| |
| |
| |
Vergadering van 15 Februari 1911.
Aanwezig de heeren: Is. Teirlinck, bestuurder; Dr. Jac. Muyldermans, onderbestuurder, en Prof. Dr. Willem de Vreese, waarnemende secretaris, ter vervanging en op verzoek van den heer Edw. Gailliard, bestendigen secretaris, welke door ongesteldheid verhinderd is de vergadering bij te wonen;
de heeren: Jhr. Mr. Nap de Pauw, Prof. Mr. Julius Obrie, Th. Coopman, Jan Bols, Karel de Flou, Jhr. Dr. Karel de Gheldere, Dr. L. Simons, Prof. Ad. de Ceuleneer, Gustaaf Segers, Jan Boucherij, Amaat Joos, Prof. Dr. Julius Mac Leod, Dr. Hugo Verriest, Prof. Dr. C. Lecoutere, Victor dela Montagne, Dr. Eug. van Oye en Frank Lateur, werkende leden;
de heeren Omer Wattez, Dr. Leo Goemans en Dr. Is. Bauwens, briefwisselende leden.
De heer waarnemende secretaris leest het verslag over de Januari-vergadering, dat wordt goedgekeurd.
***
Afsterven van den heer Jan Broeckaert, werkend lid. - Lijkplechtigheid. Brief van rouwbeklag. Levensbericht van den afgestorvene. - Bij telegram van 9 Februari, kreeg het Bestuur der Academie, vanwege den heer Advocaat Arnold Broeckaert, officiëel bericht van het afsterven, op genoemden dag, te Dendermonde, van zijn vader den heer Jan Broeckaert, werkend lid der Academie.
Tot teeken van rouw, liet de Bestendige Secretaris de nationale vlag aan het Academiegebouw halfstok hijschen.
Bij het openen der vergadering, zegt de Bestuurder: ‘Ik had gehoopt en gewenscht, dat dit jaar geen
| |
| |
rouwjaar zou geweest zijn. IJdele hoop en wensch! Nauw is het jaar begonnen, of wij betreuren den dood van een onzer oudste en werkzaamste leden, Jan Broeckaert’. Daarna brengt hij een warme en diepgevoelde hulde aan den trouwen vriend, den waarden man, den ijverigen werker, den geleerden schrijver. (Zie verder de lijkrede, op blz. 94.)
- De lijkplechtigheid te Dendermonde, op 13 Februari, werd bijgewoond door de heeren Is. Teirlinck, bestuurder, Jan Bols, Prof. Ad. de Ceuleneer, kanunniken Muyldermans en Joos en Victor de la Montagne.
Door den heer Bestuurder werd in het sterfhuis, namens de Academie, een lijkrede gehouden.
- Op voorstel van den heer Bestuurder, beslist de Vergadering, dat een brief van rouwbeklag aan Mevrouw Broeckaert zal gezonden worden.
Vervolgens stelt de heer Dr. Jac. Muyldermans, onderbestuurder, voor, de lijkrede door den heer Is. Teirlinck gehouden, in de Verslagen en Mededeelingen te laten opnemen. - (Goedgekeurd.)
Eerst na verkiezing van den opvolger van den afgestorvene, zal, met het oog op de toepassing van een bepaling uit het ontwerp van nieuw Reglement, betreffende het levensbericht van den heer Jan Broeckaert, een beslissing genomen worden.
Aangeboden boeken. - Vervolgens legt de Bestendige Secretaris de lijst over van de boeken aan de Academie aangeboden:
Door de Regeering:
Borman (C. de) et Bayot (A.). - Académie Royale de Belgique. Commission Royale d'Histoire. (Euvres de Jacques de Hemricourt, publiées par le Chevalier C. de Borman, avec la collaboration de A. Bayot. T. 1er. Le miroir des nobles de Hesbaye, Bruxelles, 1910.
