| |
| |
| |
Vergadering van 15 Juni 1921.
Zijn aanwezig de heeren: Omer Wattez, onderbestuurder, en Edw. Gailliard, bestendige secretaris;
de heeren: Karel de Flou, Dr. Lod. Simons, Prof. Dr. A. de Ceuleneer, Gustaaf Segers, Kan. Dr. Jac. Muyldermans, Kan. Amaat Joos, Dr. Hugo Verriest, Isid. Teirlinck, Dr. Leo Goemans, Prof. Dr. J. Mansion, Prof. Dr. Leo van Puyvelde, Prof. Dr. Lod. Scharpé, Prof. J. Vercoullie, Mr. Leonard Willems, Prof. Dr. A. Vermeylen, Dr. A.-J.-J. Vandevelde en Prof. Karel van de Woestyne, werkende leden;
De heeren Dr. Frans Daels, briefwisselend lid, en Prof. Dr. H. Logeman, buitenlandsch eerelid.
De heeren Prof. Dr. C. Lecoutere, bestuurder, en Joz. Jacobs, werkende leden, Dr. Maurits Sabbe en Dr. A. Van Hoonacker, briefwisselende leden, hebben laten weten dat zij verhinderd zijn de vergadering bij te wonen.
De Bestendige Secretaris leest het verslag over de Mei-vergadering, dat wordt goedgekeurd.
***
De heer Omer Wattez, waarnemend bestuurder, brengt aan de Vergadering den groet over van Prof. C. Lecoutere, en spreekt den wensch uit dat deze weldra zijne plaats aan het bureel zal kunnen hernemen. - (Algemeene toejuichingen.)
***
| |
| |
Aangeboden boeken. - Vervolgens legt de Bestendige Secretaris de lijst over van de boeken aan de Academie aangeboden:
Door de Regeering:
Tijdschriften. - Annales des travaux publics de Belgique, avril 1921. - Le Musée belge, 15 octobre 1920, et Bulletin bibliographique et pédagogique du Musée belge, 15 nov,-15 déc. 1920. - Revue néoscolastique de philosophie, mai 1921.
Door de ‘Académie Royale d'Archéologie’, te Antwerpen:
Annales, 6e série, T. VIII, 3e et 4e livr.
Bulletin, IV, 1920.
Door de Commissie voor 's Rijks Geschiedkundige Publicatiën, te 's Gravenhage:
Jaarverslag. 's Gravenhage, 1921.
Door de ‘Bayerische Akademie der Wissenschaften’, te München:
Sitzungsberichte der philosophisch-philologischen und historischen Klasse. Jahrgang 1920, 9-11. Abhandlung.
Abhandlungen id. XXX. Band, 8. Abhandlung.
Door de ‘Stadtbibliothek’ van Bremen:
Bericht über die Verwaltung der Stadtbibliothek im Rechnungsjahre 1920.
Door Kan. Dr. Jac. Muyldermans, werkend lid:
Naklank en Aandenken der feestelijkheden ingericht bij de Plechtige Inhuldiging van den heer Florent Cootmans als Burgemeester van Berchem op Zondag 12 Januari 1908. Z. pl. of j. (Berchem, 1908.)
Aan het Vlaamsche Volk bieden wij dit vertoog om het in te lichten over den toestand van onze Vlaamsche Volksbeweging in deze benarde tijden. Leuven, z.j. (1917.)
De Raad van Vlaanderen aan het Vlaamsche Volk! Lier, z.j.
Een Noodlottig Man en een onbekwaam Minister. Borgerhout, z.j.
Een Woord aan onze verstandige Werklieden. Over Arbeidsbescherming en Maatschappelijke Verzekeringen in Duitschland en België. door L. d. B. Brussel, z.j.
De huidige oorlog in 1911 voorspeld, door den Franschen socialist François Delaisie. Z. pl. of j. (Charleroi.)
Morel (M.E.D.), secretaris van de Union of Democratic Control.) - Waarom het Gras in de Lente Rood zal zijn. Vertaling van L.D. Anderlecht, 1918.
Vlaamsche Boekerij Göttingen. Boekenlijst 1e deel. Nederlandsche Boeken. Göttingen, 1918.
Door den heer Dr. M. Sabbe, briefwisselend lid:
Sabbe (Dr. Maurits). - Christoffel Plantin. Antwerpen, 1921.
| |
| |
Sabbe (Maurits), conservateur du Musée Plantin, à Anvers. Marius Audin. Les caractères de civilité de Robert Granjon et les imprimeurs flamands. Lyon, 1921.
Door den heer Valerius d'Hondt, te Aalst:
Nestor de Tière. Bio-bibliographie, door V. d'Hondt. Antwerpen, z.j.
Geschiedenis van het Tooneel te Aalst en bijzonderlijk van de Koninklijke Rederijkkamer De Catharinisten onder kenspreuk ‘Amor Vincit’, door Valery d'Hondt. Bekroond in den wedstrijd uitgeschreven door de voormelde rederijkkamer. Aalst, 1908.
Door den E.H. Alf. Lamotte, pastoor:
Bij de Aanbidding van het Lam. Adam en Eva in het Hemelsche Paradijs, door Alf. Lamotte, pastoor. (Overdtuk uit het maandschrift Limburg.) Maeseyck, 1921.
Door Dr. E. Wiersum, te Rotterdam:
Een onuitgegeven brief van Oldenbarneveldt (Den Haag, 31 Dec. 1590), medegedeeld door Dr. Wiersum. (Overgedrukt uit de Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap. Deel XLII.)
Door de Redactie:
Nederlandsche Bibliographie, April 1921. - Pro Flandria, Mei-Juni 1921. - Het Westland en de Hopboer, nr 1, 1921.
Ruildienst. - Tegen ruiling van de Verslagen en Mededeelingen heeft de Bestendige Secretaris voor de Boekerij der Academie de laatstverschenen afleveringen van de gewone tijdschriften ontvangen:
Nederlandsch Archievenblad, 28e jg., 3e afl.; 29e jg., 1e-2e afl. - Biekorf, nr 5, 1921. - Limburg, nrs 1-9 en 12, 1920 en 1-11, 1921. - Neerlandia, Juni 1921. - De Opvoeder, nrs 15-16, 1921. - De Schoolgids, nrs 14-15, 1921. - Sint-Cassianusblad, Juni 1921. - Studiën, Juni 1921. - De Kleine Vlaming, Juni 1921. - La Vie diocésaine, Mei 1921.
Voor den Aug. Beernaert-Prijskamp (1920-1921) werd ingezonden:
Door den heer Valerius d'Hondt, leeraar, Dirk Martenstraat 49, te Aalst;
Nestor de Tière, de Baanbreker van het Realisme op het Vlaamsch tooneel. Proef van Bio-bibliographische documentatie, door Valerius d'Hondt. Antwerpen, z.j. (1921.)
***
| |
| |
Ingekomen brieven. - De Bestendige Secretaris stelt de Vergadering in kennis met de hieronder volgende ingekomen brieven:
1o) Het Lam Gods. - Brieven van Z.E. Kanunnik Van den Gheyn, van 20 Mei en van 11 Juni, de Academie verzoekende hem de gelegenheid te geven in haar Verslagen en Mededeelingen te antwoorden op zekere beweringen van E. Heer Pastoor Aerts, in zake het Lam Gods.
De Vergadering, na kennis genomen te hebben van de briefwisseling betreffende die zaak, beslist met eenparigheid van stemmen, dat zij haar Verslagen en Mededeelingen voor een polemiek over gehouden lezingen niet kan openstellen.
2o) The John Crerar Library, te Chicago. - Bij brieve (alhier den 29 Mei ontvangen) noodigt de John Crerar Library de Koninklijke Vlaamsche Academie uit, zich te laten vertegenwoordigen op de inhuldiging van haar nieuw gebouw den Zaterdag 28 Mei.
| |
Mededeelingen door den Bestendigen Secretaris.
1o) Van de pers gekomen uitgave. - Den 13 Juni werd aan de heeren Leden verzonden de 2de aflevering (blzz. 221-423) van het IIe deel van het Zuid-Oostvlaandersch Idioticon, door onzen geachten Collega Isid. Teirlinck. - De gebruikelijke schikkingen werden verder getroffen voor de verzending van genoemde uitgave.
2o) Koninklijke Academie van Wetenschappen, te Amsterdam. (Academia Regia Discíplinarum Neerlandica.) - Wedstrijd ‘Ex Legato Hoeufftiano’. - Gedrukte brief van 9 April 1921, onderteekend C. van Vollenhoven als voorzitter dier Academie, houdende mededeeling van den uitslag van den wedstrijd voor 1921 en van het programma voor het jaar 1922.
***
| |
| |
| |
Letterkundige Mededeeling door den heer Is. Teirlinck.
De Heer Valerius D'Hondt, letterkundige te Aalst, heeft me twee zijner werken laten geworden met verzoek deze, in zijnen naam, de Vlaamsche Academie te willen aanbieden. Dat doe ik volgaarne, omdat deze twee gewrochten aanbeveling verdienen.
