Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1900

[p. 436]

Openbare Zitting van 27 Juni 1900.

Aanwezig de heeren Daems, bestuurder, Coopman, onderbestuurder, de Potter, bestendige secretaris;

de heeren Claeys, jhr. de Pauw, Gailliard, Snieders, Obrie, van Droogenbroeck, de Vos, Broeckaert, van Even, Sermon, Coremans, Bols, de Flou, Baron de Maere d'Aertrycke, Claes, Janssens, Simons, Prayon-van Zuylen, werkende leden;

jhr. F. van der Haeghen, binnenlandsch eerelid;

de heeren de Vreese, Mac Leod, Teirlinck, briefwisselende leden.

Door de heeren Alberdingk Thijm, de Ceuleneer, Ridder de Corswarem en W. van Spilbeeck is bericht gezonden dat zij niet ter zitting kunnen aanwezig zijn.

Aan het Bureel neemt ook plaats Mgr. Dr. Schaepman, buitenlandsch eerelid.

Te 11 1/2 uren verklaart de heer Bestuurder de zitting open.

Hij spreekt, in naam van zijne medeleden, dank aan de achtbare vergadering, die door hare aanwezigheid een blijk van belangstelling geeft aan de werkzaamheden der Koninklijke Vlaamsche Academie, en inzonderheid aan de heeren Tuncq, eere-eerste Voorzitter des Beroepshofs van Gent, Lammens, oud-Senator, de Bock, vicaris-generaal des bisdoms van Gent en een aantal leeraars en studenten.

[p. 437]

Verder deelt de heer Bestuurder mede dat tal van aanzienlijke personen hun leedwezen hebben uitgedrukt niet te kunnen aanwezig zijn, onder andere de heeren Procureur-generaal en de eerste Voorzitter des Hofs van Beroep te Gent, Arthur Verhaegen en Arthur van der Linden, leden der Bestendige Deputatie des Provincialen Raads, de Ridder, schepene der stad Gent en lid van gemelden raad (die op hetzelfde uur als de Academie zitting houdt), Dumont, prefect van het Koninklijk Atheneum, Matthieu, bestuurder van het Koninklijk Muziek-Conservatorium enz.

De heer Bestuurder draagt daarna de volgende redevoering voor: