Moge de Eerstgeborene van Z.K.H. Prins Albrecht en van H.K.H. Prinses Elisabeth opgroeien tot een naar lichaam en geest krachtig ontwikkeld man, die hart heeft voor alles wat waar en goed, rechtvaardig en edel is.
Moge Hij, zoowel voor Zijn eigen geluk en roem als voor de grootheid van het Vaderland en voor het algemeen welzijn, zich levenslang verheugen in het bezit van de liefde en trouw der beide rassen, welke het Belgische volk uitmaken, en wèl in even ruime mate als zijne wijze Voorgangers, aan wier voorzichtig en verlicht beleid Vlamingen en Walen weldra vijf en zeventig jaar ongestoorden vrede en steeds klimmenden voorspoed danken.
Laat Uwen bestuurder, tot besluit van dezen vurigen wensch, met den meesten eerbied Uw aller vaste overtuiging uitspreken, dat Z.K.H. Prins Leopold de beide landstalen grondig zal kennen, ook onze aanbeden Moedertaal liefhebben in de vruchten van hare fraaie en wetenschappelijke letteren, ze vereeren als het eenigste en natuurlijk middel tot beschaving en verlichting van het volk, gansch het volk, in Vlaamsch-België.
Prins Leopold, in het heden en de toekomst, heil en zegen! (Toejuichingen).
De bestendige Secretaris deelt de vergadering het volgende schrijven mede van den heer Minister van Landbouw en Schoone Kunsten: