| |
| |
| |
Vergadering van 21 December 1910.
Aanwezig de heeren: Prof. Ad. de Ceuleneer, bestuurder, Is. Teirlinck, onderbestuurder, en Edw. Gailliard, bestendige secretaris;
de heeren Prof. Mr. Julius Obrie, Jan Bols, Karel de Flou, Jhr. Dr. Karel de Gheldere, Dr. L. Simons, Gustaaf Segers, Prof. Dr. Willem de Vreese, Dr. Jac. Muyldermans, Jan Boucherij, Amaat Joos, Prof. Dr. C. Lecoutere en Victor dela Montagne, werkende leden;
de heeren Dr. Eug. van Oye, R. vanden Berghe en Dr. Is. Bauwens, briefwisselende leden.
De heeren Jhr. Mr. Nap. de Pauw, Th. Coopman en Jan Broeckaert, werkende leden, alsook de heer Dr. Goemans, briefwisselend lid, hebben laten weten, dat zij verhinderd zijn de vergadering bij te wonen.
De Bestendige Secretaris leest het verslag over de November-vergadering, dat wordt goedgekeurd.
***
Afsterven van den Z.E. heer Kanunnik Dr. Hendrik Claeys, werkend lid. - Lijkplechtigheid. Brief van rouwbeklag. Levensbericht van den Afgestorvene. - Bij brieve van den eerw. heer P.-J. Claeys, pastoor van Elseghem, kreeg het Bestuur der Academie officieel bericht van het afsterven te Gent, op 17 November, van zijnen broeder, den Z.E. heer Kanunnik Dr. H. Claeys, werkend lid der Academie.
Tot teeken van rouw, liet de Bestendige Secretaris de nationale vlag aan het Academiegebouw halfstok hijschen.
| |
| |
Bij het openen der vergadering brengt de heer Bestuurder met weemoed hulde aan den hooggewaardeerden afgestorvene, aan den gevierden dichter en aan den zoo gunstig bekenden kanselredenaar. Dr. Claeys was oud-bestuurder en een der werkzaamste Leden onzer Koninklijke Instelling. 's Mans naam zal in geëerd aandenken blijven voor de talrijke diensten door hem aan de Academie bewezen:
Mijne Heeren,
Het graf van Edward Coremans was nauwelijks gesloten, als een nieuw pijnlijk verlies de Academie kwam treffen. Pastoor Dr. H. Claeys stierf te Gent, na eene langdurige ziekte, den 17den November. Gij weet allen hoe innig de betreurde afgestorvene aan onze Instelling gehecht was. Een der achttien leden door de Regeering benoemd bij de inrichting der Academie, werd hij tot bestuurder verkozen in 1894. Voorwaar hij mocht een der bekwaamste en ijverigste onzer Leden heeten. Door eene beroerte getroffen kon hij onze vergaderingen sedert meer dan twee jaar niet meer bijwonen; maar zelfs op zijn ziekbed vergat hij de Academie nooit. Zijn naam zal bij ons in geëerd aandenken blijven!
- Op voorstel van den heer Bestuurder, beslist de Vergadering, dat een brief van rouwbeklag aan de familie van den heer Claeys zal worden gezonden. Verder stelt de heer Teirlinck, ondervoorzitter, voor, dat de lijkrede door den heer Prof. de Ceuleneer in het sterfhuis uitgesproken, in de Verslagen en Mededeelingen zal opgenomen worden.
Eerst na verkiezing van den opvolger van den afgestorvene, zal er, met het oog op eene bepaling uit het ontwerp van nieuw Reglement, betreffende het levensbericht van Dr. Claeys, eene beslissing genomen worden.
- De lijkplechtigheid werd bijgewoond door de heeren Prof. Ad. de Ceuleneer, bestuurder, Edw. Gailliard, bestendigen secretaris, Jhr. Mr. Nap. de
| |
| |
Pauw, Jhr. Dr. Karel de Gheldere, Prof. Dr. Willem de Vreese, Amaat Joos, werkende leden, en Dr. Eug. van Oye, briefwisselend lid. - Op het hoog koor in de hoofdkerk van Sint-Baafs, waren voor de heeren Leden der Academie bijzondere plaatsen voorbehouden.
Aangeboden boeken. - Vervolgens legt de Bestendige Secretaris de lijst over van de boeken aan de Academie aangeboden:
Door de Regeering:
Ministère de la Guerre. Institut cartographique. Carte de la Belgique à l'échelle du 100.000e. Les feuilles IV, V, VI, X, XI et XII.
Bernays (Ed.) et Vannérus (J.). - Académie Royale de Belgique. Classe des Lettres et des Sciences morales et politiques et Classe des Beaux-Arts. Mémoires, collection in-4o. Deuxième série, tome V. Histoire numismatique du Comté puis Duché de Luxembourg et de ses fiefs. Abbaye d'Echternach. - Comté de Chiny. - Seigneuries de Moiry, de Schönecken et de Saint-Vith. - Comté de Salme en Ardenne. - Seigneurie d'Orchimont. - Terre franche de Cugnon. - Par Edouard Bernays et Jules Vannérus. Bruxelles, 1910.
Verhaegen (Paul). - Académie Royale de Belgique. Classe des Lettres et des Sciences morales et politiques et Classe des Beaux-Arts. Mémoires, collection in-8o. Deuxième série, t. VII, fasc. III. Verhaegen (Paul). - Le baron d'Hartemberg promoteur de l'Union hollando-belge (1766-1846) (231 pages). Bruxelles, 1910.
Tables générales du Recueil des Bulletins de l'Académie Royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique. 3me série, tomes XXXI à XXXVI (1896 à 1898). Bruxelles, 1910.
Bricteux (Aug.). - Bibliothèque de la Faculté de Philosophie et Lettres de l'Université de Liège. Fascicule XIX. Contes persans. Traduit pour la première fois sur un manuscrit inédit de la Bibliothèque de Berlin, par Aug. Bricteux, Docteur en Philosophie et Lettres, chargé de cours à l'Université de Liège, avec Préface de Victor Chauvin, Professeur à l'Université de Liège. Liège-Paris, 1910.
Francotte (H.). - Bibliothèque de la Faculté de Philosophie et Lettres de l'Université de Liège. Série grand in-8o (Jésus). Fascicule IV. Mélanges de droit public grec, par Henri Francotte, Professeur à l'Université de Liège. Liège-Paris, 1910.
Massart (Jean). - Recueil de l'Institut Botanique Léo Errera (Université de Bruxelles), publié par Jean Massart. Tome supplémentaire VIIbis avec une Annexe au Tome supplémentaire VIIbis, contenant
| |
| |
deux cent seize phototypies simples, deux cent quarante-six phototypies stéréoscopiques, neuf cartes et deux diagrammes. Bruxelles, 1910 (2 vol.).
Tijdschriften. - Bulletin de la Classe des Lettres et des Sciences morales et politiques et de la Classe des Beaux-Arts, nos 9-10, 1910. - Bibliographie de Belgique, 1910. Première partie: Livres, nos 19-22; Deuxième partie: Publications périodiques, nos 19-22; Bulletin mensuel des sommaires des périodiques, nos 7-9. - Bulletin bibliographique et pédagogique du Musée belge, no 10, 1910. - Revue Sociale Catholique, nos 1-2, 1910. - Revue Néo-Scolastique de Philosophie, Novembre 1910. - Sommaire Idéologique des ouvrages et des revues de philosophie, Novembre 1910. - Revue de l'Université de Bruxelles, nos 2-3, 1910. - Bulletin des Musées Royaux, nos 10, 1910. - Bulletijn der Maatschappij van Geschied- en Oudheidkunde te Gent, nrs 8 en 9, 1910. - Arbeidsblad, nrs 19-21, 1910. - Maandschrift van het Beheer van Landbouw, nr 10, 1910.
Door het Leesgezelschap van Hasselt:
Limburgsche Bijdragen uitgegeven door het Leesgezelschap van Hasselt. Zevende bundel. Hasselt, 1909.
Door het Kongelige Danske Videnskabernes Selskab, te Kopenhagen:
Oversigt over det Kongelige Danske Videnskabernes Selskabs Forhandlinger. Nos 4 en 5, 1910.
Door de Académie Impériale des Sciences de St.-Pétersbourg:
Bulletin, nos 15-17, 1910.
Door de Reale Accademia dei Lincei, te Rome:
Rendiconti della Reale Accademia dei Lincei. Classe di Scienze Morali, Storiche e Filologiche. Serie Quinta, vol. XIX, fasc. 50-60. Roma, 1910.
Door den heer Edw. Gailliard, bestendigen secretaris, te Gent:
Les Congrès à l'Exposition de Bruxelles. Album édité sous le patronage du Groupe des Congrès et des Conférences. S.l.n.d. (Forest-Bruxelles, 1910).
Door den heer Dr. Jac. Muyldermans. werkend lid, te Mechelen:
Muyldermans (J.). - Recht en Reden. Toelichting bij mijn ‘Eenige Beschouwingen over de Uitspraak onzer Taal’ door Dr. Jac. Muyldermans, werkend lid der Academie. Gent, 1910. (Overdruk uit de Verslagen en Mededeelingen der Koninklijke Vlaamsche Acad., 1910.)
Kleine Kartabel of Beknopte Kerkelijke Dagwijzer van het Bisdom Mechelen voor het jaar Onzes Heeren 1911. 24e jaargang. Mechelen.
Door den heer Jan Boucherij, werkend lid, te Antwerpen (vanwege den heer Edw. Knops, te Borgerhout):
| |
| |
Kort Verhael van alle de Nederlandsche en Fransche revolusens, Dis geschiet zijn in onse tijden, beginnende van het jaer 1787 tot 1801. (De goedkeuring draagt de dagteekening: Bruxelles, le 15 Vendemiaire an 10.)
M.V.R. Het Stadsgewoel of de verloste veldeling. Gent, 1825.
Beschrijving Wegens de bezonderste Omstandigheden, Op het 350 Jaerig Jubile, van het Mirakeleus Beéld van de Allerheyligste Maegd en Moeder Gods Maria, binnen Onze-Lieve-Vrouwe Kerk tot Antwerpen, op 15 Augustus 1828. Antwerpen, z.j.
Belgische Constitutie, aengenomen door het Nationael Congres, in werking gesteld en met eed bevestigd in de zitting van 25 Februari 1831. door den verkozen regent Surlet de Chokier, en bezworen den 21 Julius daerna door Zijne Majesteit den Koning Leopold I. Tweeden druk, Vermeerdert met de Besluyten van 18 en 24 November 1830, betrekkelijk de nationale Onafhankelijkheid van Belgien en de Uytsluyting der Bloedverwanten van Nassau in de zelve Zitting verklaerd deelmaekende van de Constitutie. Antwerpen, z.j.
Verwoesting van Calloo. Antwerpen, 1 September 1831.
Aen de Belgen. Iets over de tegenwoordige Staetkundige Omstandigheden. April 1841. Z. pl. of j.
De eerste onbloedige offerhande (sic), door den eerweêrden heer Joannes Josephus Ferdinandus van Pruyssen, aen den hemelschen Vader opgedraegen, in de succursaele Kerk van den H. Carolus Borromaeus, te Antwerpen, Z. j.
Leeliendael (J. van). - De prophetie oft Beschrijving op den tegenwoordigen en toekomenden tijd door Joannes van Leeliendael, Priester in zijn tijd, en Provisoor tot Uytrecht in d'Ordere van S. Augustinus. Volgens syn eygen Origineéle Schriften en waervan 'er maer 6 in Druk geweést zyn. Zesden Druk. t'Antwerpen, z.j.
Zaek van Risquons tout, Akt van beschuldiging, Dood vonnis en Nieuw liedeken.
Officieele beschrijving Van de Tiranni en Moordery van de barbaersche hollaudsche (sic) troepen in Brussel enz.
Beschrijving van het wonderbaer tonneel, Voórgevallen op het dorp in de Borgt onder Grimbergen bij Vilvoorden tusschen den 4 en 5 Juny 1839, 's nagts om 12 ueren, (met Liedeken).
Brief van M.L.F. van den Poel, missionaris in Noórd-Amerika, Sandwich, den 15 Juny 1834. - Het blad behelst verder nog verschillende nieuwstijdingen en twee liederen.
Een ver zekere (sic) waerheid (met Beschrijving en Lied).
Door den heer V. de la Montagne, werkend lid, te Antwerpen:
Evangelien ende Epistolen, alsoomen die door 'tgheele Jaer op alle Sondaghen ende Heylige dagen inder H. Roomscher Kercke onderhoudt, ghenomen uyt het ghereformeert Roomsche Missael des H. Concilium
| |
| |
van Trenten. T'Hanwerpen, By Hieronymus Verdussen, inde Cammerstrate, inden Rooden Leeu. Anno 1619.
Ribera (F. van). - Het Leven der H. Moeder Terese van Jesus, Fundaterse van de barvoetsche Carmeliten ende Carmeliterssen. Door P. Francois van Ribera vande Societeyt Jesu. Het eerste deel, t'Handtwerpen. By Joach. Trognesius. M. DC. XX.
Born (W.). - Historie van de weerdige moeder Anna, Beschryvende haer leven ende dood met eenige groote weldaden, aen haere Dienaers bewesen. Overgeset uyt het Latyn in onse Nederlandsche Taele, door Walterus Born, Carthuyser tot Moninckhuysen. t'Antwerpen, By Franciscus Ignatius Vinck, Boek drukker en Boekverkooper, woonende in het Klapdorp in de vyf Ringen. Z.j. (De Approbatie draagt het jaartal 1621.)
Santvoort (H.G. van). - Den kortsten wech tot de hoochste Volmaecktheyt. Met alderley schoone, hooghe ende Gheestelijcke leeringhen beset, om naer de selve Godtvruchtichlijck te trachten: Ghemaeckt door eene devote, ende verlichte Maghet van Milanen. Door H.G. van Santvoort, P.O. T'antwerpen, By Gregorius Fabri, inde Kammerstraet inde Raep. 1631.
Smidt (Fr. de). - Godt-vruchtighe Tydt-verdeylinghe oft geestelycke oeffeninghen. Door de welcke men lichtelijck ende sekerlijck het opperste goet kan vercrijghen. Door P. Franciscus de Smidt, Priester der Societeyt Jesu. t'Antwerpen, By Jan Cnobbaert, M. DC. XXXVII. Met gratie ende Privilegie.
Cort Begriip der Glorie van de Alderheylighste Dryvuldigheyt. t'Antwerpen, bij Jacob Mesens Ao 1656.
Het Duyfken in de Steenrotse. Door eene Priest. S.J. t'Antwerpen, Bij Cornehs Woons, op de Melck-marckt in de gulde Sterre. Ao 1657. Met Gratie ende Privilegie.
Besloten Hof, het innigh ghebedt, betuynt met de doornen-haghe der verstervinghe. Beschreven door eenen Gheestelijcken Leydtsman voor alle devote sielen die innichlijck naer de Volmaecktheyt trachten. t'Antwerpen, By Arnout van Brakel, Boeckvercooper op de Wijngaertbrugh, inde Wijngaert-poorte. 1665. Met Gratie ende Privilegie.