Woordenboek der Nederlandsche taal. Derde deel, zestiende afl. (Vierde aflevering van het Tweede Stuk). Deren-Dier, bewerkt door Dr. J.A.N. Knuttel. 's Gravenhage en Leiden, 1911.
| |
| |
Tijdschriften. - Académie Royale de Belgique. Bulletin de la Classe des Lettres et des Sciences morales et politiques et de la Classe des Beaux-Arts, nos 11-12, 1910. - Id. Bulletin de la Commission Royale d'Histoire, no 4, 1910. - Bibliographie de Belgique, no 24, 1910. - Bulletin bibliographique et pédagogique du Musée belge, no 1, 1911. - Le Musée belge, no 1, 1911. - Revue Sociale Catholique, no 3, 1911. - Revue de l'Université de Bruxelles, no 4, 1911. - Wallonia, no 12. 1910. - Bulletin des Commissions Royales d'Art et d'Archéologie, nos 11-12, 1909. - Bulletin des Musées Royaux, no 12, 1910. - Bulletijn der Maatschappij van Geschied- en Oudheidkunde te Gent, nr 10, 1910. - Arbeidsblad, nr 23, 1910 en nr 1, 1911.
Door de Vrije Hoogeschool van Brussel:
Université libre de Bruxelles. Cercle des Etudiants progressistes flamands ‘Geen taal, geen vrijheid’. La Question de l'Université flamande exposée aux étudiants. Bruxelles, s.d. (1911.)
Door den Cercle des anciens normalistes de Bruxelles:
Manifestation du 16 Janvier 1910 en l'honneur de Mr. A. Sluys, directeur honoraire de l'école normale de Bruxelles. S.d.n.l. (Bruxelles, 1910.)
Door het Amsterdamsch Studenten-Corps:
Amsterdamsche Studenten-almanak voor het jaar 1911. 81ste jaarg.
Amsterdamsch Studenten-corps. Adreslijst voor 1911.
Door het Utrechtsch Studenten-Corps:
Utrechtsche Studenten-Almanak voor 1911. Uitgave vanwege het Utrechtsch Studenten-Corps. Utrecht.
Door het Groningsch Studentencorps ‘Vindicat Atque Polit’, te Groningen:
Groningsche Studentenalmanak voor 1911. 83ste jaarg. Uitgegeven door het Groningsch Studentencorps ‘Vindicat Atque Polit’. Groningen, 1911.
Door het Gemeentebestuur van Deventer, door bemiddeling van den heer Jan Boucherij, werkend lid der Academie:
De Cameraars-Rekeningen van Deventer, uitgegeven door Mr. J. Acquoy, Archivaris der Gemeente. Zevende deel. Tweede stuk. 1390-1391. (Niet in den handel.) Deventer, 1910.
Door de ‘Königlich Preussische Akademie der Wissenschaften’, te Berlijn:
Sitzungsberichte. 1910, XL-LIV.
Door de ‘Königlich Sächsische Gesellschaft der Wissenschaften’, te Leipzig:
Abhandlungen der philologisch-historischen Klasse der Königl. Sächsischen Gesellschaft der Wissenschaften. XXVIII. Bandes no III, und IV.
| |
| |
Berichte über die Verhandlungen der Königl. Sächsischen Gesellschaft der Wissenschaften zu Leipzig. Philologisch-historische Klasse. 62. Band, 1910, 6-9. Heft.
Door de Königlich Bayerische Akademie der Wissenschaften, te Munchen:
Sitzungsberichte. Philosophisch-philologische und historische Klasse. Jahrgang 1910, 3-7. Abhandlung.
Door de Kungl. Universitets Biblioteket, te Upsala:
Charpentier (Jarl). - Studien zur indischen Erzälungsliteratur, I. Paccekabuddhageschichten. Inauguraldissertation von Jarl Charpentier, Lic. Phil. Upsala, 1908.
Ekblom (R.). - Etude sur l'extinction des verbes au prétérit en -si et en -ui en français. Thèse pour le doctorat par R. Ekblom. Id.
Hildebrand (Sune). - Die Discourse der Mahlern (Zürich 1721-23) und der Mahler der Sitten (Zürich 1746) sprachlich verglichen. Ein Beitrag zur Geschichte der ndh. Schriftsprache in der Schweiz. Inaugural-Dissertation von Sune Hildebrand, Lic. Phil. Id., 1909.
Gabrielson (Arvid). - Rime as a criterion of the pronunciation of Spenser, Pope, Byron, and Swinburne. A contribution to the history of the present English stressed vowels. By Arvid Gabrielson, lic. phil. Id.
Levander (Lars). - Alvdalsmalet i Dalarna. Ordböjning ock syntax. Akademisk Avhandling av Lars Levander, fil. lic. Id.
Schück (Henrik). - Studier i Beowulfsagan. Inbjudningsskrift till ahörande af den offentliga föreläsning, med hvilken professorn i Romanska sprak Erik schöne Staaff, tillträder sitt ämbete, af Henrik Schück, kungl. universitetets i Upsala n.v. rektor. Id.
Swartling (Birger). - Georg Stiernhielm. Hans Lif och Verksamheit. Akademisk Afhandling af Birger Swartling, Filosofie Licentiat af Söderm-Nerikes nation. Id.
Wieselgren (Oscar). - Bidrag till kännedomen om 1600 talsdramat i Sverige. Akademisk Afhandlung af Oscar Wieselgren. Id.
Staël von Holstein (Lage F.W.). - Le Roman d'Athis et Prophilias. Etude littéraire sur les deux versions. Thèse pour le doctorat, par Lage F.W. Staël von Holstein, licencié ès Lettres. Id.
Collijn (Isac). - Universitati Lipsiensi saecularia quinta, diebus XXVIII-XXX mensis Julii A.D. MCMIX celebranti gratulantur Universitatis Upsaliensis Rector et Senatus, Insunt Isaci Collijni. I. Libri Thomae Werneri Lipsiensis quondam professoris, qui nunc Upsaliae in Bibliotheca Universitatis adservantur. II. Programma promotionis in facultate juridica studii Lipsiensis anno MDIX impressum. Id.
Sandström (Josef). - Studier över utvecklingen af fsv. ò ock ù, i starktonig ställning inom västgötadialekterna. Akademisk avhandling av Josef Sandström. Stockholm, 1910.
| |
| |
Johansson (K.F.). - Inbjuding till Filosofie Doktorspromotion, vid Upsala Universitet tisdagen den 31 Maj 1910, af promotor Karl Ferdinand Johansson, filosofie doktor, professor i Sanskrit, med jämförande indoeuropeisk sprakforskning. Bifogad skrift: Solfageln i Indien, en religionshistorisk-mytologisk studie. Upsala, 1910.
Westerblad (C.A.). - Baro et ses dérivés dans les langues romanes. Thèse pour le doctorat, par Carl August Westerblad, licencié ès lettres de l'Université d'Upsal. Id.
Swedenborg (Em.). - Emanuelis Swedenborgii Opera poetica. Id.
Door het Genootschap ‘Danmarks Folkeminder’, te Kopenhagen:
Danmarks Folkeminder, nr 5. - Feilberg (H.F.). Bjaergtagen. Studie over en gruppe traek fra Nordisk alfetro af H.F. Feilberg. Kobenhavn, 1910.
Id., nr 6. Thuren (Hjalmar). - Fra Dansk Folkemindesamling. III: Meddelelser og Optegnelser ved Hjalmar Thuren, sekretaer i ‘Danmarks Folkeminder’. Id.
Door de Reale Accademia dei Lincei, te Rome:
Rendiconti. Classe di Scienze morali, storiche e filologiche. Serie Quinta. Vol. XIX, fasc. 7o-10o.
Door de Reale Accademia delle Scienze dell' Istituto di Bologna:
Memorie. Classe di Scienze morali. Serie I. Tomo IV, 1909-10. Sezione di Scienze Giuridiche. Fascicolo unico.
Id. Sezione di Scienze Storico-Filologiche. Fascicolo unico.
Id. Supplemento. Adunanza plenaria e pubblica 22 Giugno 1910.
Rendiconto delle sessioni. Classe di Scienze Morali. Serie prima. Vol. III (1909-10).
Door de Académie Impériale des Sciences de St.-Pétersbourg:
Bulletin, no 1, 1911.
Door den heer Jan Boucherij, werkend lid, te Antwerpen:
Boucherij (Jan). - Fiksken en Koko. Zedenschets door Jan Boucherij. Antwerpen, Gent. 1910.
Boucherij (Jan). - Een Man van karakter. Desideer Claes, door Jan Boucherij. Antwerpen, 1911.
De nrs 131-134 (7-10 van den 12 jaargang 1910) van Verhandelingen van de Algemeene Katholieke Vlaamsche Hoogeschooluitbreiding:
Nr 131. Prims (E.H. Floris), Licentiaat in Zedelijke en Historische Wetenschappen, Leeraar aan 't St. Stanislas' College te Berchem. - De Grootstad en hare Sociale Beteekenis.
Nr 132. Laenen (Kanunnik Jos.), Doctor in Wijsbegeerte en Letteren, Lid der Koninklijke Academie van Oudheidkunde van België, Archivaris van het Aartsbisdom. - De Theosophie.
Nr 133. Daeleman (L.), Doctor in Wijsbegeerte en Letteren. - Een kijkje in de Vergelijkende Godsdienstwetenschap.
| |
| |
Nr 134. Verriest (Dr. G.), Hoogleeraar in de Geneeskunde, te Leuven. - De gezonde mensch.
Door den heer P.J. Blok, buitenlandsch eerelid, te Leiden:
Blok (P.J.). - De Leidsche Hoogeschool honderd jaren geleden. Rede uitgesproken op den 336sten verjaardag der Leidsche Hoogeschool. 8 Februari 1911, door den Rector-Magnificus P.J. Blok. Leiden, 1911.
Door Z. Em. den Kardinaal-Aartsbisschop van Mechelen:
La vie diocésaine. Bulletin du diocèse de Malines. Nr 1, 1911.
Door den eerw. heer kanunnik Dr. Ch. Caeymaex, leeraar aan het Groot Seminarie, te Mechelen:
Caeymaex (Kan. Dr. Ch.). - Nederlandsche Sermonen, door Kan. Dr. Ch. Caeymaex. Lijst van in het Nederlandsch gedrukte Sermonen sedert het jaar 1500. (Overdruk uit De Vlaamsche Kunstbode.) Antwerpen, 1910.
Caeymaex (Kan. Dr. Ch.). - Maria-prediking in de Nederlanden. Z. pl. of j.
Door den heer Frans de Potter, hulparchivaris aan het Staatsarchief, te Gent:
Een groot aantal catalogussen van boekverkoopingen, openbare en bijzondere bibliotheken; handelende over Geschiedenis, Godgeleerdheid, Geslacht- en Wapenkunde, Schoone Kunsten, vreemde talen, zeldzame boeken enz., enz. - Verder een bundel met omslag die tot opschrift draagt: Orthographe des Noms des Communes. Travaux de la Commission, 1886-1894.
Door den heer J. Salsmans, S.J., te Leuven:
Vondel (Joost van den). - Lucifer. Met inleiding en aanteekeningen. Gent, Leuven, Amsterdam, z.j. (1910).
Door den heer Maurits van Poeck, onderwijzer te Sint-Amandsberg:
Poeck (Maurits van). - Geschiedenis en beschrijving van St.-Amandsberg, door Maurits van Poeck, onderwijzer. St.-Amandsberg, z.j. (1910.)
Door de heeren L. Hebbelynck, te Merelbeke, en Jules Kleyntjens, te Leuven:
Kuyper (Dr. A.). - Autour de l'Ancienne Mer du Monde. Traduit du néerlandais. Par Léon Hebbelynck et Jules Kleyntjens. II. Bruxelles, 1911.
Door Sir Edwin Durning-Lawrence, Bt., te Londen:
Durning-Lawrence (Sir Edwin) Bt. - Bacon is Shake-Speare, by Sir Edwin Durning-Lawrence, Bt. Together with a Reprint of Bacon's Promus of Formularies and Elegancies. Collated, with the Original MS. by the late F.B. Bickley. and revised by F.A. Herbert, of the British Museum, London, 1910.
| |
| |
Door de Redactie:
Museum, nrs 4, 5, 1911. - Het Boek, nr 11, 1910 en nr 1, 1911. - Tijdschrift der Gemeentebesturen, nr 1, 1911. - Onthouding, nr 4, 1910. Onthoudersblad, nr 1, 1911.
Ingekomen boeken. - Voor de Boekerij der Academie zijn ingekomen:
Linnig (Benjamin). - Bibliothèque internationale des Ex-libris. Bibliothèques et Ex-libris d'amateurs belges aux XVIIe, XVIIIe et XIXe siècles. Ouvrage orné de 77 illustrations dans le texte, de 3 réimpressions sur les cuivres originaux et de la reproduction en couleurs du plus vieil ex-libris flamand connu. Paris, 1906.
De Gids, Februari 1911.
Sint-Lucas, nrs 6-7, 1911.
Ruildienst. - Tegen ruiling van de Verslagen en Mededeelingen heeft de Bestendige Secretaris voor de Boekerij der Academie de laatst verschenen afleveringen van de gewone tijdschriften ontvangen:
Vlaamsche Arbeid, nr 1, 1910-11. - Biekorf, nrs 1-3, 1911. - Bijdragen tot de Geschiedenis, bijzonderlijk van het aloude Hertogdom Brabant, Januari 1911. - St. Cassianusblad, nr 3, 1911. - De Katholiek, Februari-Maart. 1911. - Onze Kunst, nr 2, 1911. - De Vlaamsche Kunstbode, nr 10, 1910. - Het Katholiek Onderwijs, nr 4, 1911. - De Opvoeder, nrs 3-5, 1911. - De Opvoeding, nr 2, 1911. - Christene School, nr 7, 1911 - De Schoolgids, nrs 2-6, 1911. - Studiën, nr 5, 1910, nr 1, 1911. - Tijdschrift voor boek- en bibliotheekwezen, nr 6, 1910. - Dietsche Warande en Belfort, nr 1, 1911.
Ingekomen brieven. - De waarnemende Secretaris stelt de Vergadering in kennis met de hieronder volgende ingekomen brieven:
1o) Verkiezing van den heer Dr. Eugeen van Oye tot werkend lid. - Goedkeuring. - Brief van 4 Februari, waarbij de Weled. Heer Minister van Wetenschappen en Kunsten, voor het Archief der Academie een afschrift stuurt van het Koninklijk Besluit van 31 December 1910, houdende goedkeuring van de verkiezing van den heer Dr. Eugeen van Oye tot werkend lid, tot vervanging van Mr. Edw. Coremans zaliger.
| |
| |
2o) Verkiezing van den heer Frank Lateur tot werkend lid. - Goedkeuring. - Brief van 14 Februari, waarbij de Weled. Heer Minister van Wetenschappen en Kunsten, voor het Archief der Academie een afschrift stuurt van het Koninklijk Besluit van 6 Februari 1911, houdende goedkeuring van de verkiezing van den heer Frank Lateur tot werkend lid, tot vervanging van Dr. Hendrik Claeys zaliger.
| |
Mededeeling door den Secretaris.
December-verslag. - De waarnemende Secretaris vestigt er de aandacht op, dat de laatste aflevering der Verslagen over 1910, die zoo pas is rondgedeeld, voorzien is van een register, dat nog uitvoeriger is, en nóg beter ingericht, dan al de voorgaande. ‘Onze Bestendige Secretaris’ zegt de Heer De Vreese, ‘is een meester in het maken van Registers, dat is welbekend, maar dit maal heeft hij zich zelven overtroffen. Zoo zijn thans, b.v., alle lezingen in het Register ontleed, zoodat men reeds dááruit den gang van het betoog kan volgen en bepaalde punten zelfs in omvangrijke stukken, gemakkelijk kan terugvinden. Een woord van dank en hulde aan den heer Edw. Gailliard, voor zooveel zorg en toewijding, is dus zeker niet misplaatst. (Instemming.)
| |
Mededeelingen namens Commissiën.
1o) Bestendige Commissie voor Middelnedelandsche Taal- en Letterkunde. - De heer K. de Flou, secretaris, legt het hieronder volgende verslag ter tafel, over de morgenvergadering door de Commissie gehouden:
Waren aanwezig de heeren: Jhr. Mr. Nap. de Pauw, ondervoorzitter; Jhr. Dr. K. de Gheldere, Prof. Dr. Willem de Vreese, Th. Coopman, Amaat Joos, Prof. Dr. C. Lecoutere, Is. Teirlinck, leden, en de Secretaris.
| |
| |
Jhr. Mr. Nap. de Pauw heeft een korte mededeeling gedaan naar aanleiding van een plaats uit de overeenkomst, die in 1376 werd aangegaan, door schepenen van Gent, met twee timmerlieden, om ‘eene cappe te makene... met tween ghebinden, elc met tween corbeelen ghebonden, ende daerup eenen solre gherept voest naer’ enz. De spreker geeft nl. de verklaring van de uitdrukking voest naer en vingers naer.
Namens den heer Gailliard, die verhinderd is de vergadering bij te wonen, leest de heer De Vreese een zestal kleine verscheidenheden over Stekker, 't Bankje, in 't hoekje geraken, Burger van de stad, Vaartje knap, Lichtbakker. De Commissie verzoekt, dat de lezingen van de heeren De Pauw en Gailliard in de Verslagen en Mededeelingen zouden worden opgenomen. - (Daartoe wordt besloten.)
2o) Bestendige Commissie voor Nieuwere Taalen Letterkunde. - De heer Is. Teirlinck, waarnemende Secretaris, legt het hieronder volgende verslag ter tafel, over de morgenvergadering door de Commissie gehouden:
Aanwezig de heeren: Dr. Muyldermans, voorzitter; Prof. Mac Leod, ondervoorzitter, Prof. W. de Vreese, Mr. Obrie, leden en Is. Teirlinck, waarnemende secretaris.
De heer Mac Leod leest zijn verslag voor over de verhandeling van den heer Vincent Bielen: Wetgeving Bieren en Azijnen. Er wordt besloten het hs. aan den heer Bielen terug te zenden, omdat de uitgave daarvan niet op den weg der Academie ligt: dát moet het werk van het Staatsbestuur zijn.
Vervolgens belooft de heer Dr. Simons in de eerstvolgende zitting een lezing over Camera Obscura te houden.
| |
Letterkundige Mededeelingen.
1o) Door den heer Dr. Jac. Muyldermans:
In den naam van den eerw. Pater Salsmans S.J., heb ik de eer een exemplaar zijner volksuitgave van Vondel's Lucifer aan de Academie aan te bieden. Eene volksuitgave, want ja, dit kleine, sierlijk en wel verzorgd boekje zal bijdragen om den grooten dichter meer en meer door ons volk te doen kennen, waardeeren en liefhebben. Lofweerdige taak vanwege
| |
| |
den geachten vriend! Zijn wensch zij de onze: ‘Moge onze Dichtervorst steeds meer in Noord- en Zuid-Nederland de verschuldigde eer genieten, die hem reeds wijd en zijd toegebracht wordt: niet slechts in Amerika door de voortreffelijke vertaling van den Lucifer door Van Noppen, doch ook in Japan door Prof. Kurino, die sommige van Vondels werken vertaald heeft, en in een voordracht te Tokio, sprekende van den Lucifer, zegde: Laat ons eerbiedig het hoofd buigen ter eere van den man, wiens genie het prachtigste treurspel heeft voortgebracht, dat ooit uit de pen eens dichters vloeide’. - Aan P. Salsmans zij dank!
Dr. J. Muyldermans.
2o) Door Prof. Dr. C. Lecoutere:
Ik heb de eer aan de Koninklijke Vlaamsche Academie, in den naam van den zeer eerwaarden heer kanunnik Dr. Ch. Caeymaex, professor aan het groot seminarie te Mechelen, een overdruk aan te bieden van twee door hem onlangs geschreven artikelen nl.: 1o) Nederlandsche sermonen. Lijst van in het Nederlandsch gedrukte sermonen sedert het jaar 1500 (Antwerpen, 1910) en 2o) Maria-prediking in de Nederlanden (overdruk uit het ‘Maria-Congres’, Averbode, 1910).
Het is aan mijn geachte Medeleden bekend, dat sedert een aantal jaren, de heer Caeymaex zich toelegt op de studie van een hoofdstuk uit de geschiedenis onzer letterkunde, waaraan tot nog toe zeer weinig aandacht gewijd werd, te weten, de geschiedenis der Katholieke kanselwelsprekendheid. In 1901 verschenen zijne Katholieke kanselredenaars der Nederlanden (Roeselare, J. De Meester), weldra gevolgd door een reeks studiën over hetzelfde onderwerp, hetzij in den Vlaamsche(n) Kunstbode, hetzij in andere tijdschriften. Allengs verzamelt aldus de onvermoeide navorscher een menigte bouwstoffen, welke dankbaar zullen gebruikt worden door hem, die bedoeld hoofdstuk zou willen schrijven en daardoor de leemte aanvullen, die in alle bestaande geschiedenissen der Nederlandsche letterkunde, ook in de jongste en uitvoerigste, nog blijft gapen. De twee bovenvermelde opstellen zijn alweer - vooral het eene - eene welkome bijdrage tot vermeerdering van onze kennis op dat gebied, en derhalve schijnt het niet ongepast de
| |
| |
aandacht er op te vestigen niet alleen van de leden dezer Academie, maar van al degenen, die belang stellen in de lotgevallen der Nederlandsche letteren.
C. Lecoutere.
| |
Voorstel.
Ter aandenken aan Jan-Theodoor van Rijswijck en aan Mevrouw Courtmans-Berchmans. - Den 8 Juli 1811 werd Jan-Theodoor van Rijswijck te Antwerpen geboren, en den 6 September van hetzelfde jaar, Mevrouw Courtmans-Berchmans, te Adegem.
De heer Gustaaf Segers stelt voor in de Juli- en in de September-vergadering aan beide gevierde dichters door het houden van een voordracht te herdenken.
De Academie neemt dat voorstel aan.
| |
Dagorde.
1o) Boekerij der Academie. - Jaarlijksch verslag door den Bestendigen Secretaris, ingevolge art. 16 van het Reglement van inwendige orde voor de Secretarie. - Namens den Bestendigen Secretaris geeft de waarnemende Secretaris lezing van diens verslag over den toestand van de Boekerij der Academie gedurende het afgeloopen dienstjaar 1910. - De Vergadering beslist, dat dit verslag in de Verslagen en Mededeelingen zal opgenomen worden. (Zie beneden blzz. 87-88.)
2o) Begrooting der Academie voor het jaar 1912. - De waarnemende Secretaris legt de Begrooting ter tafel door den Bestendigen Secretaris voor het dienstjaar 1912 opgemaakt en welke door de Commissie voor Rekendienst, in hare vergadering van 6 Februari, werd goedgekeurd. - De waarnemende Secretaris geeft aan de Vergadering lezing van het stuk, dat ter inzage op het bureel wordt gelegd. - Na kennisneming keurt de Vergadering de voorgestelde Begrooting goed: deze zal, door het Bestuur, aan den Weledelen heer Minister
| |
| |
van Wetenschappen en Kunsten, ter bepaalde goedkeuring worden voorgelegd.
3o) Wedstrijden voor 1911. - Wedstrijd waarvoor bepaald was, dat de antwoorden vóór 1n Februari dienden ingezonden te worden. - Ingekomen prijsantwoorden. Samenstelling van den keurraad.
| |
Vak- en Kunstwoorden.
Eene volledige lijst van de Nederlandsche vakwoorden van de Brouwerij, met vermelding, zooveel mogelijk, van de gewestwoorden en van de Fransche, Hoogduitsche en Engelsche benamingen. Tot opheldering wordt de afbeelding van de werktuigen verlangd.
Voor de gewestwoorden wordt aanwijzing der streek vereischt.
Prijs: 600 fr. of een gouden gedenkpenning van gelijke waarde.
Steller van de vraag: de heer Th. Coopman.
Vijf antwoorden, met de hieronder volgende kenspreuken, zijn ingekomen:
a] | De mensch streeft naar volmaaktheid maar bereikt ze nooit; |
b] | Geschiedenis der Brouwerij; |
c] | Klaar bier, klare zinnen; |
d] | Uit houwe trouwe wordt Moereland herboren; |
e] | Rust roest. |
Tot beoordeelaars worden benoemd: de heer Jozef Verstraeten, brouwer, burgemeester te Sinaai; Dr. A.-J.-J. Vandevelde, bestuurder van het Stadslaboratorium; Prof. Dr. J. Mac Leod, werkend lid, en Dr. Leo Goemans, briefwisselend lid.
4o) Commissie tot voorstelling van candidaten voor het Lidmaatschap der Academie. - Benoeming eener Commissie van drie Leden, die te zamen met het bestuur het noodig getal candidaten zal voorstellen. - Worden benoemd; de heeren Prof. Dr. Willem de Vreese, Prof. Dr. J. Mac Leod en de heer Jan Boucherij.
| |
| |
5o) Bestendige Commissie voor Nieuwere Taalen Letterkunde. - Verslag over de Fondsen, waarvan het beheer door de Commissie wordt waargenomen. Dienstjaar 1910. - Namens de Commissie doet de heer Th. Coopman, secretaris, verslag over de werkzaamheid betreffende het Vande Ven-Heremans-Fonds en het Karel Boury-Fonds en dezer geldelijken toestand gedurende het dienstjaar 1910. (Zie beneden, blzz. 89-91.) - Ingevolge bepaling van de Koninklijke Besluiten houdende goedkeuring dier Fondsen, zal een afschrift van het Verslag aan den Weled. Heer Minister van Wetenschappen en Kunsten worden overgemaakt.
6o) Commissie van beheer voor het Salsmans-Fonds. Verslag over het Dienstjaar 1910. - Namens de Commissie doet de Bestendige Secretaris verslag over de werkzaamheid van dit Fonds en dezes geldelijken toestand gedurende het dienstjaar 1910. (Zie beneblzz. 92-93.) - Ingevolge art. 5 van het Koninklijk Besluit van 25 Januari 1909, houdende goedkeuring van dit Fonds, zal een afschrift van het Verslag aan den Weled. Heer Minister van Wetenschappen en Kunsten worden overgemaakt.
7o) Lezing door den heer Omer Wattez: De Germanen. Hun oorsprong en optreden in de geschiedenis. - De heer Wattez spreekt over de volksverhuizing, welke uit het Aziatische hooggebergte naar Europa heeft plaats gehad, en over den oorsprong der Europeesche talen, door de wetenschap tot een stamtaal gevoerd.
Doch andere wetenschappen zijn het Indo-Germaansche vraagstuk komen toelichten, nl. de geschiedenis, de archaeologie en de folklore.
Uit die vereenigde bronnen kunnen wij ons nu een klaarder begrip vormen over dit zoo lang oppervlakkig behandelde vraagstuk van den oorsprong en de verbreiding der Germaansche rassen in Europa.
| |
| |
Spreker haalt de getuigenissen aan uit geschiedwerken van Grieken, Romeinen en middeleeuwsche schrijvers over de verschillende Germaansche stammen. Hij deelt mede wat Strabo, Herodotus, Hesiodes, Caesar, Tacitus, enz. over de Germanen dachten. Uit de laatst verschenen werken in Duitschland, Frankrijk en bij ons, bestudeerde hij de Germaansche beschaving van haren oorsprong tot aan de groote volkstrekken naar het Zuiden. Wij volgen de Goten, de Franken, de Noren, de Angel-Sassen op hunne tochten door Europa, en zien ze niet slaafs de beschaving van 't Zuiden overnemen maar zich, gelijk Grieken en Romeinen zelven deden, eene eigene beschaving opbouwen.
De heer Wattez toont door voorbeelden stamtrots bij die heldhaftige krijgers en weerlegt de beweringen van zuidelijke schrijvers, die de geschiedenis altijd op hunne manier hebben geschreven, om zich de meerderen in beschaving te toonen van degenen, die altijd met minachting als ‘Barbaren van 't Noorden’ werden bejegend.
Tal van Fransche schrijvers worden aangehaald die het Germaansche vraagstuk behandelden: Michelet, Petit de Julleville, Rambaud, Lefèvre, Victor Henry, enz.; hunne stellingen over Germaansche kultuur worden onderzocht en met aangehaalde feiten en getuigenissen uit de Germaansche algemeene geschiedenis weerlegd.
Spreker zegt dat hij zijne studie geschreven heeft om de Vlamingen, een klaarder begrip te geven van hetgeen onze Germaansche voorvaderen waren en zóó het stambewustzijn wakker te maken, dat door verkeerde opvoeding werd gedoofd.
- Op voorstel van den heer Bestuurder, beslist de Vergadering dat de lezing van den heer Wattez in de Verslagen en Mededeelingen zal opgenomen worden.
De vergadering wordt te 4 uur gesloten.
|
|