Nr 1: Nestor de Tière, de Baanbreker van het Realisme op het Vlaamsch Tooneel, Proef van Bio-bibliographische Documentatie is, zooals de gekozen titel het overigens aanwijst, niet zoozeer het werk van een criticus, wel van een bewonderaar en vriend van den talentvollen schrijver. Naar artikels verschenen in dagbladen en tijdschriften, zoowel Fransche als Vlaamsche, heeft de Heer D'Hondt ons de Tière op zijn best leeren kennen. Zijn sterk gedocumenteerd werk, vol biographische en bibliographische aanteekeningen, zal wel onmisbaar blijken voor al wie den letterkundigen arbeid van de Tière wil bestudeeren of beoordeelen.
Nr 2: Geschiedenis van het Tooneel te Aalst, en bijzonderlijk van de Koninklijke Rederijkkamer De Catharinisten onder kenspreuk aMor VInCIt, is insge'ijks met zorg geschreven en zeer lezenswaard. Wie zich met de geschiedenis onzer Kamers van Rhetorica bezighoudt, zal met vrucht dit werk van D'Hondt raadplegen. Uit die Geschiedenis blijkt o.a. dat deze Aalstersche Rederijkkamer nog bekend stond onder den naam van tgebroken Rat: ‘Item VI stoopen gepresent tgebroken Rat van Aelst ut supra IX s.’, nl. 6 stoopen wijn. (Stadsrekening van Mechelen 1492-93: mededeeling van H. Conincx). Blz. 204 van 't werk van D'Hondt.
Die naam werd aan de Catharinisten gegeven naar hun blazoen: een gebroken rad met doorgestoken zwaard; op den rand van het rad stond de spreuk amor vincit en er boven een vlammend hart - alles doelende op Catharina's folterrad dat, door de liefde van de heilige voor Christus, overwonnen en gebroken werd. Vgl. bovenstaande met de mededeeling van ons geacht medelid Leonard Willems, in Verslagen en Mededeelingen. Ik zou meer andere aanhalingen uit het merkwaardige boek kunnen geven. Maar ik moet beknopt zijn en bepaal me dus bij het hierboven medegedeelde.
| |
| |
| |
Mededeelingen namens Commissiën.
1o) Bestendige Commissie voor Middelnederlandsche Taal- en Letterkunde. - De heer secretaris J. Vercoullie legt het hieronder volgende verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden:
Zijn aanwezig de heeren: Kan. Amaat Joos, voorzitter, Edw. Gailliard, Karel de Flou, Is. Teirlinck, Dr. Leo Goemans, Prof. J. Mansion, leden, Prof. Dr. L. Scharpé en Mr. Leonard Willems, hospiteerende leden, en Prof. J. Vercoullie, lid-secretaris.
Aan de dagorde staat:
a] Jan Cauweel's inleiding op M. de Casteleyn's ‘Conste van Rhetoriken’. Lezing door den heer Leonard Willems. - Spreker leidt uit de opsommingen van namen in deze Inleiding af, dat onze inlichtingen over onze auteurs voor de eerste helft der 16e eeuw voorloopig zeer onvolledig zijn en er weinig uitzicht bestaat om er meer te krijgen.
b] Kleine Verscheidenheden, door Edw. Gailliard medegedeeld: Zale (zaal) is hetzelfde als Voorzaal (in een heerenhuis), Fr. Vestibule. Tekst uit 1474. - Blusscher of Slove worden als synoniem gebruikt en beteekenen Domper, Wvl. Kèersedoppe, Fr. Eteignoir. (1519.) - Lade of Scrine - Koffer, Schapra, Latafel, eigenlijk Kas, Kist. (1485, 1514 en 1519.) - Draghen eene belle om... = Den openbaren ‘clinker’, uitklinker of omroeper rondzenden om... (1321.) - Ommegaende beteekent in de rondte, Rondom (eene stad b.v.). (1315.) - Kersvrauwe, ‘Kèersewijf’, of zij die in eene kerk kaarsen verkoopt. (1510.) - Kerkelic man, ‘Sterfvelicke laet’ of ‘Bedienelijk man’. (1544.) - Invallen, ook Vallen, spr. van een watergang, Zijnen val nemen. (1273 en 1329.) - Gangelyk gheld, Gangbaar geld. (1494.) - Insinuatie wijst op Aanmaning tot het volbrengen van... (1638, 1653, 1655.) - Ghewillichlick = Gewillig, eigenlijk Vrijwillig (uit eigen beweging). (1603.) - Fonteine: wat daardoor te Brugge verstaan werd. (1560.) - Entghevel, met betrekking tot de O.-L.-Vrouwkerk te Brugge.
| |
| |
(1517 en 1676.) - Leeren an: ‘Om de grote duecht die ic an sinen vader leerde’. (1348.) - Wies ziele moet met Gode syn komt overeen met Fr. Dont Dieu ait l'âme. (1348.)
