Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1904
(1904)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 237]
| |
Zitting van 18 Mei 1904.Aanwezig de heeren Sermon, bestuurder, Segers, onderbestuurder, de Potter, bestendige secretaris; de heeren Claeys, jhr. de Pauw, Gailliard, Coopman, de Vos, Broeckaert, van Even, Coremans, Bols, de Flou, Claes, Janssens, de Gheldere, Prayon-van Zuylen. Simons, de Ceuleneer, de Vreese, Muyldermans en Helleputte, werkende leden; de heeren Boucherij en Joos, briefwisselende leden. De bestendige Secretaris leest het verslag over de vorige zitting, hetwelk goedgekeurd wordt. | |
Aangeboden boeken.Door de Regeering:
Arbeidsblad. Maart 1904. Bulletin de l'Agriculture. 1904, no 2. Revue de l'Université de Bruxelles. 1903-1904, no 6. Académie royale de Belgique. Mémoires, 8o, tomes LXIV en LXV. Idem, 4o, tome LXII, no 5, 6 en 7; tome LIV, no 6. Bibliographie de Belgique, 1904, no 7 en 8. Bulletin mensuel des sommaires des Périodiques. Maart 1904. | |
[pagina 238]
| |
Le Musée belge. Revue de philologie classique, 1904, no 2.
Door den Oudheidkundigen Kring van Dendermonde: Gedenkschriften, 1903.
Door den heer C. Lecoutere: Notice sur P.-P-M Alberdingk Thijm.
Door het Kersouwken van Loven: Letterkundige bijdragen, 1903.
Door den heer G. Segers: Pater Daems, een levensbeeld.
Door den heer de Ceuleneer: Geen tweede taal in de lagere school, door H. Bellens.
De laatstverschenen afleveringen van Biekorf, Revue Sociale catholique, Wallonia, De Tuinbode, St.-Cassianusblad, Het Katholiek Onderwijs, Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels. | |
Briefwisseling.De bestendige Secretaris deelt een schrijven mede van den heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Openbaar Onderwijs, verzoekende aan zijn Departement uiterlijk op 1 Juni e.k. de begrootingsvoorstellen voor het dienstjaar 1905 in te zenden. Het Bureel heeft niet kunnen voldoen aan dit | |
[pagina 239]
| |
verzoek, omdat het onmogelijk is nu vast te stellen welk het bedrag zijn zal van de eventuëel uit te reiken prijzen voor de letterkundige wedstrijden van 1905, bijgevolg ook welke som zal in te schrijven zijn voor het drukken der bekroonde verhandelingen.
Afschrift wordt medegedeeld van het Koninklijk besluit, waarbij de kiezing van den heer J. Helleputte tot werkend lid, ter vervanging van wijlen Dr. P.-P. Alberdingk Thijm, wordt goedgekeurd. De heer Bestuurder staat recht en wenscht den heer Helleputte welkom in de Academie. Hij drukt de hoop uit, dat de algemeen gewaardeerde ijver en kennissen, de invloed van het nieuw gekozen lid de instelling zullen ten goede komen. (Toejuichingen.) De heer Helleputte stuurt den heer Voorzitter en de Leden eenige woorden van dank toe, voor de eer, hem door zijne aanneming als lid der Academie bewezen; den steun, welken zij van hem verwacht, zal hij gereedelijk verleenen waar de gelegenheid zich daartoe zal aanbieden. (Toejuichingen.)
Door de Inrichtingscommissie van het XXVIIIe Nederlandsch Letterkundig Congres, dit jaar te Deventer te houden, wordt gevraagd dat de Academie een harer Leden zou gelieven te benoemen om haar op het Congres te vertegenwoordigen. - De vergadering benoemt als zoodanig den heer J. Obrie. | |
[pagina 240]
| |
Dagorde.Letterkundige Wedstrijden. - Verslagen der keurraden.De leden der keurraden, die belast waren met het beoordeelen der verhandelingen, ingezonden ten antwoorde op drie der uitgeschreven prijsvragen, bieden verslag daarover aan. - Deze opstellen zullen onmiddellijk ter perse gelegd en vóor de eerstkomende vergadering aan de Leden gezonden worden.
Na eene korte bespreking over de candidaten, voorgedragen door de bevoegde Commissie, worden, op verzoek van verscheidene leden, nog de namen van vier andere letterkundigen op de lijst gebracht voor de kiezing in Juni.
Nu verleent de heer Bestuurder het woord aan den heer Prayon-van Zuylen, die verslag geeft over de werkzaamheden der Academie gedurende het jaar 1903. - Op voorstel van den heer Bestuurder zal dit met zorg opgesteld verslag, kort maar volledig, in de Verslagen en Mededeelingen gedrukt worden.
De heer Boucherij vraagt en bekomt het woord. Het achtbaar lid zou gaarne weten wat er waar is van hetgeen een Antwerpsch weekblad, het Recht, geschreven heeft over de afwezigheid der Vlaamsche | |
[pagina 241]
| |
Academie bij de plechtige ontvangst van Z.M. den Koning en Z.K. Hoogheid, Prins Albrecht, te Gent. Hierop antwoordt de bestendige Secretaris dat het Recht, met reden, die afwezigheid heeft betreurd, maar dat het bureel der Academie daar niet verantwoordelijk voor is: er is geene uitnoodiging vanwege het gemeentebestuur gezonden tot het bijwonen der plechtige ontvangst van Z.M., wat te zonderlinger voorkomt, daar niet alleen andere officiëele instellingen tot die ontvangst waren opgeroepen, maar bovendien tal van genootschappen, en bijzonderen. De heer Prayon-van Zuylen drukt de meening uit, dat er bij het college van Burgemeester en Schepenen protest dient aangeteekend. Onze geëerbiedigde Vorst is beschermheer der Academie; deze had dus tot plicht, Z.M. en Z.K.H. Prins Albrecht, bij hun bezoek te Gent, hulde te bewijzen. Men moet aan het Hof maar niet veronderstellen dat er nalatigheid bestaat aan onzen kant. - Het voorstel van den heer Prayon wordt zonder tegenspraak aangenomen. Te 4 uur verklaart de heer Bestuurder de zitting geheven. |
|