Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1898

(1898)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde– rechtenstatus

Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Zitting van 28 September 1898.

Aanwezig de heeren P. Alberdingk Thijm, bestuurder, van Even, onderbestuurder, de Potter, bestendige secretaris;

de heeren Claeys, jhr. de Pauw, Gailliard, Gezelle, Hiel, Snieders, Daems, Obrie, Coopman, de Vos, Broeckaert, Sermon, Coremans, Bols, de Flou, Claes, Arnold, werkende leden;

de heer Segers, briefwisselend lid.

De heeren Génard, Hansen en baron de Maere d'Aertrijcke zenden bericht dat zij de vergadering niet kunnen bijwonen.

De bestendige Secretaris leest het verslag over de voorgaande zitting, hetwelk zonder opmerkingen wordt aangenomen.

Aangeboden boeken.

Door de Regeering:

Bibliographie de Belgique, 1898, n^rs 14-15.

Bulletin de la Société d'Études coloniales, n^r 3.

Mémoires couronnés de l'Académie royale de Belgique, 4^o, tome LVI.

Revue sociale catholique n^r 11.

Revue néo-scolastique, n^r 3. - Sommaire idéologique, etc., n^r 13.

Bulletin de l'Agriculture, n^r 4.

Bulletin de l'Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, n^rs 7 en 8.

Revue de l'Université de Bruxelles, n^rs 8-10.

Le Musée belge, n^r 3. - Bulletin bibliographique et pédagogique, n^r 5-7.

Door de Regeering van het Koninkrijk der Nederlanden:

Het Rijks-Museum te Amsterdam. Tekst van Jhr. Vict. de Stuers; platen van Dr. Cuypers.

Door den heer E. van Even:

425jarig Jubelfeest der Rederijkkamer ‘het Kersouwken’, te Loven (Programma).

Door den heer Claes:

Cours pratique de langue flamande à l'usage des écoles primaires et movennes de la Belgique wallonne.

Door den heer J. van Droogenbroeck:

Over de beoefening der Moedertael te Leuven, en de kamers van Rhetorica dier stad, door C.-P. Serrure.

Door den heer S. Daems:

Maria-Almanak voor 1899.

Onze Boeren. Lofrede uitgesproken te Herenthals op het jubelfeest van den Boerenkijg.

Door den heer J. Broeckaert:

De wonderlijke bekeeringe van Albine, dochter van Migranius... Historisch tooneelstuk van de 2^de helft der XVIII^e eeuw.

Gedenkschriften van den Oudheidkundigen Kring van Dendermonde, 1^e en 2^e afl., 1898.

Verhandeling over de Vlaamsche Beweging, door P. Vermeire.

Door den heer De Ceuleneer:

Theoretische en praktische leergang der Nederlandsche taal, door G. Claesen.

A propos du Rapport de la Commission flamande. 1860.

Door de Koninklijke Academie van Amsterdam:

De civitates van Gallië, door S. Muller.

Der Kamp zwischen Rom und Samnium, door C.-P. Burger.

Verslagen en Mededeelingen, 1897 en 1898, 2 deelen.

Jaarboek voor 1897.

Door den heer J. te Winkel:

Eene halve eeuw. 1848-1898. Historisch Gedenkboek.

Door den heer R. Fruin:

Bijdragen voor geschiedenis en oudheidkunde, n^r 3.

Door de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde, te Leiden:

Spelen van Cornelis Everaert, 1^e aflevering.

Tijdschrift, 3^e aflevering, 1898.

Door den heer P.-P. Denys:

K.-L. Ledeganck aan F.-J. Blieck.

Door den Oudheidkundigen Kring van 't Land van Waas:

Annalen, 17^e deel, 3^e aflevering.

Door het Friesch Genootschap:

De vrije Fries, 4^e reeks, 1^e deel, 2^e afl.

69^e Verslag der Handelingen, 1896-1897.

Door den heer Arseen van der Schelden:

Mijner edele Kunstvriendin M^w David, geboren Mathilda van Peene, door Arthur C.

Aanspraek gedaen by de inhuldiging van Willems' gedenkstuk, op den St Amandsheuvel, den 26 Juny 1848, door F.-A. Snellaert.

Door mejuffer Maria du Caju:

Arithmétique de l'épargne et de la prévoyance.

Soyez prévoyants.

Le livre de l'épargne et de la prévoyance.

Het boek van Spaarzaamheid en Vooruitzicht.

Door den heer J. Buitenrust Hettema:

Taal en Letteren, 8^e en 9^e afleveringen.

Door de Société d'Émulation, te Brugge:

Annales, 1898, n^r 4.

Door den heer H. Roes, te Alfen (Gelderland):

(Lijst van) Liederboekjes in de eerste helft der 17^e eeuw verschenen, n^rs 2 en 3.

Verder: de laatstuitgekomen afleveringen van De Student, Biekorf, Vlaamsche Kunstbode, Leuvensche Bijdragen, het 2^e deel der Mémoires présentés au XII^e congrès archéologique et historique de Malines, Revue bibliographique belge.

Nadat de heer bestuurder de vergadering eenige

inlichtingen heeft gegeven omtrent den dienst der boekerij, vraagt de heer van Even het woord voor de volgende

Bibliographische mededeeling:

In de Bibliotheek van wijlen mijnen broeder Philip-Antoon van Even ontdekte ik een handschrift, bevattende den letterarbeid van een tot heden geheel onbekend gebleven Vlaamschen dichter van het einde der 17^e eeuw. Ik heb de eer het onzer Koninklijke Academie ten geschenke aan te bieden. Het is een band in folio van 556 bladzijden. Het uiterlijke laat te wenschen; men ziet duidelijk dat het lange jaren ergens op eenen zolder heeft gelegen.

De dichter is Jacob van Nethen, te Loven geboren den 27 October 1654, uit Joos Nethen en Maria Puts. Hij behoorde tot het patriciaat, had eene letterkundige opleiding genoten en bediende den post van rentmeester bij den Prins van Rubempré

Ten jare 1670 was er te Loven een gezelschap van Toonkunde tot stand gekomen onder den naam van Lovaniensis musicus Academia. Het bestond uit liefhebbers die veelal tot den adel behoorden, doch het had slechts een bestaan van twaalf jaren. Onze dichter vervulde den post van penningmeester der vereeniging en was derhalve in bezit van het rekenboek. Daar het ophouden der Maatschappij dit boek in onbruik had gebracht, benuttigde J. van Nethen het tot het overschrijven zijner gedichten.

't Is het handschrift, dat ik hier ter tafel leg. Behalve de verzen van onzen dichter bevat het boek de namen der leden van de Lovaniensis musicus Academia, alsmede eenige niet onbelangrijke rekeningen dezer vereeniging.

Jacob van Nethen schreef vooral tusschen de jaren 1691 en 1696. Over 's mans waarde als dichter is mij niet vergund te handelen: tijdgebrek heeft mij niet toegelaten zijn nog al uitgebreiden arbeid te lezen. Het weinige, dat ik er van las, gaf mij de verzekering dat hij een man van belezenheid was en met het rijm gemakkelijk omging. Hij schreef godsdienstige en zedelijke bespiegelingen, gelegenheidstukken en talrijke liederen, waarvan er drie in muziek gebracht zijn.

Aangenaam ware het mij te vernemen dat onze medeleden de heeren Bols en Broeckaert het hs. wilden onderzoeken, en dat zij daarin 't een en 't ander mochten aantreffen hetwelk zou mogen beschouwd worden als den reeds belangrijken liederenschat der Vlamingen te verrijken.

Dagorde.

(Geheime Zitting.)

De heer Bestuurder legt in bespreking eenen brief van den heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Openbaar Onderwijs, ten antwoorde op het verslag, hem door het bureel, namens de Aca-

demie, gedaan, betrekkelijk de officiëele erkenning der bestendige commissie van Nieuwere Taal- en Letterkunde en die van Geschiedenis, Bio- en Bibliographie.

De heeren Coremans, Daems, Claeys, de Pauw en Coopman nemen beurtelings het woord, waarna de vergadering beslist:

1^o	de verdere bespreking te verdagen tot de maand November;
2^o	het bestuur drie leden (één lid voor elke Commissie) toe te voegen om een volledig verslag uit te brengen, dat den Leden zal toegestuurd worden vóór de zitting der maand November. -

Worden als leden door de Commissie aangeduid: de heeren Coopman, jhr. de Pauw en Obrie.

Gewone Zitting.

Daarna verleent de heer Bestuurder het woord aan den heer Janssens, die lezing doet van een opstel, getiteld: Verstrooide perels.

Nadat de heer Bestuurder den heer Janssens dank gezegd heeft voor zijne belangrijke mededeeling, verklaart hij de zitting geëindigd.