Boudon (H.M.). - De Heylige Weghen van het Cruys, Daer gehandelt word van veel-derhande inwendige, ende uytwendige quellingen, ende van de middelen om die Christelyk te gebruyken. Door Henricus Marie Boudon, In het Fransch: ende nu overgeset in onse Nederduytsche Taele. Tot Antwerpen. Men vint-se te koop tot Brusiel. By Franciscus t'Serstevens, Stadts Drukker in de Bergstraet. Met Approbatie. (De Approbatie draagt het jaartal 1684.)
Zelfde werkje, zonder jaartal, met onderaan: t'Antwerpen, By Joannes G.J de Roveroy, Boek-drukker ende Boek-verkooper in de Huydevetters-straet, op den Hoek van de Jode-straet in S. Joseph. Met Approbatie.
| |
| |
Noodighe Oeffeningen voor Alle Christenen, om de eeuwighe saligheyt te bekomen. Met eenighe Aen-merckinghen op de weerdigheydt vande Misse, om onder dat Goddelijek Sacrificie Godt-vruchtelijck teghenwoordigh te sijn. Den vierden Druck vermeerdert. Te Ghendt, By Hendrick Saetreuver, Stadtsdr. inde Brabandtstraete inde witte Duyve, 1693.
Drexelius (P.J.). - De Sonne-bloeme ofte Over-een-kominghe van den menschelijcken wille met den Godtlijcken. In 't Latijn ghemaeckt door den Eerweerden P. Jeremias Drexelius, En nu in de Nederduytsche Tael over-gheset door den Eerweerden P. Franciscus de Smidt, Beyde Priesters der Societeyt Jesu. t'Antwerpen, By de Weduwe van Joseph Jacops. woonende in de Borse-straet, 1700.
Alcantara (Petr. de). - Onderwijs om wel te bidden ende te mediteren, beschreven door den H. Petrus de Alcantara, Religieus uyt de Orden der Minderbroeders Recollecten. 't Antwerpen, By de Weduwe van Petrus Jacobs, woonende inde corte Nieuw-straet inden witten Leeuw, 1709.
Generaele Regels voor de Christenen, Om wel te leven naer 't Christendom. Tot Ghent, By Cornelis Meyer, op d'Hoogpoorte in 't gecroont Sweert, 1713.
Van het Broederschap der Seven Weedommen Van de alder Heylighste Maget ende Moeder Godts Maria: Ende hoe soetelyck ende saliglyck dat men door het overwegen van dese Seven Weedommen tot eene behoorelycke Devotie van het Bitter Lyden Ons Heeren Jesu Christi opgeweckt kan worden. Men vintse te coop: Tot Diest, by de Proviseurs van het selve Broederschap. Z.j. (De Approbatie draagt het jaartal 1756.)
Vitzk (J.). - Voorbeeldt der christelycke volmaecktheyt aengewesen in het leven en doodt van den wonderbaeren H. Joannes Nepomucenus, martelaer. Verciert Met godtvruchtige Zede-lessen, verscheyde Mirakelen, krachtige Gebeden en Korte Getyden van den selven Heyligen. Tot troost der Godtminnende Zielen. In 't licht gegeven Door den Eerw. Heer Joannes Vitzk, Doctoor in de H. Godts-geleertheyt, en Pauselycken Missionaris. Ende nu in de Nederlansche Taele overgeset. Tot Brussel, By Nicolaus Stryckwant, Boeck-drucker ende Plaet-drucker in de Bisschop-Straete in S. Augustinus. Met Approbatie ende Privilegie.
Wenschen van de heylige Ziele. Opgedragen voor een nieuw Jaer gifte aen beyde de sodaliteyten der Jongmans, Onder den Naem van O.L. Vrouwe Geboorte ende Hemelvaert. In de Sale van Professen huys der Societeyt Jesu tot Antwerpen, 1728. 't Antwerpen, By Jacobus van Gaesbeek, woonende op de oude Koren-merkt in den Akkerman.
K.S.T.D. (A.v.). - Misse, haere korte uytlegginge ende godtvrugtige oeffeningen onder de selve, En eenige besondere Zegeningen: en het gebruyk der HH. Sacramenten; Soo die in de Heylige Catholijke
| |
| |
Apostolijke Roomsche Kerke geoeffent worden. Door A.v.K.S.T.D. Den thiensten Druk verbetert en vermeerdert met eenige Lof-sangen, van nieuws oversien ende van vele fouten gecorrigeert. Men vind'se te koop, t'Antwerpen, By Franciscus I. Vinck; Boek-drucker en Vercooper in de lange Ridder-straet over de Kerk-straet. Met Approbatie. Z. j.
Boudon (H.M.). - De Liefde van Jesus in 't Allerheyligste Sacrament des Autaers, In het Fransch beschreven Door Henricus Maria Boudon. Leeraar in de H. Godsgeleertheyd. Achi (sic) Diaken van Evreux. Nu in onse Neêrlandsche Spraek vertaelt. t'Antwerpen, by H.P. Van der Hey, op den hoek van de Schrynwerkers-Straet, no 699. Met Goedkeuring en Permissie. (De Approbatie is van 1770.)
Thomas a Kempis. - De Navolginge van Christus, door Thomas a Kempis, Van nieuws overzien ende vermeerderd met het Leven van den zelven. Tot Gend, By Bernard Poelman, op de Hoogpoorte in het gekroond Zweird. Met Approbatie. (De Approbatie draagt als laatste jaartal 1810.)
Door den heer A. de Cock, briefwisselend lid, te Antwerpen:
Cock (A. de). - Spreekwoorden en Zegswijzen over de Vrouwen, de Liefde en het Huwelijk, verzameld, taalkundig verklaard en folkloristisch toegelicht. Gent, 1911.
Door den heer Dr. Is. Bauwens, briefwisselend lid, te Aalst:
Bauwens (Is.). - Nederlandsch Woordenboek en Kunstwoordentolk der Geneeskunde, Heelkunde, Artsenijbereidkunde en Hulpwetenschappen. Meestal afleidend en vertalend, veelal verklarend of beschrijvend, door Dr. Isid. Bauwens. 1ste tot 4de afl. (A-Aquila). Aalst, z.j.
Door den heer P.J. Blok, buitenlandsch eerelid, te Leiden:
Blok (P.J.). - Geschiedenis eener Hollandsche stad door P.J. Blok. Eene Hollandsche stad in de Middeleeuwen. Met twee kaarten. 's Gravenhage, 1910.
Door Z. Em, den Kardinaal-Aartsbisschop van Mechelen:
La Vie diocésaine, T. IV, fasc. IX, Novembre 1910. - Documenta IV, Novembre 1910.
Door den heer H. Meert, leeraar aan het Koninklijk Athenaeum. te Gent:
Debat Meert-Hardijns over het 11e Julifeest en de Vlaamsche Beweging. Gent, 1910.
Vlaamsche Hoogeschool-Commissie. Verslag over de Vervlaamsching der Hoogeschool van Gent. Gent, 1909.
Id. Samenvatting. Gent, 1910.
Door den heer A. van der Schelden, boekhandelaar-uitgever, te Gent:
Antonii van Torre é Societate Jesu Dialogi familiares litterarum Tyronibus. In pietatis, scholae ludorum exercitationibus utiles;
| |
| |
et necessarii. Una cum orthographiae, interpungendi, et dividendi recta ratione. Editio novissima Antverpiae, Apud Martinum Verdussen, in foro Calceorum sub signo Aviarij. Cum Gratia et Privilegio. Z.j. (De Approbatio is van 1657.)
Zelfde werkje gedrukt: Antverpiae, Apud Michiaelem Knobbaert sub signo S. Petri. (Ook z.j. met Approbatio van 1657.) - Een derde ex. met het jaartal 1659.
Paeuw (F.C.B. de). - De voornaamste grondregels der Nederlandsche Spraakleer, ten gebruike bij het Middelbaar Onderwijs, meerendeels getrokken uit Dr. W.G. Brill's Nederlandsche Spraakleer, door F.C.B. de Paeuw. Prijs 1,60 fr. Turnhout en Baerle-Hertog, 1868.
Door de Redactie:
Museum, Maandblad voor Philologie en Geschiedenis, nr 3, 1910. - Tijdschrift der Gemeentebesturen, nr 11, 1910. - Het Boek, nr 10, 1910. - Onthoudersblad, nrs 11 en 12, 1910.
Ingekomen boeken. - Voor de Boekerij der Academie zijn ingekomen:
Beissel (St.). - Geschichte der Verehrung Marias im 16. und 17. Jahrhundert. Ein Beitrag zur Religionswissenschaft und Kunstgeschichte. Von Stephan Beissel S.J. Mit 228 Abbildungen. Freiburg im Breisgau, 1910.
Grotefend (Dr. H.). - Taschenbuch der Zeitrechnung des deutschen Mittelalters und der Neuzeit, entworfen von Dr. H. Grotefend. Dritte vermehrte und verbesserte Auflage. Hannover und Leipzig, 1910.
Deutsches Wörterbuch von Jacob Grimm und Wilhelm Grimm. Vierten Bandes Erste Abtheilung III. Theil Elfte Lieferung. (Gewissen-Gewitzel.) Bearbeitet von Dr. H. Wunderlich. - Dreizehnten Bandes Neunte Lieferung. (Wand-Wandeln.) Bearbeitet von Dr. K. von Bahder. Leipzig, 1910.
Constans (Leop.). - Le Roman de Troie par Benoit de Sainte-Maure, publié d'après tous les manuscrits connus par Léopold Constans, professeur à l'Université d'Aix-Marseille. Tomes I-IV. Paris, 1904-1908.
Durrieu (Paul). - Chantilly. Les très riches heures de Jean de France, Duc de Berry, par Paul Durrieu, archiviste-paléographe, ancien membre de l'Ecole Française de Rome, lauréat de l'Académie des Inscriptions et Belles-Lettres, conservateur honoraire au Musée du Louvre. Paris, 1904.
Linnig (Benjamin), membre honoraire de la Société française de collectionneurs d'ex-libris et de reliures historiques. - Nouvelle série de bibliothèques et d'ex-libris d'Amateurs belges aux XVIIe, XVIIIe et XIXe siècles. Bruxelles, 1910.
| |
| |
Zentralblatt für Bibliothekswesen. November en Dezember 1910.
De Gids, December 1910.
Sint-Lucas, nr 4, 1910.
Ruildienst. - Tegen ruiling van de Verslagen en Mededeelingen heeft de Bestendige Secretaris voor de Boekerij der Academie de laatst verschenen afleveringen van de gewone tijdschriften ontvangen:
Vlaamsche Arbeid, nrs 10-11, 1910. - Nederlandsch Archievenblad, nr 2, 1910. - Biekorf, nrs 22-23 en blzz. 17-64 der Tafel. - Bijdragen tot de Geschiedenis, bijzonderlijk van het aloude Hertogdom Brabant, November 1910. - St. Cassianusblad, nr 12; Bijvoegsel, nrs 19-21, 1910. - De Vlaamsche Gids, nr 6, 1910. - De Katholiek, December 1910. - Korrespondenzblatt, nr 4, 1910. - Onze Kunst, December 1910. - De Maasgouw, nrs 1-8, 1910. - Neerlandia, nr 11, 1910. - Het Katholiek Onderwijs, nr 2, 1910. - De Opvoeder, nrs 31-32, 1910. - De Opvoeding, nr 12, 1910. - Christene School, nrs 2-4, 1910. - De Schoolgids, nrs 44-49, 1910. - Studiën, nr 4, 1910. - Tijdschrift voor Boek- en Bibliotheekwezen, nr 5, 1910. - Volkskunde, nrs 11-12, 1910. - Dietsche Warande en Belfort, nr 11, 1910. - Zeitschrift des Vereins für rheinische und westfälische Volkskunde, nr 4, 1910.
Ingekomen brieven. - Vervolgens stelt de Bestendige Secretaris de Vergadering in kennis met de volgende ingekomen brieven:
1o) | Te Deum op 26 November. - Brief van 17 November, waarbij de Weledelgeboren heer Baron de Kerchove d'Exaerde, Gouverneur der provincie Oost-Vlaanderen, het Bestuur en de heeren Leden der Academie tot het plechtig Te Deum uitnoodigt, dat Zaterdag, 26 dezer, te 11 uur, in de hoofdkerk van Sint-Baafs, ter gelegenheid van 's Konings naamdag, zal gezongen worden. |
2o) | Afsterven van Mr. Edw. Coremans. - Brief van 8 December, waarbij Mevrouw weduwe Edward Coremans haren oprechten dank betuigt voor het blijk van deelneming in haren rouw haar door de Academie, bij het afsterven van haren echtgenoot, gegeven. |
3o) | Verkiezing van Bestuurder en Onderbestuurder voor het jaar 1911. - Goedkeuring. - Brief van
|
| |
| |
| 12 December, waarbij de Weledele Heer Minister van Wetenschappen en Kunsten, aan de Academie afschrift stuurt van het Koninklijk Besluit van 5 December, houdende goedkeuring van de verkiezing van de heeren Is. Teirlinck en Dr. Jac. Muyldermans, wederzijds tot bestuurder en onderbestuurder voor het jaar 1911. |
4o) | Ambtelijk Comiteit voor Tijdschriften bij de Wereldtentoonstelling te Brussel. - Brief van 13 December, waarbij de Weled. heer Minister van Wetenschappen en Kunsten de Academie bericht, dat hij aan zijne collega's van de verschillende Ministeriën ‘den wensch heeft overgemaakt, dat, in het vervolg, wanneer door welk Ministerieel Departement ook, Commissiën van taal- of letterkundigen aard moeten worden aangesteld, aan de Vlaamsche Letteren en aan de Vlaamsche letterkundigen hun volle recht worde erkend’. |
| |
Mededeeling door den heer Bestuurder.
1o) | Gedenkboek. - De bestuurder, Prof. Ad. de Ceuleneer, geeft lezing aan de Vergadering van een nota, betreffende de samenstelling van het uit te geven Gedenkboek, ter gelegenheid van de 25e verjaring van de oprichting der Academie. |
| |
2o) | Van Peene herdacht. - De heer Bestuurder herinnert aan Dr. Hippoliet-Jan van Peene, die als Vlaamsch tooneelschrijver zoo menig puik tooneelwerk aan onze letteren heeft geschonken en te Gent in 1864 overleden is. Dr. van Peene werd te Caprijcke den 1 Januari 1811 geboren. De heer Prof. de Ceuleneer stelt voor, dat de keurige Schrijver in de Januari-vergadering zal worden herdacht. Op zijn verzoek, heeft overigens de heer Gustaaf Segers zich bereid verklaard een voordracht over den talentvollen man te houden. - (Aangenomen.) |
| |
| |
| |
Mededeelingen door den Bestendigen Secretaris.
