De heer Professor J. Vercoullie, secretaris, legt het volgende verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden:
Zijn aanwezig: Mr. L. Willems, voorzitter, K. de Flou, Kan. Am. Joos, Is. Teirlinck, Dr. L. Goemans, J. Jacobs, leden, J. Salsmans, S.J., hospiteerend lid, en J. Vercoullie, lid-secretaris.
De Voorzitter brengt hulde aan de nagedachtenis van Edw. Gailliard en aan de groote diensten door hem aan de Commissie bewezen.
Bij het binnenkomen van den heer J. Jacobs, in de laatste zitting van de Academie tot lid van de Commissie gekozen, heet hem de Voorzitter welkom en spreekt de overtuiging uit dat de Commissie op zijn geleerde medewerking zal mogen rekenen.
Aan de dagorde staat:
Kleine verscheidenheden, door den heer Edw. Gailliard. (Op beleefd verzoek, door den heer Mr. Leonard Willems
| |
| |
voorgedragen.) - Baes = Baselis. Teksten 1286, 1299. - Upgrachten. Door een gracht afzonderen. (1501.) - Nedergars: Grasland dat in een laagte gelegen is. (1772.) - Gehult: Hoogliggende strook land. (1754.) Fr. ‘Monte’. - Hofwech: Weg die naar het ‘hof’ leidt, naar de woonplaats van hem die in spraak zijnde ‘hofstede’ bewoont. (1443 en 1628.) - Couter lant: Akkerland. (1275.) Latijn: ‘Terra arabilis’ (1275.) - Gheboden ende vulboden, spr. van het verkoopen van grond. (XVIe eeuw.) - Maet. Meting; fr. mesurage. (1772.) - Maeteboeck = Meteboek, ‘Metingh-boeck’. (1592 en 1694.) - Bunder-boeck. 1760. Eenige berekeningen van den bunder: 1612, 1647, 1662. - Hem (zich) gheneeren: Groote handelszaken doen. (1467.) - Een groot zwaer rijck man. (1467.) Fr. Un homme cossu. - Onghelyc vromer ende solventer dan wie ook. (1467.) - Nieulant: ‘Terra nova’ (akte van 1167.) - Moerdreve: Groote dreef. (1387.) - Coppelen deen an dandere. Spr. van stukken land. (1639.) - Scakelen in... (1529.) Met het oog op stukken land; Fr, ‘Etre enclavé et enchaîné ensemble.’ - Dal, Dellinghe: Laagliggende land. (1775, 1784.) - Paelghenoot: Grensgenoot. (1614.) - Polder: Polre a fluctibus marinis divisus et separatus. (1338.) - Uytputten. Term van ‘deringgravers’. (1612.) - Landtboeck en Prijsboeck. (1694.) Fr. Registre cadastral.
De Commissie stelt aan de Academie voor, om die Verscheidenheden in de Verslagen en Mededeelingen op te nemen.
2o) Bestendige Commissie voor Nieuwere Taal- en Letterkunde. - De heer O. Wattez, secretaris, legt ter tafel het hieronder volgende verslag over de morgenvergadering door de Commissie gehouden:
Zijn aanwezig: Kan. Dr. J. Muyldermans, voorzitter, Is. Teirlinck, G. Segers, Prof. Dr. L. Scharpé, Dr. J. Persyn, leden; Dr. A.-J.-J. Vandevelde en Dr. M. Sabbe, hospiteerende leden, en O. Wattez, lid-secretaris.
Aan de dagorde staat:
a] Een Roeselaarsch Paaschspel in de XXVIIIe eeuw, door Prof. Dr. L. Scharpé.
| |
| |
Prof. L. Scharpé leidt de bespreking van een 18d-eeuwsch Paaschspel der Roeselaarsche Rederijkerskamer in, door een overzicht van de ontwikkeling der Tooneelspelen over Christus' Verrijzenis, bepaald in de Nederlandsche letterkunde; hij weidt in het bijzonder uit over het stuk van Lawet, van ongeveer 1570, die voor de Roeselaarsche Kamer in zijn Meispel van het Reyne Maeirsele, de Paaschmotieven zoo eigenaardig heeft verrederijkerd.
Over het stuk ‘de Glorieuse Verrijsenisse Ons Heren Jesu Christi speelswys verthoont door de Reden Rycke Ghilde van Ste Barbara Gheseijt Zeeghbaer herten Binnen de stede van Rousselaere opden 25n en volghende daeghen der maent april 1734’, ‘gerimt door Judocus Calmeyn gewesen prince en hoofdman deser ghulde van rhetorica’, zal hij de volgende maal handelen.
b] Mededeeling door Prof. A.-J.-J. Vandevelde: De brieven nr 53 tot 67 van Anthoni van Leeuwenhoek (3e mededeeling over de werken van den stichter der Micrographie).
Dit punt der dagorde wordt naar een volgende vergadering verschoven.
| |
Dagorde.
1o) Prijsvragen voor 1923 en volgende jaren. - Voor 1923 werden reeds vroeger zeven prijsvragen uitgeschreven; voor 1924 insgelijks zeven; voor 1925 zes en voor 1926 vier. Het bestuur stelt dan ook voor geen nieuwe prijsvragen uit te schrijven. - Wat echter de voor 1921 uitgeschreven prijsvraag over het Brusselsch dialect aangaat, waarvoor één antwoord werd ingezonden (echter te laat om in aanmerking te kunnen genomen worden), het Bestuur stelt voor de vraag opnieuw uit te schrijven voor 1924, doch thans in den volgenden meer bepaalden vorm: Men vraagt eene klank- en vormleer van het Brusselsch dialect met zijne plaatselijke verscheidenheden.
2o) Lezing door den heer Prof. J. Vercoullie. Heeft de klankleer bij de woordafleiding uitgediend? -
| |
| |
Spreker behandelt die vraag naar aanleiding van J. Gilliéron's boekje: La faillite de l'étymologie phonétique. Hij toont door den inhoud van het boek en door zekere feiten, dat deze bewering niets meer dan een slagwoord is, dat niet letterlijk mag opgevat worden, maar als een opwekking moet gevoeld worden om zich op de andere departementen van de taalkunde, dan de klankleer, meer toe te leggen dan tot nog toe geschiedde.
- De vergadering wordt ten 3 1/2 uur gesloten.
|
|