- De Commissie stelt voor om beide lezingen in de Verslagen en Mededeelingen op te nemen. - Door de Academie in pleno vergaderd goedgekeurd.
c] Prijsvragen namens de Commissie voor te stellen. - De Commissie besluit geen nieuwe prijsvragen uit te schrijven.
2o) Bestendige Commissie voor Nieuwere Taalen Letterkunde. - De heer Omer Wattez, secretaris, legt het hieronder volgende verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden:
Zijn aanwezig de heeren Is. Teirlinck, voorzitter, Kan. Jac. Muyldermans, Gustaaf Segers, Dr. Hugo Verriest, Prof. Scharpé, Prof. A. Vermeylen, leden, Mr. Leonard Willems, hospiteerend lid, en Omer Wattez, lid-secretaris.
Aan de dagorde staat:
a] Voortzetting door Mr. Leonard Willems, van het onderzoek der brieven enz. door Prudens van Duyse nagelaten. - De heer Willems zegt dat hij zijn onderzoek niet heeft kunnen eindigen, en vraagt om het punt in eene volgende vergadering in zijn geheel te mogen behandelen.
Hij spreekt vervolgens over het Liedekens-boek van Nicolas Omazur, verschenen te Antwerpen in 1663. Het boek bevat liedekens over lente en liefde en is opgeluisterd met platen. De heer Willems heeft getracht op te klaren wie die Omazur is. Al wat hij weet, heeft hij gevonden bij Pater Toebast in zijne Mémoires. Omazur schijnt een Spanjaard te zijn, handelaar in zijde, te Antwerpen. In het testament van een der groote Spaansche schilders wordt die naam vermeld. Verder spreekt de heer Willems over Porquin, die een Italiaan was, Porchino, en dat testament spreekt hij over zeden en goede manieren, en het werd gebruikt als schoolwerk in de 17e eeuw.
b] Prijsvragen namens de Commissie voor te stellen. - Dit punt wordt besproken door den voorzitter, die mededeelt, dat de Academie thans niet over geld kan beschikken om bekroonde werken te laten drukken.
| |
| |
De heer Scharpé is van gevoelen, dat er voortdurend prijsvragen dienen uitgeschreven te worden. Hij stelt voor als onderwerp: ‘De schrijvers van West-Vlaanderen en Fransch-Vlaanderen gedurende de 19e eeuw.
De heer Muyldermans zegt, dat er eerst moet gezorgd worden om de thans bekroonde werken in 't licht te geven.
| |
Dagorde.
1o) Prijsvraag over de Zeevisscherij. - De drie verslaggevers zijn het eens om voor te stellen dat de prijsvraag tot het jaar 1923 zou aangehouden worden. - Verzonden naar de Commissie voor prijsvragen.
2o) Geheime vergadering. Verkiezing tot het Lidmaatschap der Academie. - Openstaande plaatsen. Worden door den heer waarnemenden bestuurder tot stemopnemers aangewezen de heeren Dr. Leo Goemans en Is. Teirlinck.
A. Openstaande plaats van briefwisselend lid, tot vervanging van Alf. de Cock: wordt verkozen de heer F. Toussaint van Boelare, letterkundige, te Brussel.
B. Eerste plaats van buitenlandsch eerelid, tot vervanging van Dr. Murray: wordt verkozen de heer Dr. Henry Bradley, hoofdredacteur van The Oxford English Dictionary, te Oxford.
C. Tweede plaats van buitenlandsch eerelid, tot vervanging van Staatsminister Dr. J. Abraham Kuyper: wordt verkozen de heer Dr. van Wyk, te Leiden.
- Deze verkiezingen zullen, ter bekrachtiging door den Koning, aan den Heer Minister van Wetenschappen en Kunsten voorgelegd worden.
3o) Lezing door den heer Mr. Leonard Willems: Over eenige Brugsche rederijkers, uit het begin der 16e eeuw. - De heer L. Willems houdt eene lezing over ‘een inventaris van de 15e-eeuwsche tooneelstukken’.
| |
| |
Bedoeld wordt de inventaris van spelen toebehoorende aan de Sinte-Katelijne Gilde van Gent, uitgegeven door den heer Nap. de Pauw in zijn Middelnederlandsche Gedichten en fragmenten.
Alhoewel deze inventaris uit het jaar 1532 dagteekent, meent de heer Willems te kunnen bewijzen dat wij hier met 15e-eeuwsche stukken te doen hebben. Over verschillende van deze stukken geeft spreker allerlei inlichtingen.
- De vergadering wordt de 3 1/2 uur gesloten.
|
|