1o) | Nederlandsch Woordenboek der Geneeskunde, door Dr. Isid. Bauwens. - Door den heer Prof. Dr. Julius Mac Leod worden, namens den Schrijver, aan de Academie de vier eerste afleveringen aangeboden van dezes Nederlandsch Woordenboek en Kunstwoordentolk der Geneeskunde, Heelkunde, Artsenijbereidkunde en hulpwetenschappen. - In naam der Academie heeft de heer Bestuurder den heer Bauwens, daarvoor hartelijk dank gezegd. |
2o) | Prijsvragen voor 1911. - Antwoord op de prijsvraag: Vakwoordenboek van de Zeevisscherij. - Den 14 December is ingekomen een antwoord met kenspreuk: ‘Het water is ons element, de zee bruischt onze glorie’. |
3o) | Driejaarlijksche prijskamp voor Nederlandsche Tooneelletterkunde: 18e tijdvak (1907-1909). - In het Staatsblad van 15 December is verschenen het verslag door de Jury over dien Prijskamp uitgebracht. - De heer Bestuurder wenscht Dr. Eug. van Oye, den schrijver van het met goud bekroonde Godelieve van Gistel, geluk met de door hem bekomen onderscheiding. - De Vergadering beslist dat het verslag van de Jury in de Verslagen en Mededeelingen zal opgenomen worden. (Zie blzz. 959-974.) |
| |
Mededeelingen namens Commissiën.
1o) Bestendige Commissie voor Middelnederlandsche Taal- en Letterkunde. - De heer K. de Flou, secretaris, deelt mede dat, in de morgenvergadering, de heer Edw. Gailliard lezing gehouden heeft van: Een proces ‘voor de Redenaers vanden Proossche’ te Brugge, uit het jaar 1471. De Commissie stelt aan de Academie voor, het stuk in de Verslagen en Mededeelingen te laten opnemen. - (Goedgekeurd.)
| |
| |
2o) Bestendige Commissie voor Nieuwere Taalen Letterkunde. - De heer Is. Teirlinck, waarnemende secretaris, legt het hieronder volgende verslag ter tafel, over de morgenvergadering door de Commissie gehouden:
Waren aanwezig de heeren: Prof. Dr. W. de Vreese, voorzitter; Dr. Jac. Muyldermans, ondervoorzitter; Prof. Mr. Julius Obrie, Dr. L. Simons, leden, en Is. Teirlinck, waarnemende secretaris.
De heer Dr. de Vreese geeft inlichtingen nopens een eigenhandig handschrift van onzen grooten Vondel, door hem ontdekt in de Keizerlijke Bibliotheek te Sint-Petersburg. Dit allerbelangrijkste stuk is een prachtige vertaling van Tasso's Verloste Jeruzalem, en berust thans in onze Academie, doch enkel voor drie maanden. Daar Prof. Dr. W. de Vreese in de namiddagvergadering zal vragen dat de Academie van dit handschrift een afschrift zou laten maken, verzoekt het Bestuur daaromtrent het advies van de Commissie. Nadat de heer De Vreese in 't kort den inhoud heeft medegedeeld van zijn straks te houden lezing, en verschillende vragen om inlichting vanwege de Leden heeft beantwoord, beslist de Commissie bij eenparigheid op het voorstel, om het bewuste handschrift te laten afschrijven, gunstig te adviseeren. Den heer Secretaris der Commissie wordt opgedragen dit besluit te bekwamer stond ter kennis van de Academie te brengen.
| |
Dagorde.
1o) Verkiezing van een werkend lid, tot vervanging van Mr. Edw. Coremans zaliger.
Worden door den Bestuurder tot stemopnemers aangewezen de heeren Jan Bols en V. dela Montagne.
Wordt verkozen de heer Dr. Eug. van Oye.
De heer Bestuurder wenscht den heer van Oye geluk met zijne verkiezing. De heer van Oye antwoordt in dezer voege:
Mijnheer de Bestuurder, Mijne Heeren!
‘De eerste maal dat ik de eer had in uw midden te zetelen, heb ik me vergenoegd, bij de welkomrede en gelukwenschen die
| |
| |
me hier onthaalden, eerbiedig en dankbaar met het hoofd te buigen; heden echter dat ik door U mondig verklaard ben, betaamt het wel dat ik een woordje zegge, niet waar?
Welnu, Mijne Heeren, dit woord zal kort zijn en eenvoudig: ontvangt allen mijnen welgemeenden dank voor de eere mij heden door Uwe goedwilligheid beschoren!
Doch, mag ik U vragen, als 't U belieft, of Gij er wel op gedacht hebt welken dag wij heden zijn?... Het is vandaag den 21 December, d.i. de kortste dag van 't jaar, deze dus die het minst licht schenkt; en 't is daarbij St.-Thomasdag. Ik ben een beetje - wat mij betreft - een ongeloovige Thomas, Mijne Heeren, en ik twijfel of mijn arme pitlichtje veel luister op de Koninklijke Vlaamsche Academie zal vermogen te werpen... Maar het spreekwoord zegt:
en - ik zal trachten braaf te zijn...
Dit is alles wat ik U kan beloven, Mijne Heeren, en ik beloof het U geerne en dankbaar.
2o) Lezing door den heer Jan Bols: Schets van eene geschiedenis der Zuidnederlandsche Maatschappij van Taalkunde, ter gelegenheid van haar 40-jarig bestaan. - Zijne lezing is in tweeën verdeeld: in het eerste deel is er spraak van de leden der Maatschappij; in het tweede, van hunne werkzaamheden.
Vooraf deelt Spreker bijzonderheden mede over de oprichting der Maatschappij.
Op het elfde Nederlandsch taal- en letterkundig Congres, den 6, 7 en 8 September 1869 gehouden te Leuven, deed de E.H.J. Fr. Hendrickx, letterkundige, onderpastoor te Wilsele, in zijnen naam en in naam van den E.H. Th. Roucourt, leeraar aan het Klein Seminarie van Mechelen, een voorstel tot oprichting van eene ‘internationale Academie’, d.i. eene Academie voor Zuid- en Noord-Nederland, ‘wier taak het zou zijn taalkundige vraagstukken waaromtrent tot hiertoe geene eenparigheid bestaat, te bespreken en te beslissen’.
| |
| |
Tot verder onderzoek van dit voorstel werd eene Commissie benoemd van 6 leden. Die Commissie maakte op het volgend Congres van Middelburg (1872) de uitkomst van hare beraadslagingen kenbaar door haren verslaggever hoogleeraar Heremans. Deze zei o.a. dat ééne Academie voor beide landen tegelijk onmogelijk was om wille van te hooge reiskosten voor de leden, en dat reeds sedert twee jaren eene Academie, Zuidnederlandsche Maatschappij van Taalkunde geheeten, in Vlaamsch-België was opgericht. Inderdaad den 15 Januari 1870 had de Commissie voorname taal- en letterkundigen te Mechelen den 6 Februari bijeengeroepen: een reglement werd gestemd, het getal leden op ten hoogste 50 bepaald, dat der vergaderingen op 3 in 't jaar, en een bestuur benoemd. Andere taalbeoefenaars werden verzocht lid te worden en aan de werkzaamheid deel te nemen.
De namen van het honderdtal leden sedert 1870 worden, met enkele biographische aanteekeningen, in de orde van hunne benoeming in het eerste deel gegeven.
In het tweede deel worden de titels van een 120 werkzaamheden, handelend over oudere en nieuwere taal- en letterkunde, geschiedenis, biographie, bibliographie en onderwijs, alle met eenigen uitleg aangeduid.
3o) Lezing door den heer Prof. Dr. W. de Vreese: Een handschrift van Vondel ontdekt. - De Spreker herinnert er aan, dat Oudaan, in zijn lijkdicht op Vondel, een door dezen bewerkte vertaling van Tasso vermeldt, en hoe men dat tot voor enkele jaren als een vergissing heeft beschouwd, tot in 1894 een handschrift van die vertaling gevonden werd te Oxford, door Dr. R. Priebsch, die er echter aan twijfelde, of hij het handschrift van Vondel zelf had gevonden, of niet. Dr. W. de Vreese na nauwkeurige beschouwing (in 1897) en overigens
| |
| |
ook op andere gronden, kwam tot een beslist negatief besluit. Dat dit besluit juist was, bleek toen Spreker in 1910 de handschriften van de Keizerlijke Bibliotheek te St.-Petersburg ten behoeve zijner Bibliotheca Neerlandica Manuscripta ging bestudeeren. Daar vond hij Vondel's eigenhandig geschreven vertaling van Tasso's werk. Dit wordt door Dr. W. de Vreese nader uiteengezet aan de hand van de inrichting en geschiedenis van het handschrift, waaruit de Spreker dan ook enkele bladzijden voorleest, waarna hij het hooge belang van dit werk, voor de kennis van Vondel en voor de Nederlandsche taal- en letterkunde, doet uitschijnen.
Na hulde gebracht te hebben aan het Bestuur der Keizerlijke Bibliotheek te St.-Petersburg, die het handschrift voor den tijd van drie maanden aan onze Academie in bruikleen heeft gezonden, stelt de Spreker voor, dat de Academie een afschrift zou laten maken met de bedoeling, dat afschrift te gelegener tijd tot een uitgave van het wedergevonden werk van Vondel te laten dienen. (Levendige toejuichingen.)
De heer Is. Teirlinck, waarnemende secretaris van de Commissie voor Nieuwere Taal- en Letterkunde, deelt thans mede, dat genoemde Commissie het voorstel van haar medelid Dr. W. de Vreese heeft onderzocht en aanneming daarvan ten zeerste aanbeveelt. Het voorstel wordt dan ook met algemeene stemmen en onder toejuichingen aangenomen.
Den heer Bestendigen Secretaris wordt opgedragen naar een bekwamen afschrijver uit te zien en de zaak naar eisch te regelen.
Op voorstel van den Bestuurder, beslist de Academie dat de lezing van den heer Bols en die van den heer Dr. de Vreese in de Verslagen en Mededeelingen zullen opgenomen worden.
De vergadering wordt te 4 1/2 gesloten.
|
|