Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1897

[p. 565]

Zitting van 11 Augustus 1897.

Aanwezig de heeren baron de Maere, bestuurder; Alberdingk Thijm, onderbestuurder; de Potter, bestendige secretaris;

de heeren Claeys, jhr. de Pauw, Gailliard, Gezelle, Hiel, Snieders, Obrie, Coopman, de Vos, Broeckaert, van Even, Sermon, Coremans, Bols en de Flou, werkende leden;

de heeren de Vreese en Prayon-van Zuylen, briefwisselende leden.

Door de heeren Claes, Daems, Génard, Hansen, Micheels en Willems, werkende leden, Muyldermans en Segers, briefwisselende leden, wordt schriftelijk gemeld dat zij verhinderd zijn de zitting bij te wonen.

De bestendige secretaris leest het verslag over de vorige zitting, hetwelk wordt goedgekeurd.

Aangeboden boeken.

Door de Regeering:

Bibliographie de Belgique, 1897, n^rs 13 en 14.

Bulletin de l'Agriculture, 1897, n^r 3.

Wallonia, 1879, n^r 7.

Door den heer Claeys:

Werk en Werkzaamheid. Redevoering uitgesproken bij de plechtige Prijsuitreiking in de St.-Lucasschool, te Gent.

[p. 566]

Door den heer Muyldermans:

Sansculot en Brigand, of beul en slachtoffer.

Door den heer di Martinelli:

Diest in de 17^e en 18^e eeuw.

Door het Friesch Genootschap te Leeuwarden:

68^e verslag der Handelingen, 1895-1896.

Biekorf, n^rs 14 en 15. Het Belfort, n^r 8. Kempisch Museum, n^r 1.

Door de Société belge de librairie:

Revue bibliographique belge, 1897, n^r 7.

Briefwisseling.

Bij brief van 6 Augustus zendt de heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Openbaar Onderwijs een afschrift van het koninklijk besluit, waarbij de kiezing der heeren Looten en Schimmel tot buitenlandsche eereleden wordt goedgekeurd.

De heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Openbaar Onderwijs zendt aan de Academie een schrijven van den heer Jan Bouchery, secretaris van het XXIII^e Nederlandsch Letterkundig Congres, vragende dat er op last der Regeering, met het oog op de plaatsnaamkunde, een werk zou uitgegeven worden in den aard der Nomina geographica Neer-

[p. 567]

landica De heer Minister zou gaarne het oordeel der Academie kennen aangaande het nut en de gepastheid van dergelijke onderneming, haren waarschijnlijken duur en de kosten er van. - Verzonden naar het bureel.

De bestendige Secretaris deelt de vergadering een schrijven mede van den heer Jozef Lemmens, letterkundige te Mont-Ste-Walburge (Luik), waarin wordt aangedrongen op het wenschelijke van de loutering en volmaking der Nederlandsche taal, thans al te veel, in spraak en schrift, door bastaardwoorden ontsierd, welk doel, onder andere, betracht zou worden door het uitschrijven van eene prijsvraag over dit onderwerp. - Verzonden naar de Commissie voor nieuwere Taal- en Letterkunde.