2o Handschriften betreffende de Mis, namelijk Evangelieboek (2 boeken), Graduale (2 b.) en Missale (ook 2 b.); - 3o Handschriften betreffende de koorgetijden, namelijk Antiphonarium (2 b.), Passionale (2 b.), Homilieën en Sermoenen (2 b.), Klein Antiphonarium (2 b.), Collectarius, Handboekje en Biblia; - 4o Handschriften met andere bestemmingen, namelijk Processieboek (3 b.).
Uit deze opsomming blijkt dat de verzameling volledig genoeg is om Steller toe te laten al de rubrieken op te geven die in de 15de eeuw te Tongeren én in de Mis én in den brevier gevolgd werden.
Die opgave komt voor in het tweede en het derde deel van het antwoord, en de Schrijver geeft er blijk in van groote belezenheid en veel kennis.
Niet minder belangrijk voor de geschiedenis van de toenmalige vereering der Heiligen, is het vierde deel, dat Liturgische Kalenders tot titel draagt. Hier heeft Steller met hoogst te waardeeren geduld getracht de verschillende invloeden, die op de samenstelling der Tongersche kalenders gewerkt hebben, zoo ver mogelijk op te sporen.
De verhandeling besluit met de beschrijving van eenige oude gebruiken in de liturgie, waarvan de meeste bijzonderheden, zeer merkwaardig voor de geschiedenis, uit de ontlede boeken geput zijn.
De Schrijver heeft drie uitgebreide tafels opgemaakt: een bronnenlijst, een tekstenlijst, een zaken- en personenlijst.
Bij het doorlezen van het handschrift ben ik hier en daar gestuit op minder juiste uitdrukkingen, die echter alle bij een nalezing licht te verbeteren zijn.
Het werk is waard door de Academie bekroond en uitgegeven te worden.